Eén van de vragen die gesteld wordt bij het afleggen van openbare belijdenis is: is het je behoefte door de kracht van de Heilige Geest, God de Here lief te hebben en Hem te dienen naar Zijn Woord, je als getrouw lid van de gemeente van Jezus Christus te openbaren en mede te arbeiden aan de opbouw van Zijn gemeente?

Over dat laatste onderdeel van die vraag - mede te arbeiden aan de opbouw van Zijn gemeente - werd doorgesproken samen met vijf personen die het afgelopen voorjaar belijdenis van hun geloof hebben afgelegd in de kerk van Leeuwarden.

 

Even voorstellen:

Cobie van der Velde, werkzaam als beleidsmedewerker onderwijs bij de gemeente Het Bildt

Elske Olijnsma, medewerkster bij het Ministerie van Justitie

Wietske Bosma, haar werkterrein ligt in de dagelijkse verzorging van haar gezin en ze heeft kinderopvang aan huis

Matthijs Möhlmann, ondernemer in de ICT wereld

Judith Corbijn, student filosofie aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Haar bachelor heeft ze inmiddels gehaald en ze gaat nu voor de master

 

Alle vijf bezoeken ze sinds één of twee jaar de kerkdiensten van de CGK Leeuwarden. Cobie, oorspronkelijk afkomstig uit de CGK Driebergen, woont nu bijna een jaar samen met haar man in Leeuwarden. Matthijs en Judith zijn beiden afkomstig uit de Gereformeerde Gemeenten en hebben na lang zoeken hun plekje gevonden. Bij Elske en Wietske ligt het wat anders. Beiden hebben geen kerkelijke achtergrond, maar via de Alphacursus vanuit de CGK Leeuwarden zijn ze meer te weten gekomen over het christelijk geloof. Zo hebben ze Jezus steeds meer leren kennen en Hem lief gekregen.

 

Belijdenis

Dat lief krijgen geldt ook voor de anderen. 'Toen ik wegens studie in Leeuwarden kwam te wonen was ik eigenlijk van plan te stoppen met het naar de kerk gaan. In Leeuwarden ontmoette ik Matthijs, die al acht jaar niet meer naar de kerk ging. Doordat we samen gingen praten over geloofszaken, pakte het ons weer en samen zijn we op zoek gegaan naar een kerk. Waarom we uitkwamen bij de CGK in Leeuwarden? Toen we daar de eerste keer binnenstapten werden we bij de ingang welkom geheten door een gastvrouw. Dat voelde direct warm aan.' Aldus Judith.

Ook de anderen beamen het welkom voelen in de kerk. Hoewel Wietske en Elske nog lang niet alles van de preken begrijpen, voelen ze wel aan dat ze hier moeten zijn. Een bekeringsverhaal heeft geen van allen. Het is zo gegroeid en de belijdeniscatechese heeft daar een grote rol in gespeeld. Omdat Wietske en Elske niet waren gedoopt, gebeurde dat alsnog na hun geloofsbelijdenis. 'Dat was zeker wel heel bijzonder', vertelt Elske, ‘want na afloop liep bijna iedereen die in de kerk zat bij ons langs, om ons de hand te geven en velen zeiden tegen mij dat ze dat dopen zo geweldig mooi vonden. En ik kende bijna niemand van hen.' Cobie: 'In mijn studententijd te Utrecht was ik lid van de christelijke studentenvereniging Navigators en het geloof speelde een grote rol in mijn leven. In Utrecht ontmoette ik Folkert mijn man. Toen we naar Leeuwarden verhuisden hebben we een kerk gevonden waar we ons bij aan wilden sluiten.'

Voor allen was het moment van belijdenis doen een bijzonder moment. Op mijn vraag of ze nu ook veranderd zijn, zeggen allen dat dit best mee valt, hoewel anderen dit soms wel tegen hen zeggen. Cobie en Elske geven aan dat ze milder zijn geworden en Wietske is nu rustiger dan voorheen. 'Na de Alphacursus kreeg ik al het gevoel dat ik er niet meer alleen voor stond. Ik heb nu een steuntje in de rug', aldus Wietske.

