Ik las over een bijzondere man. Hij had van alles meegemaakt in zijn leven. Fijne, maar ook heel veel nare dingen. Om maar eens een paar te noemen: regelmatig werd hij gevangen gezet, zonder ergens van beschuldigd te zijn. Hij werd geslagen en geschopt door een hysterische massa.

Afgetuigd met een stok en met een zweep. Zelfs een keer gestenigd. Hij heeft in zijn leven drie keer schipbreuk geleden. Zelfs een hele dag in zee gedreven. Vaak moest hij vluchten omdat ze achter hem aanzaten. Vele dagen moest hij het doen zonder eten en drinken. Uiteindelijk werd hij aan het eind van zijn leven vermoord.

 

Toch lees ik nergens dat hij zich op enig moment met geweld verdedigd heeft tegen al dat kwaad. Bijzonder toch? Dus waarom onderging hij dit allemaal? Wat was het nut? En was er dan niemand om hem heen die hem helpen kon en voor hem opkwam? Of onderging hij het om misschien later te kunnen zeggen: kijk eens wat ik allemaal heb moeten ondergaan. Dan heb ik toch wel een streepje voor op al de andere mensen?

 

Nee, helemaal niet. Hij onderging dit lijden omdat hij van de Here Jezus hield. Hij besefte dat wanneer je voor Jezus bent, de duivel tegen je is. In al de ellende die hij meemaakte en al de pogingen om hem de mond te snoeren en de evangelieverkondiging zo onmogelijk te maken, herkende hij het werk van de satan, de tegenstrever van God. Daar waar hij vertelde van het verlossende werk van Jezus Christus, probeerde de duivel de toehoorders op andere gedachten te brengen. Vaak met leugens en grof geweld tegen hem en zijn medewerkers. Maar desondanks vond zijn boodschap ingang bij de mensen. In heel wat plaatsen waar hij kwam ontstonden er groepen mensen die in de Here Jezus gingen geloven. Ondanks alle tegenstand.

 

Een wonderlijk verhaal. Je leest ervan in de Bijbel. Paulus is zijn naam. Ondanks dat hij leed onder zwaar lichamelijk ongemak ging hij onverdroten door met zijn verkondiging. In de ogen van de mensen was hij waarschijnlijk een vrij zwakke man. Liet over zich heen lopen, paste zich aan, enzovoort. Hij verkondigde de boodschap van Jezus, dat je je vijand moest liefhebben, geen kwaad met kwaad moest vergelden. Goed moest zorgen voor arme mensen en slaven. Gaven en mogelijkheden van mannen en vrouwen tot hun recht laten komen door ze in te zetten in de gemeente en daarbuiten.

 

Maar ja, dat was toen, bijna tweeduizend jaar geleden. Kom daar tegenwoordig nog maar eens om. Dat soort mannen en vrouwen bestaan niet meer. Nee, hier in Nederland gelden andere maatstaven. Wij zorgen goed voor onszelf, hebben de ander niet nodig. Geloven niet meer in een God, laat staan in een duivel. We lachen erom. Droom jij maar verder zeggen we. Nee, wij redden ons zelf echt wel.

 

Of? Zijn er juist in Nederland mensen die bij dit verhaal wél direct aan broeder Paulus denken? Is hij nog lang niet vergeten? Belangrijker nog, is de boodschap die hij lang geleden bracht nog steeds voor heel veel mensen actueel? Een boodschap die leidt naar de opdrachtgever van de boodschap, Jezus Christus, Gods Zoon. Hij is de Redder van de wereld. Die boodschap was voor Paulus zo belangrijk dat hij er alles voor over had, zelfs zijn aardse leven, om die te mogen brengen. Een eeuwig reddende boodschap, die zo vanuit Israël, via Turkije, Griekenland en Italië uiteindelijk ook in Nederland kon aankomen. Tja, en wij? Wij mogen die boodschap omarmen en ermee verder gaan. En als Paulus durfde, vervuld met de Heilige Geest, blijven wij toch niet achter? Jezus beloofde Paulus zijn Geest en dat doet Hij ook aan jou en mij. En dat is geen droom, maar werkelijkheid.

 

Art van der Molen, Ten Boer