{mosimage}Alcoholmisbruik en de gevolgen daarvan zijn dagelijks nieuws. Soms ontdek je dat het veel dichterbij ligt dan je lief is. Hoe gaan we er als christenen mee om?

Alcoholgebruik is een belangrijk, actueel en vooral een lastig onderwerp. Het raakt ons allemaal. Over het algemeen wordt er te makkelijk over gedacht. Ook binnen de kerken. De bruiloft te Kana is in de discussie populair. We vergeten dan even dat het hier om een groot feest ging. Nu lijkt het elke dag feest of minstens elk weekend. Als het over het eerste wonder van Jezus gaat lijken nog verbazingwekkend veel mensen een boodschap aan de Bijbel te hebben. Nu maar hopen dat ze niet bij deze geschiedenis in Johannes 2 blijven steken, maar doorlezen. Als we dan de brief aan Efeze halen kunnen we in hoofdstuk 5:18 lezen wat de Bijbel nog meer zegt over dat veranderde water. Bijvoorbeeld dat je je er niet vol mee moet gieten. 'En wordt niet dronken van wijn, waarin losbandigheid is'.  Vooral  de tweede helft van deze tekst is richtinggevend: 'maar wordt vervuld met de Geest'.  
Meeleven  
Soms proberen mensen zich met grappen van het alcoholprobleem af te maken. Grappen over alcohol en grappen over mensen die te veel drinken. Ik ben daar geen voorstander van. Denk bijvoorbeeld even aan de mensen die een dronken partner of dronken kind thuis krijgen. Voor hen valt er weinig te lachen. Het is beter om met hen mee te leven. Als we het over alcoholverslaving hebben, gaat het niet over een klein probleem. Er zijn in ons land naar schatting een kleine miljoen probleemdrinkers. Dat is ongeveer tien procent van de volwassen bevolking. Jongvolwassenen consumeren het meest. Binnen deze groep is 34 procent van de mannen en ruim 9 procent van de vrouwen probleemdrinker. Je kunt dat getal van een miljoen misschien wel met tien vermenigvuldigen als het gaat over het aantal mensen dat lijdt onder dit verslavingsgedrag. Er zijn weinig mensen die er niet op een of ander wijze mee in aanraking komen. Dat kan bijvoorbeeld zijn via een partner, een kind, een ouder, broer of zuster, vriend of buurman.

Wat kunnen we doen?
Omdat we er allemaal mee te maken hebben moeten we er ook allemaal over nadenken. Kop in het zand steken, net doen of er niks aan de hand is kan natuurlijk ook, maar dat brengt ons niet verder.  We dragen allemaal verantwoordelijkheid. Hoe geven we daar inhoud aan? In de eerste plaats kan dat door onszelf onder de loep te nemen: hoe gaan wijzelf om met alcohol? Er zijn nogal wat mensen die in de gevarenzone zitten zonder dat ze het (willen) beseffen. Alcoholisme is iets dat je leven binnensluipt. Telkens iets meer. Eerst is het een gewoonte, daarna een gewenning en tenslotte een verslaving.
Een tweede vraag die we onszelf kunnen stellen is: hoe ga ik met mijn gasten om? Wat zet ik ze voor? Er zijn mensen die gebroken hebben met hun verslaving of die een poging daartoe doen. Zij hebben het niet makkelijk, want alcohol is overal. Ik noem mijzelf graag 'alcoholweigeraar'. Dat woord geeft aan dat 'niet drinken' een activiteit is. Je moet er veel voor doen. Of het nu lieve familie is, of  dat het je beste vrienden zijn, in de meeste gevallen is de vraag na het tweede bakje koffie: 'wat wil je drinken?' Als je dan om vruchtensap vraagt volgt er meestal even een onaangename hapering. Je wordt  min of meer als spelbreker gezien. Ook als cadeauartikel is een fles alcoholhoudende drank erg populair. Wat meer creativiteit in dat opzicht zou geen kwaad kunnen. Al die alcoholbombardementen maken het voor een ex-alcoholist niet eenvoudig. Kerstdag wordt in die kringen 'de grote terugvaldag' genoemd. Welke christen schaamt zich niet als hij dit hoort?   

Lastige ontwikkeling
Helaas zien we de laatst decennia een gevaarlijke ontwikkeling. De leeftijd van alcoholgebruikers daalt gestaag. Steeds meer jongeren beginnen op zeer jeugdige leeftijd te drinken. En dat niet alleen, de hoeveelheden nemen schrikbarend toe. Comazuipen, drinken tot je erbij neervalt, is populair onder de jongeren. Of het allemaal nog niet erg genoeg is, zijn de meisjes bezig met een inhaalslag.  Dat zie je ook terug in het toenemend aantal seksuele uitspattingen. Vroeger waren meisjes in dit opzicht een rem, nu zijn ze even ontremd als de jongens. Teleurstellend is dat veel christenjongeren deze trend naadloos volgen.
 
Preventie
Verslaving is een buitengewoon  taaie zaak. Beginnen is een stuk eenvoudiger dan stoppen. Verslaving kent maar een woord: meer. Het is daarom van het grootste belang dat jongeren, als ze al gaan drinken, daar zo laat mogelijk mee beginnen. Elk jaar dat een jongere later begint met drinken is pure winst. Kinderen met een beloning stimuleren om niet, of later, te gaan drinken levert grote winst op. Om twee redenen. De schade die alcohol aanricht bij jonge drinkers is veel ernstiger dan bij oudere gebruikers. En de verslaving hecht zich vaster in iemands leven naarmate hij eerder begonnen is met gebruik. Je komt er dus moeilijker vanaf als je vroeg begonnen bent.
Een verslaving beĆ«indigen is voor niemand eenvoudig. Gemiddeld duurt het twintig jaar voordat  gebruikers toegeven dat ze verslaafd zijn en toegeven dat ze hulp nodig hebben om van de alcohol los te komen. Dat gebeurt pas als de gevolgen van hun gebruik voor hen ondraaglijk geworden zijn. Dat kan zijn door het optreden van ernstige lichamelijke klachten, door een steeds grotere eenzaamheid of doordat ze tegen justitie opbotsen. Er is heel wat geleden voordat een verslaafde zich overgeeft. 
Daarom blijft preventie zo buitengewoon belangrijk. Maar helpt die voorlichting echt? Lang niet altijd. Al dat praten over soorten middelen en gevolgen werkt weinig uit. Wat helpt dan wel? Enkele jaren geleden deed een wetenschapper hier onderzoek naar. Het was een vrouw die in de jaren zestig was gevormd. Vrijheid blijheid. Dat was nog steeds haar devies. Ze was daarom niet zo blij met de uitkomst van haar eigen onderzoek. Er bleken maar twee preventieve middelen te zijn die echt zoden aan de dijk zetten, dat waren: verbieden en het goede voorbeeld geven. Dat doet zeer. Met dat verbieden moet je natuurlijk niet te lang wachten. Het begint al bij kinderen van groep 8. Niet aanbieden, maar verbieden. En dan die tweede raadgeving: het goede voorbeeld. We hadden het zelf kunnen bedenken. Het beste voorbeeld dat we kunnen geven staat in dat vers van Efeze 5: streven naar vervulling met de Heilige Geest.

Urk                              
Krijn de Jong

Krijn de Jong is sinds 1975 werkzaam bij de stichting 'Tot Heil des Volks' in Amsterdam,een organisatie voor christelijke hulpverlening. De laatste zeven jaar is hij ook nauw betrokken bij preventie en verslavingshulp in zijn woonplaats Urk.