In de tijd voor Pasen is het goed stil te staan en na te denken over wat er eigenlijk gebeurde, toen Jezus de weg van het lijden ging.

Samuel Wells, die we kennen van toegankelijke en tegelijk diepgravende publicaties op het gebied van theologie en kerk, schreef een boek dat indruk op mij maakte. Dat komt door de inhoud, door de diepte en door de herkenbaarheid van de dingen die hij schrijft. In het ‘Woord vooraf’ geeft Wells aan met welk doel hij dit boek publiceerde. Hij wil graag de aandacht die in het evangelie op het kruis van Christus gericht wordt, vasthouden.

Hij merkt namelijk dat de aandacht in de kerk makkelijk en zelfs veelvuldig langs het kruis heengaat. Het wordt - natuurlijk - wel genoemd, maar niet als centraal gegeven. Heel nuchter schrijft hij dat predikanten niet lang stilstaan bij het kruis, omdat dat bij Goede Vrijdag hoort, en ‘ze merken dat er op Goede Vrijdag niet veel christenen naar de kerk komen’. Daar zit achter dat, aldus Wells, veel christenen een ongemakkelijk gevoel krijgen als het over de boodschap van het kruis gaat. En daar zit dan weer achter dat er steeds meer moeite ontstaat bij wat Wells de ‘gangbare opvattingen’ over de verzoening noemt. Alleen, men weet niet goed wat men dan wel moet zeggen over het kruis. En daarom ‘blijven mensen wat aarzelend en onzeker staan bij het kruis’. Ja, het kruis is fundamenteel als het gaat over het christelijk geloof. Maar wat betekent het nu precies? Is dat wel datgene waarvan heel veel mensen met stelligheid beweren dat het dat is, en niets anders? Of is er meer te zeggen?

In die situatie pakt Wells de uitdaging op om het thema van het kruis nog weer eens grondig uit te pakken. Hij volgt daarbij een duidelijke route. Eerst tekent hij de gangbare opvattingen over het kruis. Daarbij kiest hij voor een benadering die op zich geen nieuwe dingen oplevert, maar waarbij je toch opkijkt van, ‘zo is het inderdaad’. Hij zegt vertrouwde dingen op een nieuwe en frisse manier. Daarbij merk je dat hij eraan gewend is dingen uit te leggen. Je stuit op zinnen die diep raken en aan het denken zetten. Op blz. 21 schrijft Wells: ‘Het kruis is de ultieme demonstratie van Jezus’ bij ons zijn, maar het is de grootste ironie aller tijden dat dit ook het moment is waarop Jezus ontdekt dat noch wij, noch de Vader, bij Hem zijn. Elk aspect van het niet-met, van het zonder zijn, komt op dit hartverscheurende moment samen.’ Het is deze manier van schrijven die je meeneemt.

Na deze eerste verkenning beschrijft Wells de theologie van het kruis. Hij begint in het Oude Testament, waarbij hij een aantal centrale motieven oppakt en belicht. Hij kijkt naar het verbond, hij pakt het thema beproeving, hij bespreekt het offer, hij behandelt Pesach, en dan ook verzoening en dienaar. Elk begrip pakt Wells uit in een goed leesbaar hoofdstuk waarin hij directe lijnen trekt naar vandaag. Je merkt daarbij dat Wells iemand is van deze tijd: hij is op de hoogte van wat er vandaag speelt en hij kent de uitingen van de hedendaagse cultuur. Na het Oude Testament pakt Wells eerst de brieven uit het Nieuwe Testament. Vandaaruit bespreekt hij thema’s als vergeving, gehoorzaamheid, dwaasheid, voorbeeld, verzoening en grootspraak, waarbij hij steeds de link legt naar het kruis. En dan komt Wells uiteindelijk uit bij de evangeliën, en spreekt over die begrippen die in het lijden van Christus zo duidelijk een rol speelden: volbracht, verraden, doorstoken, gevonden, gekruisigd, bespot. Die begrippen worden nog eens uitgepakt, en daarin wordt de lijdende Heiland dichtbij gebracht. En opnieuw, je leest het en wordt meegenomen. Een paar regels uit het laatste hoofdstuk: ‘Christus’ lijdensverhaal bevat twee grote wonderen. Het ene is duidelijk: het wonder dat God deed, het wonder van de opstanding. Het andere is subtieler en vindt juist op dit moment plaats: het is het wonder dat Jezus niet deed. Hij kwam niet van het kruis af. Hij bleef hangen. Hij verdroeg onze haat, wreedheid en vijandschap. Na alles wat we Hem fysiek en verbaal hadden aangedaan, was Hij er nog steeds. Zijn volharding toonde de liefde die ons nooit zal loslaten. Zijn volharding liet zien dat niets ons kan scheiden van de liefde van God.’

Ik las dit boek in de afgelopen weken, en het bemoedigde me op meerdere manieren: het zette me stil. Het bracht me tot verwondering. Het liet me op een frisse manier die dingen zien die ik vanuit de theologie heus allemaal wel ergens paraat had, maar hier werden die dingen geformuleerd op een manier dat ik opkeek.

Was ik het met alles eens? Nee. Ik dacht ook heus af en toe: moet je het zo allemaal zeggen? Maar de indruk die bij mij overbleef was: wat heeft God in zijn liefde onbegrijpelijk grote dingen voor ons gedaan toen Hij ons Zijn Zoon gaf. Die het werk volbracht dat ons leven geeft. Aan het kruis van Golgotha.

Ik las het boek. En ik zal het nog wel weer eens pakken. Om het nog maar weer eens te lezen. Hoofdstuk voor hoofdstuk.

 

Jan van ’t Spijker, Hoogeveen

 

(N.a.v. Samuel Wells, De gewonde God. Het geheim van Jezus’ lijden. KokBoekencentrum Uitgevers, Utrecht 2022, 192p., € 14,99, ISBN 978 90 435 3789 6)