Geestelijke steun bieden aan dak- en thuislozen en verslaafden, dat is het werk van een straatpastor. Belangrijk is ook dat diegenen die op straat leven of in een opvanglocatie verblijven een luisterend oor vinden. Geke Broersma, straatpastor in Leeuwarden, vertelt daarover.

‘Normaal betekent dat dat ik dak- en thuislozen en verslaafden op straat zie, maar heel vaak ook in de opvang. Veel mensen gaan toch graag naar bijvoorbeeld de opvang van het Leger des Heils of het Aanloophuis voor een kopje koffie en wat warmte en aanspraak. Ik ben ook geregeld in zorgopvang de Marene. Hier wonen mensen die meestal eerder tot de groep hebben behoord, waar ik contact mee heb en die nu zorg nodig hebben.’

Geen plek

‘In het begin van de coronacrisis was ik zelf ziek. Ik was even een paar weken helemaal uit het werk en was nog aan het herstellen, toen alle maatregelen van kracht werden. Het Aanloophuis aan de Bagijnestraat in Leeuwarden ging dicht. De opvang van het Leger des Heils was in het weekend in samenwerking met het Aanloophuis nog wel open. Echter alleen voor de echte daklozen. Dat zijn voornamelijk de mensen die in de nachtopvang slapen. Die zijn op dit moment wel goed in beeld. Voor mij betekende dit juist zorg om die mensen die nu geen plek meer hadden om naar toe te gaan. Zij zijn in deze periode op zichzelf aangewezen. Een aantal van hen redt zichzelf wel, anderen zijn nog wel ergens in beeld bij zorg of hulpverlening, maar er is ook een kwetsbare groep die verder niets of niemand heeft. Gelukkig heb ik van best veel mensen die ik spreek een telefoonnummer, dus ik ben begonnen met bellen (doe ik nog steeds) en ik heb hier en daar een kaartje door de bus gedaan. Het doet zo veel voor mensen dat ze nu even gehoord worden, dat ze even hun verhaal kunnen doen, dat er naar hen omgekeken wordt.’

Enige bezoeker

‘Vorige week was er een uitvaart, waar ik de enige bezoeker was. Dat had ik nog niet eerder meegemaakt. Ik was vorig jaar bij de begrafenis van iemand die buiten de stad in een tentje woonde. Maar daar waren nog wel de mensen die hem gevonden hadden en een dame die wel eens een praatje met hem maakte als zij haar hond uitliet. De uitvaart van vorige week had niet met corona te maken, maar voelde, net als veel dingen in deze tijd, heel onwerkelijk. De uitvaartbegeleider las een gedicht, ik las bij het graf een gebed ‘U die geen naam vergeet, geen mensenkind ontkent’, maar wij kenden hem niet. Wat is het moeilijk te accepteren dat mensen zo in de stad leven en sterven, zonder dat zij gekend worden. Vanaf het begin van de coronacrisis heb ik geregeld contact met Titia, de coördinator van het Aanloophuis in Leeuwarden, om eens na te gaan welke mensen we nog misten en hoe we die konden bereiken. Dat is erg fijn. Verder ben ik steeds eens per week naar Leeuwarden gekomen, want ik moet wekelijks wat vaste dingen regelen. Door de weken heen ging het mij zelf steeds beter en kon ik ook wat langer in de stad rondlopen. Ik kwam al snel allerlei bekenden tegen en hoorde dan gelukkig ook vaak via hen weer berichten over anderen. De mensen denken ook om elkaar, dat is mooi om te horen en ook blijken mensen soms meer te kunnen, dan ze zelf hadden gedacht.’

Voorzichtig

‘En zo doe ik het nu nog steeds. Ik werk officieel wel minder, ik heb voor de helft van mijn uren onbetaald verlof opgenomen omdat ik dacht minder te kunnen, maar dat valt mee. Ik kom niet in de opvang, want daar kun je op afstand niet rustig praten en ook niet in de zorgopvang, want daar mag geen bezoek komen. Ik bel veel vanuit huis en spreek ook met mensen af om even buiten wat bij te praten of om even iets te regelen. Ik ben wel voorzichtig, ik heb dichtbij in mijn familie ook kwetsbare mensen, maar ik denk wel dat ik veilig werk. De laatste weken spreek ik geregeld af met Titia, dan lopen we samen wat in de stad. Want het is belangrijk dat ook het Aanloophuis in beeld blijft. Dat er vanuit hun vertrouwde plekje ook nu naar de gasten wordt omgekeken, ook al is dat plekje nu even dicht. Ik verwacht dat deze crisis niet zomaar voorbij is, maar voor de nabije toekomst hoop ik dat de regels weer iets soepeler worden, zodat misschien het Aanloophuis op een aangepaste manier ook weer wat open kan, voor de thuisloze en eenzame mensen.’

Nel Noppe, Leeuwarden

Voor meer informatie zie ook: www.facebook.com/StraatpastoraatLeeuwarden