Na zijn opstanding verscheen Jezus gedurende veertig dagen aan zijn discipelen. Als bewijs van zijn opstanding. Toen dit bewijs voldoende geleverd was, kwam er een einde aan zijn verschijningen. Er brak er een nieuwe fase in de heilsgeschiedenis aan.

 

Jezus kon via zijn verschijningen slechts hier en daar aanwezig zijn bij zijn kerk. De Heilige Geest kon echter meer doen, namelijk altijd bij alle kinderen van God zijn, overal ter wereld. De hemelvaart markeerde dit punt. Vanaf dat moment begon het wereldwijde werk van de Here Jezus, door zijn Geest. Daartoe werd Jezus weggevoerd naar God en zijn troon (Openbaring 12).

 

Daar zet de Here Jezus zijn werk voort, ongestoord. Hij is onaantastbaar geworden voor de aanslagen van Satan. Bij zijn menswording en omwandeling op aarde stond Satan klaar om Hem te doden: een (vuurspuwende) draak met zeven koppen en tien horens, en op zijn koppen zeven kronen.

Inderdaad was de tegenstand tegen Jezus op aarde verschrikkelijk. Het leek er zelfs op dat de draak Hem op Golgota had vernietigd in het vreselijke, verterende vuur van zonde, schuld en onrecht.

Maar de werkelijkheid was gelukkig anders. Toen Christus het werk had afgerond dat Hij moest doen, en de schuld van de zijnen had betaald, greep God de Vader in en voerde zijn zoon weg. Hij rukte Hem weg, aldus de Herziene Statenvertaling, en bracht Hem naar de hemel, preciezer gezegd: naar zijn troon.

 

IJzeren staf

Jezus zet zijn werk daar voort met de vaste belofte van een definitieve overwinning. Over Jezus zegt het bijbelboek Openbaring dan dat Hem daar voor de troon van God een staf werd overhandigd. Teken van gezag en macht. Teken dat Hij degenen die aan zijn zorg zijn toevertrouwd beschermt. Teken van troost voor de zijnen. 'Uw stok en uw staf, die vertroosten mij' (Ps. 23,4). Hij ontvangt zelfs een ijzeren staf (Op. 12,5). Daarmee gaat de belofte van Psalm 2 in vervulling: hij zal de heidenen hoeden met een ijzeren staf!

In die zin is de hemelvaart van Christus – om met de theoloog Bram van de Beek te spreken – een 'kritisch gebeuren': 'Alle mensen met macht moeten nog eens goed nadenken wat hun macht doet.' Inderdaad. Allen die in deze wereld macht gebruiken, moeten weten wat ze doen. Weet dat Jezus een ijzeren staf tot zijn beschikking heeft! Zolang Mozes zijn staf omhooghield, had Israël de overhand over de Amalekieten. Jezus hoeft maar even zíjn staf op te heffen, en zijn engelenmacht maakt dan korte metten met alle machten die zich op het wereldtoneel manifesteren. Ook de machten van de ruiters op de paarden die over de wereld gaan – zie Openbaring 6 –, en hun macht tonen in de vorm van bijvoorbeeld een 'speciale militaire operatie', van oorlogsvoering, van het inzetten van gebrek en honger als machtsinstrument, en van het doden van onschuldigen.

 

Alle macht

Zijn kerk is echter op aarde achtergebleven. Bedreigd. Voortdurend. En omdat de draak geen grip meer heeft op Jezus, richt hij zich op 'de vrouw die het kind heeft gebaard', het volk van God, hier: de christelijke gemeente. Maar haar troost is dat haar Here in de hemel is. Hij hoedt de heidenen met een ijzeren staf. Er komt een moment dat de ruiters op hun paarden die staf echt gaan voelen. Rake klappen krijgen zij van Hem die reed op een ezelsveulen. Van het Lam, dat geslacht is, de Leeuw uit de stam van Juda. Voor Hem 'is alle kracht van paarden/en macht van mensen zonder waarde' (Ps.147:4 LvdK). Christus gaat alles recht zetten. Vast en zeker. Zijn hemelvaart is daarvan het begin. Hij heeft alle macht in hemel en op aarde!

Op Golgota is in de overwinning de strijd beslecht. 'Het is volbracht!' De verkondiging van deze overwinning kon daarna beginnen. Allereerst in het dodenrijk. Daar verkondigde Christus zijn overwinning aan de generaties die zich van Hem hadden afgekeerd, en in het dodenrijk waren opgesloten. Jezus proclameerde daar – tijdens zijn hellevaart – zijn overwinning in de diepste krochten van het heelal, aldus Petrus (1Pet.3,9). Toen kon ook de verkondiging van zijn overwinning op aarde beginnen.

 

Troostvol

De boodschap dat Christus alle macht heeft, was voor de lezers van de Openbaring van Johannes bijzonder troostvol. Zij leefden in een verschrikkelijke wereld. Velen moesten kiezen: of de keizer als god vereren, of sterven. De draak manifesteerde zijn macht op aarde omdat hij zich niet meer kon richten tegen Hem die naar de hemel was weggevoerd. Die tijd was voor hem voorbij. Michaël en zijn engelen hadden hem uit de hemel geworpen. Daar kon hij de kinderen van God niet meer aanklagen. Daarom richtte hij zijn pijlen op de gelovigen op aarde. Maar dit was hun troost: Christus houdt de geschiedenis in zijn hand, en laat zijn ijzeren staf eens definitief gelden!

Ook voor ons biedt de hemelvaart van Christus troost. Onze Here Jezus is onaantastbaar in de hemel. Daar zijn ook onze geliefden die in de Here ontslapen zijn. Ook zij zijn weggevoerd naar God en zijn troon. Niets kan hen daar van zijn liefde scheiden. Onaantastbaar zijn ook zij. Nu reeds! Maar ook wij mogen door het geloof delen in zijn liefde en bescherming. En dan geldt ook voor ons dat ook wij door het geloof mogen worden weggevoerd naar God en zijn troon, weggerukt misschien. En ook: nu reeds mogen we verbonden zijn met Christus in de hemel (Ef.2,6)!

 

Eens zal zijn overwinning definitief zijn en volkomen manifest. Dan zal er een einde zijn gekomen aan oorlog en geweld, nood en dood. Niemand wordt dan meer weggevoerd of weggerukt. Zij die hun vertrouwen hebben gesteld op de Here Jezus, mogen dan altijd bij Hem zijn. Ons Hoofd is ons voorgegaan! En voor nu: 'Ten troon verheven, ons nabij,/staat Gij ons in de strijd nabij' (Gez. 232:4 LvdK).

 

D.J. Steensma, Feanwâlden