Ons kerkverband telt verscheidene deputaatschappen: commissies met deskundigen op een bepaald terrein. De kerken dragen het werk van deze deputaatschappen. Ze dragen het werk financieel, maar vooral ook door betrokkenheid. Voor deze betrokkenheid is onder meer nodig dat je weet wat een deputaatschap zoal doet. In deze rubriek vertellen deputaatschappen over hun werk. Deze week een artikel van het deputaatschap contact met de overheid.

Deputaten contact met de overheid

ANBI, LEI, VOG, CIO-K, RSIN, UBO, AVG, SILA… Nee, dit is geen geheimzinnige codetaal maar een kleine greep uit een waslijst afkortingen waarmee deputaten voor contact met de overheid veel te maken hebben. Afkortingen waardoor nieuwkomers in ons deputaatschap getroffen worden door een licht gevoel van paniek: Waar gaat dit allemaal over? Hoe ga ik dat allemaal eigen maken? Vind ik dit eigenlijk wel leuk?  Maar na een enkel jaar raak je vanzelf al aardig thuis in dit soort termen en de wereld erachter.

Deputaten contact met de overheid hebben de opdracht om namens ons kerkverband contacten te onderhouden met de overheid. Dit met als doel om de belangen van onze gemeenten te behartigen. In de praktijk betekent dit dat we ons veel met de technische kant van allerlei regels bezighouden die de overheid met grote gretigheid over onze samenleving uitstrooit.

Allerlei maatschappelijke ontwikkelingen leiden tot regels en die regels leiden weer tot verplichte verantwoordingen en registraties, al dan niet in digitale vorm. Een paar voorbeelden.

 

ANBI

Allerlei misbruikzaken binnen kerken, sportverenigingen en instellingen leiden tot de verplichting om voor jeugdwerkers een Verklaring omtrent het gedrag (VOG) te hebben. Deze zijn voor bepaalde typen vrijwilligersorganisaties, zoals kerken, gratis. En dat allemaal digitaal aan te vragen. Dat is mooi, zul je denken. Echter omdat lokale gemeenten binnen een kerkverband als de CGK geen inschrijving in de Kamer van koophandel hebben en daarmee tevens geen RSIN-nummer (een rechtspersonen- en samenwerkingsverbanden-informatienummer), kunnen wij er - en vele andere kerken met ons - geen gebruik van maken. Daarvoor moet eerst nog speciale software ontwikkeld worden. In samenspraak met de overheid moet dit in gang worden gezet. En dat gaat niet vanzelf, merken we wel.

Een ander voorbeeld is de ANBI-status: de status van een algemeen nut beogende instelling. Deze is nodig om het mogelijk te maken je gift aan de kerk, zending of evangelisatie als fiscale aftrekpost op te kunnen geven. De regels en eisen om deze status te verkrijgen nemen fors toe. Lokale kerken moeten via hun website opening van zaken geven in het financiële reilen en zeilen, waarbij ook inzicht in het beleid van een gemeente dient te worden gegeven. Allemaal met als doel om te kunnen bewijzen dat een kerk een algemeen nut beogende instelling is. Doen we dat niet goed dan is het risico groot dat we onze ANBI-status kwijtraken. Dus er is veel aan gelegen om alle gemeenten van onze kerkverband mee te krijgen om aan de eisen te voldoen.

 

Vergrootglas

Wat duidelijk wordt uit bovenstaande ontwikkelingen is dat de overheid blijkbaar veel vertrouwen heeft in het bestrijden van misbruik, (fiscale) fraude, criminele activiteiten via een diversiteit aan registraties en andere bureaucratische verplichtingen. Waarbij het de vraag is of dit terecht is. Een VOG zegt maar heel beperkt iets over het doen en laten van een vrijwilliger.

Desondanks moeten we er toch mee aan de slag. Kerken liggen immers onder het vergrootglas. Kerken staan ook steeds meer aan de rand van de samenleving, ervaren wij. Instanties als de Belastingdienst hebben bijvoorbeeld nauwelijks kennis in huis hoe een kerk als organisatie in elkaar steekt. Zeker niet een van onderop georganiseerd kerkverband als de Christelijke Gereformeerde Kerk, met min of meer autonome gemeenten, met een classis en een synode. De Belastingdienst denkt in raden van toezicht, besturen en directies. Dus hebben we veel uit te leggen en te overleggen.

Gelukkig nemen we deel aan het Interkerkelijk contact in overheidszaken (CIO). Hiervan zijn de meeste kerken in Nederland lid. Via het CIO kunnen we als kerken samen optreden richting de overheid. Daarmee staan we sterker en komen we voor de overheid meer als eenheid over. Daarnaast neemt het CIO het nodige werk uit handen voor hun leden door allerlei zaken te regelen en te organiseren.

Regelmatig komen vertegenwoordigers van de kerken onder voorzitterschap van J. Smit (commissaris van de koning in Zuid-Holland) bij elkaar om te overleggen. Ook wij zijn daarbij vertegenwoordigd. Zelf komen wij als deputaten een keer of vijf per jaar bij elkaar in de TUA te Apeldoorn. De voorzitter is op dit moment prof.dr. T.M. Hofman. Het is de bedoeling dat prof.dr. M.J. Kater het stokje over enige tijd zal gaan overnemen.

 

Gelukkig hebben wij het in onze vergaderingen niet alleen over regelgeving. Wij praten ook over de rol van de kerken in onze samenleving, houden contact met het pastoraat binnen defensie, justitiële instellingen en zorginstellingen. Mensen worden daar vaak geconfronteerd met moeilijke levensvragen. Hierdoor zien we dat er veel behoefte is en blijft aan geestelijke bijstand. Ook het mooie werk voor godsdienstonderwijs op openbare scholen heeft meer dan onze aandacht. Ook in onze kerken zijn er veel mensen die daarin een taak hebben. Kortom: een veelzijdige taak voor dit deputaatschap.

 

Vincent van Arkel, Scherpenzeel

 

 

V.J.M. van Arkel is secretaris van het deputaatschap contact met de overheid