Gevaarlijke reizen maken, misschien droom je er wel van. Stel je voor: je moet door de bushbush om hulp aan arme mensen te geven, of je bent gewoon op doorreis. Je weet niet wat je tegenkomt, gevaarlijke slangen, pijlsnelle piranha’s of giftige kikkers. Bij elk geritsel ben je misschien wel bang dat er een bosjesman bovenop je springt. ’s Nachts slaap je natuurlijk in een hangmat. Maar ook dan heb je geen rust. Je moet oppassen voor allerlei ongedierte. Een tijger kan bovenop je springen of je wordt wakker met op je arm een vogelspin! Brr... niets voor mij. Je gaat een dergelijke reis toch niet zomaar maken. In de Bijbel, maar ook vandaag de dag, vind je mensen die wel zulke dingen deden. Een voorbeeldje is Paulus, maar ook Petrus en andere discipelen reisden grote afstanden en trotseerden gevaren. Maar waarom? Waarom gaven ze soms hun leven? Waarom gingen ze niet gewoon door met hun dagelijkse leven?

Paulus

Paulus had een superbaan. Hij leerde voor farizeeër. In de toekomst zou hij een hooggeplaatste farizeeër worden. Iedereen zou tegen hem opkijken. Wat een baan! Een van de hogere banen van die tijd. Wie zou dat nu niet willen? Paulus - hij heette toen Saulus- wel. Hij was erg fanatiek. Maar toch koos hij er later voor om de Here Jezus te volgen. Toen hij dat deed was Paulus meteen zijn aanzien, zijn baan en zijn mooie toekomst kwijt. Maar Paulus was er dankbaar voor. Kun jij dat voorstellen? De reizen die Paulus maakte waren moeilijk en gevaarlijk. Paulus liep of reed op een ezel. Hij heeft wel opgeschreven dat hij vaak in gevaar gezeten heeft, hij is belaagd door rovers en moest door snelstromende rivieren trekken. Daarnaast heeft Paulus ook nog eens 3 keer schipbreuk geleden. Waarom ging Paulus op reis? Omdat de Here Jezus in het leven van Paulus kwam. Hij zorgde ervoor dat Paulus veranderde. Van listige farizeeër werd Paulus een strijder in het leger van de Here Jezus. Paulus wilde de Here Jezus volgen met zijn hele leven. Hij besefte dat Die voor zijn zonden gestorven was. De Here Jezus gaf zijn hele leven. Daarom kon hij niet anders dan alles te doen wat de Here wilde.

Jij?

En jij? De apostelen van vroeger hebben veel dingen meegemaakt. Sommigen zijn zelfs vermoord omdat ze de Here Jezus volgden. Wij worden niet vervolgd omdat we naar de kerk gaan of omdat we in Hem geloven. We worden helemaal niet vermoord omdat we Jezus’ volgelingen zijn.  Maar wij, hier in Nederland, vinden het soms maar wat moeilijk om ervoor uit te komen dat we naar de kerk gaan. Het is niet leuk om uitgescholden of om buitengesloten te worden en daarom laten we het maar vaak voor wat het is. Je zegt al heel snel niet meer dat je gelooft in de Here Jezus. En eerlijk is eerlijk: het is ook erg moeilijk om nare dingen mee te maken omdat je in de Here Jezus gelooft. Maar weet dat je het niet alleen hoeft te doen. Mensen die in de Here Jezus geloven in verre landen met wrede leiders gaan er vandaag de dag nog steeds voor. Die mensen worden ook vervolgd, gemarteld en geslagen. Maar ze gaan door. Omdat de Here Jezus kracht geeft. Daar mag jij ook op vertrouwen. Ook als je er niet meer bij hoort. Je mag altijd bij God horen!