De zaligsprekingen van de Here Jezus gaan over mensen die er min of meer hopeloos aan toe zijn. Vaak innerlijk, en daarmee vaak ook maatschappelijk. Dat was de conclusie uit de vorige twee artikelen.

Arm van geest, treurend, zachtmoedig, barmhartig, en zoekers naar gerechtigheid: mensen die kwetsbaar zijn. Door (eigen) onjuist handelen, of door een eenzijdigheid of zwakheid in karakter. Natuurlijk hebben genoemde eigenschappen iets moois. Jij en ik wonen ook liever naast een barmhartige dan naast een hardvochtige buurman. Liever naast een arme van geest dan naast een blaasbalg. Liever een buurman die verlangt naar herstel van wat scheef ging, dan naast een gewetenloos iemand. En ja, misschien ook wel liever naast een treurende dan naast iemand die nog nooit tegenwind heeft gehad. En een arme van geest is misschien ook wel beter te verdragen dan iemand die het allemaal zo goed weet. Maar dat neemt het kwetsbare niet weg, noch het eenzijdige van hun karakter.

Rein van hart

De reinen van hart... maar dát is toch een mooie geestelijke eigenschap? Maar als het nou eens gaat om mensen die tegelijk ook uiterst gevoelig zijn voor het minste en geringste ‘missertje’? Voor wie het niet gauw goed genoeg is? En als deze eigenschap nou eens lang niet altijd gepaard gaat met liefde, geduld en barmhartigheid? (Wat die mensen vervolgens zichzelf heel kwalijk nemen!) Sommigen van hen staan snel met het rode potlood klaar, dat kan ontmoedigend uitwerken op de (per definitie) imperfecte mensen om hen heen. Zeker, ze zijn ‘uit één stuk’, ze praten je niet naar de mond. Maar, al te gemakkelijk is ergernis een begeleidend verschijnsel. Voor de mensen om hen heen zijn zij niet altijd gemakkelijk in de omgang. Maar Jezus zegt: ‘Zij zullen God zien.’ Hun naar ‘reinheid’ strevende hart, want dat moet toch maar gezegd worden(!), zal zich kunnen laven aan Hem die Zelf rein is! Zou het kunnen dat hun overgevoeligheid voor het imperfecte een mogelijke poort vormt tot Hem die Zelf volmaakt is? Jezus zegt dat God Zich aan hen zal kenbaar maken. God in al Zijn zuiverheid. Als dat hier en nu al gebeurt dan zal de kramp tot perfectie langzamerhand uit hun leven verdwijnen. Misschien dat er dan wat geduld voor in de plaats komt... Dat zou toch zomaar kunnen.

Vredestichters

En nu de vredestichters. Vredestichten, dat is toch iets goeds! En inderdaad, vredestichters hébben een sterke antenne voor disharmonie! En een gegrond verlangen naar harmonieuze relaties. Maar je kunt je evengoed aan zulke mensen irriteren. Als ze niet duidelijk partij kiezen. Omdat ze wellicht de waarde inzien van álle standpunten. Vrede willen houden met alle partijen. Misschien om aardig gevonden te worden. Of uit angst. Redenen om het conflict uit de weg te gaan. En dat kan dan soms zomaar ten koste gaan van de waarheid, wat toch ook niet goed is. En toch: ‘Zij zullen kinderen van God genoemd worden,’ zegt Jezus. Niet omdat hun manier van vredestichten nou altijd zo verkwikkelijk is. Al is hun verlangen dat zeker wel! Maar toch: kinderen van God! Dat is troostrijk. Want de twee partijen waar jij tussenin laveert, pruimen jou vaak niet. Omdat je niet kiest voor hén. Je bent bij geen van beide ‘kind aan huis’. Maar wat zegt Jezus? Ook als veel mensen jou niet hoeven, jij zult kind van God genoemd worden. In je diepe eenzaamheid zul je Gods Vaderschap ervaren. Het lijkt wel alsof jouw ‘alleen staan’ een toegangspoort voor Gods vaderschap vormt. Hoe dan ook: je zult kind aan huis zijn bij God zelf.

Klokkeluiders
De vervolgden omwille van de gerechtigheid. Klokkenluiders. Mensen die onrecht aan de kaak stellen, de barricade op gaan. Mensen die oneerlijke praktijken naar buiten brengen die anders verborgen zouden blijven. En wees wel, dan ben je dus even geen vredestichter! En je loopt zélf grote kans op schade en vervolging. Ondanks die zogenaamde  ‘wettelijke bescherming’. Je jaagt immers machtigen tegen jezelf in het harnas? Je maatschappelijke positie, eer en soms ook je leven staan op het spel! Er wordt vuil over je uitgestort, en wellicht deels ook wel terecht, je was zelf ook niet altijd brandschoon. Hebt te lang weggekeken. Over hen zegt Jezus: ‘Van hun is het koninkrijk van God.’Het klinkt bijna bizar. Ze zijn afgesneden van het ‘wereldse koninkrijk’ , uitgespuugd zeg maar, maar God komt hen met Zijn rijk van vrede en recht tegemoet. Uitgespuugd zijn lijkt een uitgelezen toegangspoort voor ontmoeting met God en Zijn rijk.

Waar God voor gaat zorgen

En zo lopen er op de wereld allerlei onfortuinlijke mensen rond. Jezus spreekt allereerst zijn gelovige volksgenoten aan, door de leiders zo geminacht, ongeschikt verklaard voor het koninkrijk dat komende is. Jezus weerspreekt dat. Het is niet zo dat de schare die daar bij de berg staat in moreel opzicht beter is dan de Farizeeën. Maar de ‘laatsten’, de minderen kunnen zomaar de eersten worden. Daarmee neemt Jezus alle twijfel weg die er kan bestaan tussen de mens en zijn God. Twijfel in de zin van: ben ik wel geschikt genoeg?

Er breekt een tijd aan, en daar zal God voor zorgen, dan zullen armen onder hun eigen olijfboom zitten, treurenden dansen van blijdschap. Zachtmoedigen komen er niet langer bekaaid af. Zij die leden aan onrecht, hun pijn zal worden omgezet in diepe vervuldheid. Barmhartigen zullen in hun éigen noden en behoeften worden voorzien. Zij die zo’n antenne hebben voor wat moreel juist is kunnen hun hart ophalen in die nieuwe zuivere wereld. De vredestichters, nergens echt thuis, zullen thuis zijn bij God. De vervolgden, vanwege hun inspanning voor recht, zullen veilig hun plek innemen.

 

Nynke Sikkema-Holwerda, Hoogeveen