Ton de Graaf was 45 jaar toen hij ontslag kreeg bij een groot transportbedrijf. Na een loopbaan van twintig jaar was hij één van de slachtoffers in een grote reorganisatie. Kapot was hij ervan. Verslagen, vol verdriet en vol frustraties. Thuis stapelden de problemen zich snel op. Een gezin met drie kinderen vraagt nu eenmaal om veel geld. De relatie met zijn vrouw Anna kwam onder grote spanning te staan. De sfeer was om te snijden en Ton raakte in een zware depressie. De impact op het gezinsleven was enorm.

Steeds vaker krijgt de diaconie te maken met werklozen en hun gezinnen, zeker als de financiële nood groter wordt. Maar wat kun je precies doen als diaken, behalve het bieden van financiële steun? Heeft de diaconie wel voldoende oog voor deze problematiek en de vaak achterliggende vragen? Complexe vraagstukken soms. Wanneer komt pastorale zorg om de hoek kijken? Al deze vragen staan centraal tijdens de regioavonden ‘Werken aan werk’, georganiseerd door het Diaconaal Steunpunt van de GKV en de NGK, vakbond CGMV en het Diaconaal Bureau van de Christelijke Gereformeerde Kerken.

 

Zak met geld

“De rol voor de kerken is veel breder dan alleen maar financieel ondersteunen”, zegt Derk Jan Poel van het Diaconaal Steunpunt. “Met het geven van een zak met geld los je alle problemen niet op. Bovendien: de diaconie is er niet om een bepaald welvaartsniveau te houden. Natuurlijk moet je helpen bij acute nood en daarnaast is het zeer belangrijk om een ‘zachte landing’ na ontslag te begeleiden. Een diaken kan helpen de inkomsten en uitgaven weer op één lijn te krijgen. Samen plannen maken, zodat een gezin weer zelfstandig kan draaien. Maar bemoediging en het bieden van troost is minstens net zo belangrijk.”

 

In Filippenzen 4 bedankt Paulus de gemeente van Filippi, dat zij er was toen hij het moeilijk had. “Meer dan eens heeft u mij iets gestuurd om mijn tekorten aan te vullen. U heeft er goed aan gedaan te delen in mijn moeilijkheden”, zo schrijft hij in zijn brief. De apostel wijst er echter ook op dat financiële steun niet het enige is dat telt. “Laat de Heer uw vreugde blijven, onder alle omstandigheden. Wees altijd verheugd, want de Heer is nabij. Wees over niets bezorgd, maar vraag God wat u nodig hebt en dank Hem in al uw gebeden.” Volgens Poel is deze tekst een prachtig vertrekpunt voor diakenen. “Ook Paulus was bekend met moeilijke situaties, waarbij hij werd geholpen toen hij in de verdrukking zat. Maar hij wist ook: de Heer is erbij. Daar kun je ook als diaken mee aan de slag. De Heer zorgt voor de mensen, ook als het gaat om praktische steun.” Voor veel kerken en voor veel kerkelijk werkers is diaconale zorg een proces van bewustwording, een leerproces: “Diakenen moeten zich meer bewust worden van de mogelijkheden die ze hebben om werkzoekenden met raad en daad terzijde te staan.”

 

Volgens vakbondsman Bert Moolhuizen groeit de werkloosheid nog dagelijks. “De cijfers zijn schrikbarend. Er zijn bijna 700.000 werklozen en maandelijks komen er 13.000 bij. Het is overal om ons heen. De aantallen zijn schokkend. Bovendien wordt werkloosheid lang niet altijd opgelost binnen de periode dat mensen WW ontvangen. Ook het aantal mensen in de bijstand stijgt daardoor. De verwachtingen zijn bovendien niet positief. Er wordt weliswaar een voorzichtig herstel van de economie aangekondigd, maar op de arbeidsmarkt verandert er voorlopig maar weinig. Niets is zeker en overal kun je ontslagen worden.”

 

Te weinig oog

Moolhuizen weet dat ongeveer de helft van alle diakenen te maken heeft met werkloosheid binnen zijn wijk. Er is volgens hem echter maar weinig oog voor deze problematiek. Het is een ernstig onderschat probleem, waarschuwt hij. “Werklozen komen in een soort van rouwproces. Als je je baan verliest, knaagt dat aan alle kanten: je voelt de verantwoordelijkheid voor je gezin, je verliest de sociale contacten van je werk en mist een duidelijke structuur in het dagelijkse leven. Vaak is er ook sprake van schaamte: werklozen kunnen soms maar moeilijk over hun situatie praten.”

