Dit nummer van het kerkblad is een van de zomernummers. We leven in een periode van heerlijke rust. Weinig vergaderingen, lange dagen, met een beetje geluk mooi weer. Tijd om buiten te zitten en niet binnen voor de televisie. Een tijd waarin er net iets minder van (de meesten van) ons wordt verwacht. Een periode om op te laden na een lang seizoen voordat we in september weer op volle kracht moeten presteren. Op school, op ons werk en ook in de kerk.

 

Vreemd eigenlijk. In de kerk zouden we beter moeten weten. We kennen toch dat beeld van de Here Jezus die door ontferming bewogen wordt als Hij de mensen ziet die opgejaagd en afgemat zijn. Mensen die eruitzien als schapen zonder herder. We kennen die uitspraak van Augustinus: Onrustig is mijn hart, totdat het rust vindt in U. En wat merken we ervan? Vaak ervaren we ook als christenen maar weinig rust.

Misschien is het goed om de rust van deze maanden te gebruiken om de zaken weer even in de juiste verhouding te zien. Want meestal worden we in ons leven toch steeds weer geregeerd door de waan van de dag. We nemen niet voldoende tijd om te rusten bij God, waardoor de rust in ons leven vaak ver te zoeken is. Als we de zomer eens zouden gebruiken als een soort van retraite.

 

Laten we stil worden voor de Here en alle andere geluiden even buitensluiten. Wat zou het goed voor ons zijn als we de tijd nemen om even niet gericht te zijn op presteren en uitblinken. Laten we de Here volgen die onze Herder wil zijn en ons brengt op plaatsen waar het goed toeven is. Plaatsen van rust en vrede. Laten we zoeken naar de rust van de Here. Dan worden we gevuld met zaken die ertoe doen en zullen we gegarandeerd energie ontvangen voor een nieuw seizoen waarin er weer van alles van ons verwacht wordt.

 

Een heerlijke zomerperiode toegewenst vol van groene weiden en vredige wateren waar de Herder ons laat rusten.

 

 

Wouter Moolhuizen, Dedemsvaart