Ds. Lieuwejan van Dalen is sinds zondag 28 augustus predikant van de kerk van Zwolle. Een interview, niet omdat hij het ressort van de Particuliere synode van het Noorden binnenkomt, maar omdat hij zijn loopbaan binnen het Noorden vervolgt.

 

Zou u iets over u zelf kunnen vertellen?

Jazeker, ik ben getrouwd met Sarianne - nu bijna 25 jaar. We hebben vijf kinderen en een kleinkind. Onze tweede zoon is in Hoogeveen achtergebleven en de jongste drie kinderen zijn mee naar Zwolle verhuisd; onze oudste zoon woonde al op kamers in de binnenstad van Zwolle.

Na de studie in Apeldoorn zijn we in 2002 in Hasselt begonnen en daarna in Hoogeveen in 2007. Daar hebben we vijftien jaar ons werk mogen doen.

 

U bent geboren Zwollenaar en daar nu predikant. Hoe is dat?

Ja, dat is wel heel bijzonder. In de Noorderkerk waar ik nu mijn werkkamer heb, ben ik gedoopt, heb ik catechisatie gevolgd en belijdenis gedaan. Om dan in diezelfde kerk bevestigd te worden als predikant is heel bijzonder. Tegelijk moet opgemerkt worden dat het bijna 25 jaar geleden is - toen we trouwden - dat we hier vertrokken. De gemeente bestond toen uit ongeveer 1500 leden, nu uit bijna 5000. Wat dat betreft moeten we wel echt weer vanaf punt nul beginnen met kennismaken.

De weg in de stad Zwolle ken ik echter wel heel goed en ook de sfeer binnen en de achtergrond van de gemeente is mij niet onbekend. Dat helpt wel om je snel thuis te voelen en dat is uitermate prettig.

 

Kunt u iets over uw roeping naar Zwolle vertellen?

Het beroep van Zwolle heb ik niet gezocht. Ergens in het najaar van 2021 ben ik door iemand van de gemeente van Zwolle gebeld en toen zijn we in gesprek geraakt en is er een proces op gang gekomen. De stappen die toen volgden in het proces heb ik (en hebben we) steeds als bevestiging gezien en ervaren als stappen op een goede weg.

Zwolle is een gemeente die altijd duidelijk in de CGK heeft willen staan. In het verleden is het meerdere keren voorgekomen dat een hoogleraar in Apeldoorn vanuit Zwolle benoemd werd. De gemeente heeft wel een eigen koers binnen het kerkverband. Als ik me daar niet aan kon verbinden, kon ik onmogelijk met ja antwoorden op de vraag of ik door God Zelf tot deze heilige dienst in Zwolle geroepen was.

Na vijftien jaar in Hoogeveen was ook de tijd gekomen om een nieuwe start te maken en zo willen we onder Gods zegen in Zwolle het werk oppakken in Gods koninkrijk.

 

U bent twintig jaar geleden in Hasselt begonnen. Zijn er dingen die u nu anders ziet of doet dan toen?

Ha, dat is een mooie vraag. Ik ben in de eerste plaats wel anders naar veel dingen gaan kijken. En dan bedoel ik dat ik milder ben geworden. Wat kan er veel gebeuren in het leven van mensen! Met mildheid kan je veel dichter bij mensen komen dan met zwart-wit denken. Ik ben in pastoraat en prediking veel genuanceerder geworden.

In de tweede plaats heb ik steeds meer oog gekregen voor Gods wereldwijde kerk. Het gaat in Gods koninkrijk niet alleen om onze CGK, het gaat in Gods koninkrijk niet alleen om Nederland. Er is een katholieke kerk over de hele wereld. Die vind je op het zendingsveld, dat is de verdrukte kerk en ook de kerk in Nederland mag daar een onderdeel van zijn.

In de derde plaats ben ik steeds meer de roeping van de kerk gaan zien. In de samenleving is de zichtbare en hoorbare stem van Christus heel hard nodig. We moeten van ons eiland af en de mensen opzoeken waar ze zijn of waar ze liggen. In dat kader is het moeilijk om te zien dat we als landelijke CGK een terugtrekkende beweging maken. Onze kracht ligt niet in het isolement.

 

Wat is concreet dan de roeping die u ziet voor de kerk in Zwolle?

In Zwolle proberen we er te zijn voor mensen die zich niet aanvaard voelen in de samenleving. Dat mensen zeggen, zoals ik onlangs van iemand hoorde: Hier mag ik zijn als een zondig mens, dat voelt veilig. Ik voel me hier geliefd en aanvaard.

In Zwolle is maatschappelijk gezien een grote participatie van mensen in stichtingen rondom de kerk. Dat is ook aan onze gemeente te merken, veel mensen doen aan vrijwilligerswerk met een grote betrokkenheid op de samenleving.

 

U gaat net als in Hoogeveen in een team werken van predikanten en kerkelijk werkers. Tegelijk is Zwolle een stukje groter, ook als team. Hoe ervaart u dat?

Als iets heel waardevols. We komen als team, predikanten en zes kerkelijk werkers tweewekelijks samen om met elkaar door te spreken en met elkaar te bidden.

Als predikant heb ik hier meer tijd om preken te maken, ik hoef minder voor te gaan. Dat is heel fijn, je hebt zo meer tijd om te studeren. De andere kant is dat er wel veel meer vergaderingen zijn dan in Hoogeveen.

Naast de verkondiging focus ik me op de clusters vieren en leren, de kerkdiensten en alle dingen die gebeuren om het 'lernen' in de gemeente of de toerusting vorm te geven. In Hoogeveen heb ik me actief missionair ingezet om asielzoekers te bereiken met het evangelie. Of ik daar hier in Zwolle ook tijd voor heb, moet de toekomst uitwijzen.

 

U bent ook lid van het deputaatschap 'Kerk en Israël'. Kunt u iets vertellen wat u het afgelopen jaar ontdekt heeft over 'Israël', wat u graag met ons wilt delen?

Jazeker, als deputaatschap hebben we materiaal verzameld voor de Israëlzondag over de 'simchat Thora', de vreugde van de wet. De wet is in het Jodendom een bron van grote vreugde. Wij denken vaak in het schema van 'wet en evangelie', de wet als tuchtmeester tot Christus. Dat diezelfde wet ons tot in het diepst van ons bestaan raakt als het gaat om vreugde zijn we wat kwijtgeraakt. Neem bijvoorbeeld Psalm 19 en 119 - de vreugde omwille van Gods wet spat van de bladzijden af. Prachtig!

 

Is er toekomst voor de CGK?

Altijd, als we samen ons buigen bij het kruis van Christus. Daar leer je jezelf kennen en vooral God kennen. Daar gaan ook de harten open naar elkaar.

Als de bereidheid ontbreekt om elkaar zo te zoeken en te vinden, dan komt het niet goed. We kunnen elkaar en we moeten elkaar vinden rondom het heil in Christus, zoals verwoord in het Apostolicum. Als we elkaar willen vangen op ethische onderwerpen over middelmatige zaken, verliezen we de kern van het evangelie uit het oog.

 

 

Jurrian Oosterbroek, Dronten