Dit is de titel van een kort verhaal van de schrijfster Alice Walker, opgenomen in de bundel «cursief» Verliefd en verloren. «einde cursief» Zij begint het verhaal met de herinnering aan een lied, een spiritual:

I am going to sit at the welcome table.

Shout my troubles over.

Walk and walk with Jesus.

Tell God how you treat me.

One of these days!

 

Iemand vertelt het verhaal over een zwarte vrouw die de trap van een kerk oploopt. De vrouw had de kleur van arme grijze Georgia-aarde, ze was uitgeput door koning katoen en het extreme weer. De mensen bij de kerk kijken op verschillende manieren naar haar. Sommigen zien iemand met kleren zonder knopen, anderen zien in haar een huishoudster, en weer anderen zien haar als iemand die de privacy van hun eredienstruimte bedreigt. Uitgeput houdt de vrouw even halt voordat ze de kerk binnengaat. De dominee staat bij de ingang van de kerk om de mensen te groeten en welkom te heten. Hij zegt tegen haar: Moedertje, weet je wel, dat dit niet jouw kerk is? (Waarop de vertelster invoegt: Alsof je de verkeerde kerk zou kunnen kiezen!) De vrouw loopt haastig de kerk binnen en gaat zitten. Ze kijkt de hele tijd strak naar de gebrandschilderde ramen. Het is koud in de kerk. De vrouw rilt. Een van de kosters loopt naar haar toe en fluistert haar toe, dat ze moet weggaan. Maar zij mompelt dat hijzelf moet weggaan. Uiteindelijk wordt ze uit de kerk gezet.

En dan vervolgt de vertelster: 'Binnen de kerk werd het warmer. Zij zongen, zij baden. De bescherming en belofte van Gods onpartijdige liefde werd steeds meer begerenswaard naarmate de preek feller werd en striemende woorden boven hun schuldige hoofden werden uitgesproken.'

Buiten de kerk op de trap kijkt de vrouw verbijsterd om zich heen. Dan begint ze weer te zingen, zoals ze ook in de kerk zachtjes in zichzelf zong, maar nu is het een treurig lied. Zij kijkt de hoofdweg langs. Zij ziet iemand die vriendelijk komt aanlopen. Komend langs de hoofdweg kwam iemand met gestadige maar stevige pas aanlopen – het was Jezus.

Deze Jezus lijkt op de Jezus van de prentjes die ze als kind boven haar bed had hangen. Zij volgt Hem en vertelt hoe ze bij de mensen gewerkt heeft, hoe ze gekookt en schoongemaakt heeft. Zij vertelt Hem hoe ze haar net de kerk uitgegooid hebben. Zij loopt met Hem op, zelfs voorbij haar huis. Zij begint ook spirituals te zingen, maar ze wilde Jezus niet vervelen en dus werd ze weer stil. En zo is ze blijven lopen.

De meeste mensen in de kerk hebben nooit geweten wat van die oude vrouw geworden is. Ze hebben nooit meer over haar gesproken. Sommigen hebben later wel gehoord, dat een oude zwarte vrouw dood gevonden is. Blijkbaar heeft ze zichzelf doodgelopen. Sommige zwarte families hebben haar op de weg gezien en zich afgevraagd, waar ze naartoe ging. Zij dachten dat ze misschien naar familie aan de overkant van de rivier ging.

Ik zal zitten aan de tafel van welkom.

Zing luidkeels mijn zorgen.

Lucht mijn hart bij Jezus.

Vertel een van deze dagen aan God

hoe jij me behandelt. 

 

In het liturgisch centrum van onze kerken staat een tafel, de avondmaalstafel. Die tafel met brood en wijn herinnert ons aan waarom Jezus Christus geboren werd en aan wat God in Hem voor ons gedaan heeft. Aan die tafel is iedereen welkom. Niet alleen ‘mensen zoals wij’. Ook mensen die ‘anders-zijn dan wij’. Het is de tafel van welkom.     

 

 

Gurbe Huisman, Winschoten