In het vorige artikel kwam naar voren dat de Bijbel het beeld van de morgenster op verscheidene wijzen gebruikt. In het Nieuwe Testament komt dit beeld drie keer voor. Het eerste beeld is dat Christus de zijnen de morgenster schenkt. In dit tweede artikel komen de beide andere beelden naar voren.

 

Kijk maar naar de hemel, zegt Jezus, en zie in de morgen de schittering, de glans van de morgenster! Tegen de morgen, als alle sterren aan de hemel verbleken, staat deze er nog. De boodschap is: Je kunt er zeker van zijn, de dag komt, de zon gaat op. De duisternis gaat wijken, de nacht is echt voorbij!

Ik ben…

Maar  Christus zegt het nog sterker: Ik ben de stralende morgenster. (Op.22,16) En dan gaat het over het aanbreken van een dag die veel groter is dan de dagen die we in onze weken, maanden en jaren tellen. Jezus heeft het over die dag waar het boek Openbaring vol van is, en al helemaal dat laatste hoofdstuk. Herhaaldelijk zegt Hij: Ik kom spoedig! En Ik heb het loon bij Mij om iedereen te belonen naar zijn daden. Ik ben de eerste en de laatste, het begin en het einde. Herhaaldelijk klinkt het uit de mond van Christus: ´Ik ben´.

In dat andere boek van dezelfde Johannes die dit moet opschrijven, het Evangelie volgens Johannes, staat het ook zo vaak: Ik ben de goede herder, Ik ben de deur, Ik ben het licht der wereld, Ik ben de weg, de waarheid en het leven, Ik ben de opstanding en het leven. Ik ben in veelvoud. Wat een verwijzing naar de naam van God die in Exodus 3 aan Mozes bekend gemaakt werd: IK BEN. En IK BEN DIE IK BEN. God Zelf, de betrouwbare. Als Hij spreekt kun je er op aan. Als de laatste, de jongste dag wordt aangekondigd, en Jezus zegt: ´Ik ben de stralende morgenster´, dan kun je er met de allergrootste zekerheid op rekenen, dat die dag eraan komt. Als Jezus het zegt, staat God Zelf er achter.

Zou dat niet een nog groter houvast zijn voor gelovige, maar ook aangevochten mensen. De echte morgenster, Jezus Christus, zegt dat Zijn dag er aan komt. Ja, Hij komt Zelf! En als Hij zegt: Ik kom, dan mogen wij, aangespoord door Zijn Geest, ook ´Kom´ zeggen. De Geest en de bruid zeggen: ´Kom!´ (Op.22,17). Dat kan gewoon niet anders als Hij, de morgenster, zegt: Ik kom er aan!

 

Totdat …

In de tweede brief van Petrus staat nog weer iets anders over de morgenster (1,19) Het is elke keer natuurlijk beeldspraak, maar het gaat wel echt ergens over. Dat de morgenster een sterk beeld is, dat begrijp je al als je naar de ochtendhemel kijkt. Waar het in het verband van deze brief over gaat, is dat je vertrouwen kunt op het Woord van God. Het is geen vernuftig verzinsel, het is het getuigenis van de Zoon van God Zelf. En Hij staat er garant voor dat ook al die woorden van de vroegere profeten, uit het Oude Testament, hoe langer hoe sprekender voor ons worden. Het is dezelfde God van wie het komt. Het is dezelfde geschiedenis waarin God zijn knechten, en nu ook zijn Zoon gegeven heeft om tot ons te spreken!

Let er dus maar op! Wordt maar vertrouwd met de woorden van de Bijbel, en je gaat er hoe langer hoe meer in ontdekken. Het is net zoiets als wanneer je altijd maar weer naar de hemel kijkt om de morgenster te zien oplichten, met stralende intensiteit. Het wordt een soort wisselwerking! Jij kijkt, en de morgenster vertoont zich aan je, verschijnt aan ons. Als het over de letterlijke morgenster gaat is dat natuurlijk een beetje (te) sterk gezegd, al is het niet helemaal onzin.

Maar als het over de boodschap van de Bijbel gaat, klopt het helemaal.

Wij lezen dat boek. En we zeggen niet alleen: ´We lezen daar…´ maar ook ´Het Woord van God zegt..´

Omgang met de Bijbel, soms ook met die gedeelten die niet zo gemakkelijk te lezen zijn, kan zoiets krijgen. Er staat hier in 2 Petrus 1,19: ´U doet er goed aan uw aandacht altijd daarop gericht te houden, als op een lamp die in een donkere ruimte schijnt, totdat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw hart.´

 

Wisselwerking

´Moeilijk, moeilijk´, roepen we soms. En soms roepen we dat best snel… Maar als je dan nog eens leest, en luistert met aandacht, dan gaat het open. Dan gaan die woorden spreken tot jou! Als die morgenster, die niet alleen maar door jou bekeken wordt, zelf als een licht schijnt tot in je eigen hart. Dat is zelfs nog iets dieper dan je begrip. Je gaat horen hoe het je aangaat. Je gaat zien hoe jouw ogen open gaan door het effect van de morgenster. De wisselwerking!

Met de titel van het vorig jaar verschenen boek over het lezen van de Bijbel, Lezen en laten lezen, wordt datzelfde aangeduid. Niet alleen ik kijk naar het Woord, nee - het Woord kijkt ook naar mij. Niet ik doe iets met het Woord, nee – het Woord van God doet heel veel met mij.

De morgenster gaat ook op in mijn hart.

En ja, ook dan gaat het over Christus, die Zelf de stralende morgenster is. Dan wordt de morgenster ons zo eigen, want Christus wordt onze Heiland, onze Koning, onze Verlosser. Ja, Ik verwacht Hem, maar nog veel meer: Hij komt Zelf.

En ik ken Hem niet alleen. Nee, ik ben er zeker van, Hij kent mij! Nota bene mij!

 

Dr. Hans Maris, Apeldoorn

 

Dr. J. W. Maris is emeritus hoogleraar dogmatiek aan de Theologische Universiteit Apeldoorn