 

Meewerken aan de opbouw van de gemeente

Op mijn vraag of ze ook na afloop van de belijdeniscatechese de gaventest (waar je talenten voor de kerk liggen) hebben gedaan, wordt ontkennend geantwoord. Ze wisten helemaal niet dat zoiets bestond. Op dit moment hebben alleen Judith en Matthijs een taak binnen de kerk. Judith zit in de leiding van de kindernevendienst en Matthijs levert een bijdrage aan de techniek.

In de Lichtkegel (het maandelijkse gemeenteblad) staan iedere keer vacatures voor bepaalde werkzaamheden. Maar wat die taak dan precies inhoudt is niet altijd duidelijk. Wietske: 'Als je nog maar kort bij de gemeente bent, op alle vragen nog lang geen antwoord hebt en je nog maar weinig mensen kent, dan is het best lastig om je aan te melden. Kijk, als ze mij nu vragen voor iets en het ligt binnen mijn mogelijkheden, dan zou ik dat best willen doen. Ik merk bijvoorbeeld dat er heel veel voor ouderen en jongeren wordt gedaan, maar voor de middengroepen? Daar hoor ik nu juist bij.'

Het afgelopen seizoen heeft Elske zelfs meegeholpen in het Alphateam. Het lijkt haar trouwens ook best leuk om mee te denken hoe de Crosspointdiensten (jeugddiensten) nog meer vorm en inhoud kunnen krijgen.

Matthijs weet nog niet wat hij zou zeggen wanneer volgend jaar iemand van de kerkenraad bij hem langs kwam en hem vertelde dat hij gekandideerd wordt voor diaken. 'Ik ben nog zo jong. En hoeveel tijd kost dat wel niet. Ik heb daar ook helemaal nog geen idee bij wat je dan zoal zou moeten doen. Het collecteren is niet erg, want je bent toch in de kerk. Ik heb natuurlijk wel beloofd mee te werken aan de opbouw van de gemeente. Dat is een lastige vraag.' Aldus Matthijs.

Allen zijn van mening dat het mooi zou zijn wanneer je ergens voor wordt gevraagd. Je kunt dan tijdens zo’n gesprek vragen hoeveel tijd dat kost, wat er van je wordt verwacht en er over nadenken: is dat wat voor mij? Ook zijn ze van mening dat je niet zomaar nee kunt zeggen. Je hebt toch beloofd mee te werken aan de opbouw van de gemeente? Je mag toch ook op God vertrouwen dat Hij je er bij helpt? En vele handen maken licht werk.

 

Missionaire gemeente

'Reeds gedurende een aantal jaren wordt er binnen onze kerk gesproken over het missionair zijn', vertelt Cobie. 'Ik heb begrepen dat men graag in de omgeving van onze kerk meer wil doen. Nu wonen wij zelf dicht bij de kerk, maar als buurtbewoner heb ik hier nog nooit iets van vernomen. Wat weet de omgeving van onze kerk en wat weten wij van onze omgeving? Hoe kunnen wij meer uitstralen?' Wietske valt haar bij: 'Hoe komt het dat op een dorp kerk en omgeving meer van elkaar weten en in de stad niet? Daar zou ik best mijn steentje aan bij willen dragen.'

Elske begrijpt het. Ze vertelt dat enige tijd geleden er een concert in de kerk geweest is van de Continental Kids. Ze weet niet of daar in de omgeving van de kerk ook aandacht voor is gegeven, maar zo niet, dan is dat een gemiste kans. 'Is het niet mogelijk een nieuwsbrief voor de buurt te maken en die periodiek te verspreiden? Daar zou je ook de uitnodiging voor de Continental Kids in kwijt kunnen. Of misschien kunnen we iedere keer wanneer de wijkkrant verschijnt daarin iets over onze kerk vertellen?' Daar zouden ze alle vijf best aan willen meewerken.

 

Ten slotte

Als je nog niet zolang geleden in aanraking bent gekomen met het christelijk geloof en je hebt je aangesloten bij een kerk, dan is het belangrijk dat er zo nu en dan toch eens iemand langs komt die vertelt hoe alles reilt en zeilt. Want het is allemaal nieuw. Wie er van jongs af aan mee is opgegroeid, weet precies hoe het zit en hoe de lijntjes lopen. Er valt nog veel te leren. Daarom gaan Elske en Wietske ook naar een groeigroep. Arbeiders gevraagd in Gods Koninkrijk om dienstbaar te zijn. Wat geweldig als daar gehoor aan wordt gegeven.

 

 

Dokkum                                                                  
Pieter Sijtsma