In de mensen een welbehagen?
Het is bijna kerst. En als er iets bij kerst hoort dan zijn het toch wel kerstliedjes? Het “Komt allen tezamen” wordt afgewisseld met “Stille nacht, heilige nacht”. In die rij hoort toch ook het lied “Ere zij God”. Maar wat zingen we eigenlijk in dat lied? Pak nu die laatste regel: “Vrede op aarde, in de mensen een welbehagen.”
Achtergrond
Eerst kort de achtergrond van dit lied. Het lied verscheen voor het eerst in druk in 1857 in de zangbundel Het nachtegaaltje, onder de titel Kerslied (sic). De bundel was samengesteld door tekstdichter Isaac Bikkers (1833-1903). Bij het Kerslied werd geen tekstschrijver vermeld, wel een componist, F.A. Schulz. Vanaf de jaren dertig van de vorige eeuw kwam het lied ook in officiële zangbundels terecht en werd het in de kerkdiensten gezongen. Het is een geliefd lied voor velen. Maar die laatste woorden lijken soms wel uit de toon te vallen. Want gaat het hier over mensen van het welbehagen, mensen die van goede wil zijn? Bij wie hoort het woord welbehagen?