Allereerst een aantal reacties van jonge en oudere gemeenteleden. Daarnaast opmerkingen van gasten en nieuwe-Nederlanders op de vraag: Wat vind je van de kerk? Bedenk hierbij, dat dit dus een heel andere vraag is dan: Wat geloof je? Of: Ken je de Heer?

 

Wanneer je de tijd neemt om te luisteren naar verschillende reacties van verschillende kerkbezoekers vallen dingen op. Of ze terecht zijn? Beter is om te zoeken naar verbinding en na te denken over mogelijke oplossingen.

 

Reacties

De kerkdiensten zijn saai, eentonig.  Veel van hetzelfde. Elke week hetzelfde riedeltje. Je zit nog maar net of het is al van: Gij zult niet dit en gij zult niet dat. Het is een mannenbedoening. De psalmen zitten vol met moeilijke woorden waar ik niets van snap. Ik voel me er niet thuis, maar ik moet wel mee, maar als ik volgend jaar uit huis ga dan…

Wij als asielzoekers snappen er niet zo veel van. Eén persoon houdt een lang verhaal, er worden liederen gezongen in een voor ons moeilijke taal en daarmee is de hele samenkomst gevuld.

Daarnaast klinken er ook reacties als: Het maakt me niet uit. Ik ben een gewoontedier. Wij denken daar niet over na. Of: Het is prima zoals het nu gaat, niets aan veranderen.

Kortom, een scala aan reacties. Uitersten tekenen zich af. Het lijkt onmogelijk om die te verenigen.

 

Gedachten over reacties

Kreten als ‘hetzelfde riedeltje’ zetten je wel aan het denken. Ervaart men dat zo? En dan te bedenken dat het niet alleen reacties zijn van jongeren, maar ook van de oudere generatie. Over de hele breedte van christelijk Nederland klinken deze geluiden. Landelijk en plaatselijk broeit er wat. Soms komt het aan de oppervlakte en is het bespreekbaar. Wordt het genegeerd of verdrongen dan eindigt het soms in kerkverlating.

 

De vraag die mij bezig houdt is: Kun je een richting aangeven waardoor de beleving in de eredienst meer aansluit bij deze tijd?

Zonder te tornen aan de inhoud, zonder de traditionele opbouw van de eredienst te wijzigen en zonder allerlei groeperingen in de gemeente te frustreren.

Want laten we wel wezen: of we het nu leuk en goed vinden of niet, de tijden zijn veranderd. Voor iedereen. Dat merken we in de kerkdienst, de kerkgang en de kerkbeleving.

 

Een mogelijke richtingaanwijzer is: kijken naar vorm van de vaste onderdelen in de eredienst. Feitelijk maken zij dat de dienst een statisch karakter krijgt. Daarbij laten we de volgorde van deze onderdelen in tact. Daar zijn immers goede gronden voor.

 

Vooraf

Over de inrichting en uitstraling van het kerkgebouw is van alles op te merken, dat verderop, maar het gaat nu om de eredienst. Een vraag bijvoorbeeld: Worden bezoekers welkom geheten? Kunnen zij de weg in het gebouw makkelijk vinden?

 

Eredienst

Allereerst: Kom tot rust. Neem daarvoor de tijd. Dat kan ook met zachte orgelklanken. Gebruik ter ondersteuning van de liederen en het Bijbelgedeelte een beamer. Geef op een sobere manier aan wanneer men gaat staan/zitten, bidden. Gasten voelen zich behaaglijker wanneer ze weten wat er van hen verwacht wordt.

Voor de dienst of tijdens de collecte kun je uitnodigen voor koffiedrinken, voor gesprek/gebed of voor komende activiteiten. In persoonlijke ontmoetingen kun je daarop dan inhaken. Leg aan het begin van de dienst het thema uit en de liedkeuze. Varieer de liedkeuze: psalmen, gezangen, liederen. Zing eens een lied in het Engels en eindig de dienst met een blij lied. Maak gebruik van orgel, piano, muzikanten, zanggroep, filmpjes en muziek.

Het voorhouden van leefregels kan op meerdere manieren: gezongen, met powerpointbeelden, kernachtig met tien steekwoorden, oud- en nieuwtestamentisch.

De voorbede, leefregels en de Bijbellezing kunnen door gemeenteleden gedaan worden. Benut Bijbelvertalingen. Zing samen het Onze Vader en de Geloofsbelijdenis.

Een preek kan effectiever zijn en beter beklijven wanneer het bestaat uit een intro en twee gedeelten van zo’n tien minuten, afgewisseld met een tussenzang. Probeer dat eens uit!

Noem het collectedoel en bid ervoor, vertel eventueel wat gedaan werd met de opbrengst van de collecte van vorige week.

Geef aandacht aan de kinderen in de dienst. Zing samen een kinderlied. Laat hen vertellen.

Zing een amen-lied na de zegen. Drink samen koffie na de dienst.

Vraag eens om gebedspunten en preekonderwerpen.

Besteed aandacht aan de buitenkant van de kerk. Laat de natuur het kerkelijk huis omgeven. Geef geen overlast bij het parkeren.

Denk na over de inrichting van de kerkzaal. Zie niet alleen de ruggen van elkaar. Laat de kerkenraadsleden bij hun gezin zitten, alleen de ouderling van dienst zit herkenbaar voorin.

Zet twee bossen bloemen neer. Een voor een gemeentelid, de tweede met een groet van de gemeente naar iemand uit de buurt. Vertel dat tijdens de dienst.

Betrek gemeenteleden en gasten bij het vormgeven van de eredienst. Maak van een raam in de gevel van het gebouw een etalage. Ontwerp een folder met: Wie zijn we? Van wie houden we? Waar verwachten we het van?

 

Conclusie

Het lijkt een opsomming van losse opmerkingen. Ik hoop echter dat de lijst uitnodigt om in de eigen situatie deze uit te breiden en aan te passen. Daar is nog heel veel mogelijk. En bekijk dan per dienst welke variatie wenselijk is. Als we deze mogelijkheden benutten, doorbreken we wellicht het gevoel van saaiheid, onbegrip en gewoonte bij velen. Dat komt de aandacht voor waar het in hoofdzaak om gaat ten goede.    

 

Art van der Molen, Bierum