Bij veel geboden in de Bijbel weten we meteen dat deze tijdgebonden zijn. Ze zijn bepaald door de tijd waarin ze zijn gegeven. Denk bijvoorbeeld aan de ceremoniële wetten over de offerdienst, of de wetten over de sabbat. Wel kunnen we vaak in die geboden een diepere laag ontdekken die voor ons vandaag nog steeds van betekenis is. 

Eigenlijk heeft elk gebod in de Bijbel een diepere laag. Die laag vraagt om ontdekking. Daar wil de Heilige Geest bij helpen. Een eerste vereiste is wel dat je moet nagaan wat het desbetreffende gebod in de toenmalige tijd en cultuur precies beoogde. Anders kun je vandaag een lijn trekken vanuit het gebod naar onze tijd die niet – of althans niet in eerste instantie – door het desbetreffende gebod is bedoeld.

Bedoeling

Dat gevaar doet zich bijvoorbeeld voor als je naar aanleiding van het vijfde gebod (over het eren van ouders) je kinderen voorhoudt dat ze jou moeten gehoorzamen. Ja, inderdaad, Paulus legt dit gebod ook zo uit (Ef.6,1). En dat is misschien ook wel de gedachte die velen bij dit gebod hebben: kinderen moeten hun ouders gehoorzamen. We vinden dat overigens ook wel nodig in deze tijd, een stukje respect en eerbied voor de oudere generatie. Ouders hebben het al zo moeilijk. Daarom is een steuntje in de rug vanuit de kerk wel welkom. En het is waar. Levenswijsheid leert dat respect voor diegenen die veel levenservaring hebben een goede zaak is. Ook is een goede zaak dat we eerbied hebben voor diegenen die ons regeren en besturen. Het kan ook geen kwaad in deze tijd te onderstrepen dat we met respect moeten spreken over diegenen die boven ons gesteld zijn. Maar als we allereerst wijzen op gehoorzaamheid, gaan we voorbij aan de specifieke bedoeling van dit gebod toen de HERE dat uitvaardigde op de Sinaï. Dit gebod spreekt allereerst diegenen aan die nauwelijks omzien naar hun behoeftige vader of moeder. Want juist dát wil het gebod zeggen: zorg voor diegenen die vanwege hun leeftijd niet meer voor zichzelf kunnen zorgen!

Geadresseerden

De Here sprak met dit gebod allereerst volwassenen aan. Mannen vooral! In het oude Israël waren geen sociale voorzieningen zoals in onze tijd. Wat zijn we toch bevoorrecht! We leven wat dat betreft in een paradijs. Maar in het oude Israël waren geen algemene ouderdomswetten. Daarom moesten kinderen zorgen voor ouders die zelf geen werk meer konden verrichten. Het Oude Testament legt grote nadruk op deze zorg voor behoeftige ouders. Dat is dan ook de directe tijdgebondenheid, tijdbepaaldheid en achtergrond van het vijfde gebod. Ook momenteel zijn er nog steeds culturen waarbij de kinderen alle zorg op zich nemen voor hun behoeftige en gebrekkige ouders. Die ouders wonen dan bijvoorbeeld bij hen in. Ze genieten alle voorrechten van het huis van hun kinderen. Op de Veluwe zien we nog boerderijtjes waar in de ene helft het gezin woont, en in de ander helft de (groot)ouders. Dit gebod heeft ook voor ons grote betekenis. Zoals zorg voor behoeftige ouderen in bijbelse tijden belangrijk was, is deze zorg nog steeds erg belangrijk. Eer uw vader en uw moeder! Tegelijkertijd krijgt dit gebod in onze tijd wel een andere invulling, omdat wij zorg kunnen delegeren aan de overheid en andere instanties.

Korban

Ook Jezus heeft gewezen op de zorg die mensen moeten verlenen aan hun behoeftige ouders. In Matteüs 15 lezen we over zijn kritiek op tijdgenoten met betrekking tot dit punt. Blijkbaar verwaarloosden sommigen (of velen?) die zorg. Ze vonden hun ouders te duur. En dan roepen ze maar dat zij een bepaald geldbedrag aan de dienst aan God hebben gewijd. Dat zou een offergave (korban) ( zijn, en ondertussen verwaarlozen zij de noodzakelijke zorg voor hun ouders. En, zo zei Jezus, ze maken het gebod van God krachteloos! Ze zien niet naar hun ouders om. Schandelijk: godsdienst gebruiken als middel om het gebod tot liefde voor je directe naasten te omzeilen. Maar vroomheid, dat is júist omzien naar ieder die op je weg is geplaatst, en nood ervaart. En zijn niet je ouders de eersten die je op je levensweg tegenkomt? Paulus schrijft dan ook aan Timoteüs dat kinderen moeten leren dat zij allereerst ver - plichtingen hebben tegenover hun familie. Zij moeten iets teruggeven voor wat zij van hun ouders ontvingen (1Tim.5,4). Wie niet zorgt voor zijn familie, en zelfs niet voor zijn gezinsleden, heeft – zo zegt de apostel zelfs – het geloof ver loochend en is erger dan een ongelovige (1Tim.5,8).

Eenzaamheid

Gelukkig zijn er in onze tijd goede voorzieningen voor ouderen en behoeftigen. Maar dat wil nog niet zeggen dat wij de verantwoordelijkheid voor de zorg voor onze behoeftige ouders volledig mogen delegeren aan (en afschuiven op) de overheid. Wij hebben zelf ook de plicht tot zorg. Behandel ze, hoe gebrekkig zij ook zijn, als ge wichtige personen, zo zegt het vijfde gebod letterlijk. Dat betekent natuurlijk niet alleen dat wij hen in de oude dag helpen met hand- en spandiensten. Het gaat niet om die zaken alleen. Het heeft ook alles te maken met tijd en aandacht. Ook dat is een waardevolle wijze van zorg verlenen, juist in een tijd waarin velen lijden onder eenzaamheid. Helaas wordt deze wijze van zorg door tijd en aandacht steeds moeilijker. Niet alleen is het zo dat kinderen soms ver bij hun ouders vandaan wonen. Ook dat speelt een rol. Praktisch gezien is dan zorg soms heel lastig. Maar er zijn ook andere problemen. (wordt vervolgd)

D.J. Steensma, Feanwâlden