C. S. Lewis, Brieven uit de hel, Onversneden christendom, De grote scheiding. Deze drie boeken gaf Kok in Utrecht mooi gebonden in een cassette uit voor € 34,50. De eerste twee boeken vertaalde Arend Smilde, het derde Henriët Ferguson.

Alister McGrath, C. S. Lewis, vertaling M. Visser-Slofstra, gebonden uitgave van Groen in Heerenveen, prijs € 24,95.

De drie hierboven genoemde boeken van Lewis heb ik herlezen. Ik raad u aan dat ook te doen. Als u dat niet kunt. omdat u ze nog nooit las, lees ze dan alsnog, en herlees ze. Ze zijn echt de moeite waard, al zijn ze in de veertiger jaren van de vorige eeuw geschreven. Bovendien maken de vertalingen van de Lewiskenner Smilde en van Ferguson het lezen tot een extra genot.

Voor wie niets van Lewis weet: hij was christelijk opgevoed, werd een overtuigd atheïst, maar God bracht hem tot geloof in Christus. Ook was hij een groot geleerde, o.a. in de Engelse literatuur. Zijn levensweg ging niet over rozen. Zijn moeder, van wie hij veel hield, stierf toen hij nog jong was. Zijn vader en hij hadden een uiterst moeizame relatie. Met zijn broer Warnie trok hij altijd op, maar dat gaf ook problemen, o.a. omdat Warnie aan drankzucht leed. Lewis raakte in de eerste wereldoorlog gewond. Hij sprak nooit over de verschrikkingen die hij op het slagveld had meegemaakt. Die raakten hem namelijk te diep.

Mevrouw Moore, de moeder van een vriend, was ook moeder voor hem, en veel meer dan dat. Hoe hun relatie precies was, is niet duidelijk. In elk geval verhuisde zij telkens als Lewis als student of als docent moest verhuizen, zodat hij bij haar kon wonen. Na haar overlijden mochten hij en zijn broer in haar huis blijven wonen.

Lewis is laat getrouwd, met de Amerikaans Joy Davidman. Zij had het er op aangelegd, maar voor hem was het een formaliteit om haar en haar zonen aan een verblijfsvergunning in Engeland te helpen. Hun huwelijk duurde maar kort, omdat zij ernstig ziek werd en overleed. In die periode ontdekte Lewis dat hij veel van haar was gaan houden. Haar dood had een grote impact op hem en zijn geloof. Dat beschreef hij in een heel persoonlijk boek: Verdriet, dood en geloof (1961). Ik ken geen boek dat zo diep ingaat op het probleem van het lijden (voor een christen). Dus ook niet Het probleem van het lijden (1940) van Lewis zelf. Ook dat boek is overigens zeer de moeite waard. Wie deze twee boeken naast elkaar leest, kan zowel inzicht als troost in het lijden krijgen.

Dit alles en nog veel meer is te lezen in de voortreffelijke biografie die McGrath over Lewis schreef, met de treffende ondertitel: Excentriek genie, onwillige profeet. Hij is de aangewezen persoon om het levensverhaal van Lewis te vertellen: een overtuigd christen die ook eerst atheïst was; eveneens een briljant geleerde en een vurig verdediger van het christelijk geloof. Nieuw in zijn biografie is wat hij heeft ontdekt over: Lewis’ verhouding tot mevrouw Moore, de toedracht rondom zijn huwelijk en het moment van zijn bekering. Veel belangrijker is dat hij Lewis heel dichtbij de lezer brengt. Daarbij geeft hij bijzondere aandacht aan de boeken die Lewis schreef, aan de bekende Narnia-reeks wijdt hij zelfs twee hoofdstukken. Het is een prachtig, goed verteld verhaal. De uitgever heeft er een geweldige uitgave van gemaakt.

Brieven uit de hel (1942) was één van Lewis’ eerste boeken. Het gaat over de listen van de duivel. Lewis behandelt geen Bijbelteksten over de duivel. Hij verzon een verhaal over de belangrijke duivel Schroeflik die in 31 brieven de lagere duivel Galsem adviseert hoe hij iemand ervan af moet houden in God te (gaan) geloven. Lewis geeft blijk van veel mensenkennis en van visie op de werkwijze van de duivel. Dat, en doordat zowel de insteek als de inhoud van deze brievenbundel origineel is - en vol humor is - , is het geen wonder dat dit boek een bestseller werd.

In de oorlog hield Lewis op verzoek vier series radiotoespraken over het christelijk geloof, die een groot succes waren. Onversneden christendom, de titel van het boek, waarin deze lezingen zijn gebundeld, vat goed de inhoud samen. Zowel de titel als de eerste drie hoofdstukken zouden kunnen afschrikken. Smilde zou kunnen overwegen bij een volgende druk, die er vast komt, een synoniem te gebruiken voor onversneden. Wie net als ik de eerste drie hoofdstukken lastig vindt, kan die rustig overslaan. Sommige ideeën van Lewis kunnen moeite opleveren, o.a. sommige van zijn opvattingen over vrouwen. Laat dit u echter niet afschrikken, want dit boek is zo de moeite waard en in de kern nog volop actueel. Al lezend luister je naar een christen die weet waarover hij het heeft.

Ik heb geaarzeld of ik De grote scheiding (1946) zou herlezen. In mijn herinnering was het een bizar verhaal: over helbewoners die een busreis naar de hemel maken. Daar ontmoeten zij mensen die zij van vroeger kennen. Die ontmoeting is bedoeld om hen tot de goede keus te brengen. Bijna allen keren echter terug naar de bus en naar de hel. Ze zitten namelijk vast in hun kleingeestigheid en hoogmoed.

Ik heb er geen spijt van dat ik het toch herlas. Lewis giet dit verhaal in de vorm van een droom, waaruit hij op de grond van zijn studeerkamer ontwaakt. Het blijft evengoed een vreemd verhaal, maar het bevat wel juweeltjes van mensenkennis. Bovendien maakt hij duidelijk dat mensen in de hel terechtkomen uit eigen keus. Uw wil geschiede, zegt God tegen hen.

Al deze aandacht voor Lewis juich ik toe. Hij is een zo origineel christelijk denker en heeft zijn visie op zo’n bijzondere wijze verwoord, dat ik enkele zaken die gedateerd zijn en andere waarin ik met hem van mening verschil, graag voor lief neem.

 

D. Visser, Amersfoort