 

Jongeren, 55-plussers en zelfstandig ondernemers vormen de grootste risicogroepen. “Ouderen hebben een kleinere kans op de arbeidsmarkt. ZZP’ers zonder werk krijgen geen uitkering en geen instantie doet iets voor ze. Uit noodzaak gaan ze dan voor een lager uurloon weer aan het werk, maar vervolgens kom je dan in de knoei met verzekeringen en pensioenopbouw. Jongeren zonder werk hebben grote moeite met het zelfstandig worden. Je hebt immers geen inkomen, dus bent min of meer verplicht om bij je ouders te blijven wonen. Aansluiting op de arbeidsmarkt is zeer lastig en hierdoor kunnen er na verloop van tijd serieuze problemen ontstaan.”

 

Hoe help je een werkloze nu echt een stap verder? Het blijft een lastige vraag. Enkele praktische tips heeft Moolhuizen wel. “Tijd nemen om te bezinnen en even rustig op adem komen is allereerst goed. Daarnaast is het essentieel om je omgeving erbij te betrekken: je gezin, naaste familie, vrienden en bekenden. Zorg er ook voor dat je in beweging blijft en ga niet achter de geraniums zitten. Vrijwilligerswerk in de kerk of bij een andere maatschappelijke organisatie; zorg dat je aansluiting op de maatschappij blijft houden. Daarnaast: zoek deskundige begeleiding bij bijvoorbeeld een vakbond. Een professional kan je helpen om uit te zoeken waar je staat en waar de beste kansen op de arbeidsmarkt liggen.’’

 

Elkaar opzoeken

De kerk/diaconie kan helpen door nieuwe initiatieven te ontplooien. In opkomst zijn lokale en/of regionale netwerken, waarbij werkzoekenden verbinding met elkaar zoeken. Het is goed om teleurstellingen te delen, ervaringen uit te wisselen en van elkaar te leren. Hoe schrijf je een goede sollicitatiebrief? Wat is de beste manier van netwerken? Hoe ga je om met afwijzingen? Het kan daarnaast ook helpen om kritisch te zijn op elkaar. Hoe ben je bezig met het zoeken naar werk? Doe je wel voldoende je best om uit de problemen te komen? Elkaar bemoedigen, ondersteunen en kritisch volgen kan prima werken binnen een kerkelijk verband. Ook kerkelijke netwerken tussen werkzoekenden en ondernemers kunnen soelaas bieden.

 

Voor de plaatselijke diaconieën is het goed om de ‘werkloosheidsproblematiek’ een vast plaatsje op de agenda te geven. Inventariseer hoe groot het probleem is binnen de gemeente, zorg dat je goed op de hoogte bent van alle moeilijke situaties en bekijk hoe je als gemeente of als diaconie kunt anticiperen.

Tijdens de regioavond in Groningen leverde een halfuurtje brainstormen al een mooie lijst met uitgewerkte plannen en frisse ideeën op. Eén van de aanwezige diakenen riep op tot meer communicatie tussen diakenen, ouderlingen en pastoraal bezoekers. In huiskringen en Bijbelstudiegroepen kunnen daartoe ook coördinators worden aangesteld, die helpen bij het signaleren van problemen. In sommige CGK-gemeenten in Noord-Nederland wordt er al gewerkt met lijsten van werkzoekenden, ook netwerkinitiatieven bestaan al plaatselijk. Projecten opstarten kan in allerlei varianten: lotgenotengroepen, een ‘Ik zoek Werk-rubriek’ in het kerkelijk blad of een speciale Facebookgroep voor werkzoekenden. Stel je kerk open voor bijeenkomsten en trek daarin samen op, zo luidt het devies. Want soms kan het ook goed zijn om samenwerking breder te trekken dan alleen de eigen kerk.

Richting de diaconieën klonk er nog wel een waarschuwing: “Ken je grenzen en weet ook wanneer je mensen moet doorverwijzen”, aldus diaconaal consulent Trudy Eikelenboom. ,,Vertil je nooit aan een situatie, als je de expertise als diaken niet hebt. Verwijs tijdig door, schakel de pastoraal werker in of laat een externe partij het overnemen.’’ De gouden tip blijft echter: houd je ogen en oren open en verlies het contact met de mensen niet.

 

Op dinsdag 29 oktober vindt er een regioavond voor diakenen ‘Werken aan werk’ plaats bij de CGK Leeuwarden, Huizumerlaan 102. Aanmelden kan tot uiterlijk een week van tevoren via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..

 

 

 

Noordscheschut                                                      
Henri Scholing