Komende zondag is de laatste zondag van het kerkelijk jaar: eeuwigheidszondag. Daarna begint er weer een nieuw kerkelijk jaar. Dat kerkelijk jaar is, als je er goed bij stil staat, een geweldig houvast. Daar staan we in dit artikel bij stil, juist bij de ‘overgang’ van het lopende naar het nieuwe kerkelijke jaar!

 

Een andere kalender

Je merkt het elk jaar weer, dat we in de kerk een andere kalender hanteren. Een andere kalender, die ons op een heel ander spoor zet dan de kalender die ons leven in de wereld min of meer regeert. Want dat is wel het geval. Een groot deel van ons leven wordt bepaald door de kalender die op 1 januari begint en die doorloopt tot 31 december. Die kalender gaat terug op de tijd van de Romeinen en functioneert sinds eeuwen met 365 dagen en twaalf maanden. Het was eerst een maankalender en werd later een zonnekalender, omdat de aarde een omlooptijd van 365 dagen om de zon heeft. Gerelateerd daaraan rekenen wij in jaartallen, die voor de opzet van onze samenleving en economie van groot belang zijn.

In de kerk echter staat de tijd waarin we leven niet in verband met de omlooptijd van de aarde om de zon, maar draait het heel ergens anders om. De kerk is er, omdat God er is, en omdat God haar tot leven heeft gebracht. Als ik het zo zeg, loopt er meteen een lijn naar wat God heeft gedaan om de kerk tot leven te brengen. En dan zitten we midden in het evangelie.

 

De kerkelijke kalender

Daarmee komen we ook meteen bij de kerkelijke kalender. Als je immers denkt aan het begin van dat handelen van God, loopt er de lijn naar Advent en Kerst. De gang van het kerkelijk jaar begint met het lezen van het evangelie dat vertelt de belofte van God dat Hij de gevallen schepping niet aan zijn lot zal overlaten, maar dat Hij beloofde te komen. Daar is eeuwen naar uitgekeken. En in de verkondiging wordt, op weg naar Kerst, daarbij stil gestaan.

En dan komt Kerst, het feest dat ons zegt dat God werkelijk gekomen is. Hij maakt zijn Woord waar. Hij zag naar het verlorene om. Op een geweldige manier. Vanaf Kerst wordt het evangelie van zijn komen gelezen: wat betekende dat nou allemaal? Met Wie hebben we te maken als Hij tot ons komt? Vol ontzag zien we gebeuren wat de evangeliën vertellen: over zijn spreken, over zijn tekenen.

Daarna komt de veertigdagentijd, of de lijdenstijd. Dan klinkt het evangelie met de diepe tonen van de weg die Gods Zoon moest gaan om de redding tot stand te brengen. Hij is immers de lijdende Knecht des Heren die van de kribbe naar het kruis moest gaan. Om ons en onze zonden. Om ons te redden. Het wordt Goede Vrijdag. De Verlosser hangt aan het kruis.

Maar het wordt Pasen: de Gestorvene staat op uit de dood. Hij leeft, en in het evangelie klinken de blijde tonen van de overwinning die Hij behaalde. Hij deelt de vrede die Hij tot stand kwam brengen uit.

Zo kun je het evangelie langs lopen in het kerkelijk jaar. Het wordt hemelvaart: Jezus neemt plaats aan de rechterhand van God, de almachtige Vader. En vandaaruit zendt Hij zijn Geest als de Trooster die de kerk tot leven wekt en bij het leven houdt. Omdat er het perspectief is op dat leven dat door Christus tot stand gebracht werd. Het leven dat er is, tot in eeuwigheid, en dat zelfs door de dood heen blijft bestaan. Dat brengt ons bij de laatste zondag van dat kerkelijk jaar: de eeuwigheidszondag. De kerk gelooft en verkondigt dat het met dit leven niet uit is, maar dat het leven veilig is en geborgen, vastgehouden tot in de eeuwigheid toe in Gods hand.

 

Houvast in een onzekere wereld

Zet ze eens naast elkaar: die beide kalenders, en let op het verschil. De kalender die in de wereld gehanteerd wordt, bepaalt ons dag in dag uit bij alles wat onzeker is. Wat is er veel aan de hand. Wat is er een onrust. Wat is er een angst. Hoe moet het, in Oekraïne? Wat gaat daar nog gebeuren? Waar loopt dat op uit? En al die andere crises die er zijn. Ik zet slechts een paar woorden neer: de vluchtelingencrisis; de stikstofcrisis; watersnoden in Nigeria en Pakistan en …; economische onzekerheid en ga zo maar door.

Die andere kalender laat iets heel anders zien, en zegt ons dat we ons bij alles wat er in de wereld gebeurt vast mogen houden aan dat wat God gedaan heeft en waar Hij nog steeds mee bezig is. En waar is God mee bezig? Hij brengt de wereld, zijn schepping, naar zijn eeuwige Koninkrijk dat gebouwd is op het volbrachte werk van zijn Zoon. Kijk maar, zegt het evangelie, naar wat er allemaal gebeurde. Daar vind je houvast. Niet bij de machthebbers en de invloedrijken van deze tijd. Maar bij God die in Christus zijn Zoon begonnen is aan de uitvoering van zijn heilsplan. En dat werk gaat nog steeds door, door de Geest van God die eveneens de Geest van Christus is.

 

Ik ben nu 37 jaar predikant; en elk jaar mag ik met advent weer beginnen om met de gemeente het evangelie te lezen. Dat evangelie dat houvast geeft in een onzekere wereld. Omdat het gaat over de trouw van God, die zijn belofte heeft gegeven, en die hem gestand doet. In Christus, in wie Hij zelf kwam om ons te redden. Daarom begin ik graag weer aan een nieuw kerkelijk jaar. Omdat ook ik van dat evangelie leef.

 

Jan van ’t Spijker, Hoogeveen