ImageOp 21 juni is het 25 jaar geleden dat drs. J. van ?t Spijker als predikant werd bevestigd te Nieuw-Amsterdam. Daarna was hij predikant te Zwijndrecht. Vanaf 1 januari 1997 werkte hij als zendeling in Mozambique. Vanaf 10 juli 2005 is hij predikant te Hoogeveen.
Op verzoek van de redactie vertelt hij over zijn werk, maar zegt hij:

Ze hadden het aan Fennie moeten vragen ?

Ja, dat vind ik echt! Als er ??n is die mij kent, en die weet hoe ik in elkaar zit en wat mijn zwakke kanten zijn en die toch altijd weer ?! Ze hadden het aan Fennie moeten vragen, omdat zij nu al bijna dertig jaar naast en achter mij staat. Zij is er, als ik thuis kom van een lange vergadering. Zij is er als mijn studeerkamer weer eens een bende is, en ik er geen gat in zie de dingen op te ruimen. Zij is er als het werk dat ik in Hoogeveen en in Apeldoorn doe soms echt met elkaar strijdt om de voorrang en er daarom iemand nodig is die stressbestendig ?
Daarom: niet ik zou in de spotlight moeten staan ?

Maar ze hebben het aan mij gevraagd. En ik voel me er knap ongemakkelijk bij. Ik heb er zelfs een hekel aan. Omdat ik niet onbevooroordeeld ben wanneer het over mezelf gaat.  
Daarom schrijf ik liever over iets anders. Over wat me alle jaren dat ik nu predikant mag zijn steeds weer iets van vreugde en verwondering geeft. Maar ook moeite.
Eerst de vreugde: want ik mag echt het mooiste werk doen wat er in heel de wereld is! Ik mag het altijd hebben over Hem door Wiens liefde ik leven mag en levend ben: mijn Heiland. Ik mag ? net als al mijn collega?s ? wijzen op de Here Jezus Christus, Gods Zoon. Op Wie Hij is, en op wat Hij gedaan heeft en geeft. Op het houvast dat Hij geeft door heel je leven heen, elke dag opnieuw.
Daarom wilde ik dominee worden. En wil ik nog steeds dominee zijn! De liefde van de Here Jezus Christus zet je in beweging.
Die liefde doorgeven is het mooiste wat er is. Dat was het in Nieuw Amsterdam, dat was het in Zwijndrecht, in Mozambique, en dat is het in Hoogeveen.

Maar er is ook de moeite. Omdat je met mensen te maken hebt. Mensen met hun eigen vragen, mensen met hun soms zo diepe en existenti?le verdriet, mensen met hun ?waarom? bij zoveel wat er gebeurt. En daarbij merk ik dat ik zelf ook mens ben; dat ook ik tegen vragen aanloop, dat ook ik soms zo duidelijk opbots tegen het ?waarom?. Ik merk steeds meer dat het helemaal waar is wat ons in Apeldoorn verteld werd toen we daar in 1980 kwamen studeren: dat je vooral gaat ontdekken wat de vragen allemaal zijn, zonder dat je altijd ook een antwoord vindt ?! Dat geldt in de theologie; dat geldt in het pastoraat.

Maar juist dan merk ik ? soms door alle vragen heen ? dat ik werken mag op ?heilig? terrein. Bij het preken en spreken, bij het luisteren en bidden, is er Iemand anders die de eigenlijke dingen doet. Je merkt dat je een instrument bent (en mag zijn!) in de hand van de Koning van de Kerk. Dat Hij jou gebruiken wil. Ondanks jezelf. Ondanks mijn tekortkomingen. Ondanks ?
Dat heb ik gemerkt. En dat geeft de verwondering, dat ik nu al vijfentwintig jaar ?
Verwondering en dankbaarheid. Naar God de Here toe die zo genadig is dat ook ik predikant mag zijn!

Daarom: niet ik moet in de spotlight staan, maar Hij!
Soli Deo Gloria zette Bach altijd onder zijn composities.
Laten we die toon maar vasthouden.

En als u nog meer wilt weten: vraag het aan Fennie ...

Hoogeveen           
J. van ?t Spijker