Inmiddels ben ik halverwege het nieuwe boek God, iets of niets, van Taede Smedes. Onze theologie blijkt, zo lees ik,  behoorlijk beïnvloed door de filosofen van de Verlichting. Met afstandelijk klinkende woorden als Gods almacht, alwetendheid en bovennatuurlijkheid. Het lezen daarover ontregelt mij wat...

Ontregeling maakt altijd de vertrouwensvraag actueel. Op wie of wat vertrouw ik eigenlijk? Een Godsleer? Regels? Wat ís geloven eigenlijk? Ontregeling is nooit leuk, maar wel zinnig. Anders verliest het geloof haar openheid.

Jezus ontregelde destijds ook de gelovigheid. Hij veegde de vloer aan met de ‘juridisering’ ervan. Van ‘handen wassen voor ’t eten’ tot ‘wanneer je je vrouw mocht wegsturen...’ Goedheid en reinheid bewerk je volgens Hem niet met regels. Het komt van binnenuit (of niet). En daarom voerde Hij zijn tijdgenoten weer terug naar de blauwdruk, het oerbeeld van het huwelijk in de beginne. De verwondering van Adam die een wond vlakbij zijn innerlijk hart had. Omdat zijn Eva daar ‘uit genomen’ was. Hoe wil jij, vanuit je gewonde, gevoelige hart, met je vrouw omgaan?!

Diep in ons hart weten we best waar we goed aan doen in de omgang met onze naasten. ‘Heb de naaste lief als jezelf’, gaf Jezus als richtlijn. ‘Jezelf’ is ook een soort blauwdruk. Die ander is als mijn ‘zelf’, is als mijn (gewonde) hart. Heeft dezelfde behoefte aan vertrouwen, vrijheid en seksualiteit. Aan eerlijkheid, veiligheid en relatie. Aan vergeving, mededogen en gezien worden. Maar het rottige is dat het, zonder Gods Geest, ons vaak aan moed of zin ontbreekt om dat te honoreren.

In de kerk en op de synode leggen we graag in regels vast wat zondig is. Over wat (niet) mag in liturgie of leven. Er wordt soms wat af geregeld. Inzake seksualiteit, dans en drama. Maar met voorschriften is dus noch de liefde noch God gegarandeerd. Daarvoor moeten we terug naar die blauwdrukken. Om die ander écht te leren zien. En om zo ook Gód te zien. Want in die ander kijkt God ons zélf aan. Soms bij het ontregelende af...

God is ontregelend dichtbij, meer dan die filosofen destijds dachten!

 

Nynke Sikkema-Holwerda, Hoogeveen