Mijn vrouw zoekt altijd rond de jaarwisseling onze zomervakantiebestemming uit. Zo zijn we deze keer in Zeeland beland. Om precies te zijn Noordwelle. Een dorpje in de buurt van Renesse op Schouwen - Duiveland. We hebben het getroffen. Een mooi appartement in een boerderij, veel zon, prima strandweer, lekker fietsen, boek lezen, musea bekijken (o.a. watersnoodramp 1953), braderieën bezocht, kortom allemaal dingen die een vakantie leuk kunnen maken en waar je normaal gesproken bijna niet aan toe komt.

 

Toen we vrijdags op onze vakantiebestemming aankwamen en ons meldden bij de eigenaresse lag daar op de tafel het op die dag verschenen nummer van De Wekker. Het veertiendaagse magazine van onze kerken. Ik vertelde dat hij ook vandaag in onze brievenbus zou worden bezorgd maar dan in Dokkum. Direct een blijk van herkenning. Ze beloofde dat zodra zij en haar man hem gelezen hadden wij hem wel konden krijgen. ’s Avonds lag De Wekker al op de tafel voor ons appartement. Doen wat je belooft. Heeft dat iets van de geur van Christus?

 

Wanneer ik in een dorp of stad kom en de deur van de kerk staat open, heb ik de gewoonte om er even binnen te kijken en als het kan een gesprekje aan te knopen met de gastheer of –vrouw die daar rondloopt. Zo ook deze keer. Een grote monumentale kerk in een stadje op Schouwen. De grafzerken laten zien dat er veel vooraanstaande burgers begraven liggen. Op mijn vraag hoeveel van de drieduizend zielen tellende gemeente zondags in de kerk zitten, antwoordt mijn gastvrouw: ‘Hooguit veertig, maar de vrijgemaakte kerk hier zit wel vol. Bij welke kerk zit u?” Wij antwoorden: ‘Bij de CGK.’ ‘Dat is ook een goeie,’zegt ze. De geur van Christus?

 

Zondags naar de kerk in Haamstede. ’s Ochtends zat de kerk meer dan vol. Veel vakantiegangers natuurlijk. Want ook op zondag wil je dat Woord van God niet missen. Na afloop van de dienst is er koffiedrinken. Wij zitten nog maar net aan de koffie of een aantal gemeenteleden komt bij ons staan en zo ontstaat er een gesprek over de preek, waar we vandaan komen, enz. Heel hartelijk allemaal. De geur van Christus?

Ondanks het feit dat de gemeente vacant is, houdt de predikant ’s avonds een preek over zondag tien van de Heidelberger Catechismus. De meesten van u zullen wel weten waar dat dan over gaat. Namelijk de voorzienigheid van God. Omdat grote delen van Zeeland in de biblebelt ligt en juist in die gebieden de mazelenepidemie heerst , legt de  predikant de nadruk op de woorden: . . . .  dat gezondheid en ziekte, ja alle dingen niet bij geval maar van Zijn Vaderlijke hand ons toekomen. Op een tere manier wordt duidelijk gemaakt dat we de Heere ook niet mogen verzoeken (denk aan de verzoeking van onze Heiland in de woestijn), maar dat we ook onze eigen verantwoordelijkheid hebben.  De geur van Christus?

 

Wat mogen we toch veel in de Woordverkondiging ontvangen. Maar tegelijkertijd ook: wat mogen we veel in de zondagse diensten bij de Heere brengen. Alleen daarom zou ik ook in vakantietijd de  zondagse diensten niet graag willen missen. Want je mag aan het begin van de dienst direct al je afhankelijkheid betuigen, je mag bidden en danken, je mag psalmen, lofzangen en geestelijke liederen zingen, je mag je gaven geven in de collectezak en je geloof belijden. De hele dienst is een wisselwerking tussen mij en God. En in al die dingen mogen we de geur van Christus verspreiden.

 

Dokkum
Pieter Sijtsma