De kerkvader Augustinus (354 – 430) heeft zich een aantal keren uitvoerig beziggehouden met de bijbelse scheppingsverhalen. Deze verhalen speelden in de vroege kerk een belangrijke rol. Ze werden gebruikt in de verdediging van het geloof tegenover filosofen, en christelijke groeperingen die nogal sterk door een werelds denken waren beïnvloed. En ook speelden deze beginhoofdstukken van Genesis een belangrijke rol in catechese en pastoraat. Ze werden onder meer in de paasnacht gelezen!

De twee oudste commentaren van Augustinus op het begin van Genesis zijn voor het eerst in het Nederlands vertaald. In het geschrift getiteld Schepping van hemel en aarde keert Augustinus zich tegen de beweging van de manicheeërs, waarvan hij zelf een aantal jaren deel heeft uitgemaakt. Verder wilde Augustinus in begrijpelijke taal de betekenis van de genoemde hoofdstukken uitleggen. Hij zocht ook naar een diepere zin van de teksten, en paste de zogenaamde allegorisch uitleg toe. Het tweede geschrift, Geheimen van de natuur, is slechts een aanzet voor wat een groot werk had moeten worden. Ook hierin rekende hij af met zijn eigen manichees verleden.

Uitgever DAMON heeft weer een mooi boekje toegevoegd aan de reeks vertalingen van de werken van Augustinus.

 

 

Aurelius Augustinus, Onze wereld in wording. Beschouwingen bij de bijbelse scheppingsverhalen. Ingeleid, vertaald en van aantekeningen voorzien door Leo Wenneker, Sander van der Meijs  en Hans van Reisen, DAMON: Budel 2016, 200blz., ISBN 978 94 6036 222 4, € 29,90.