In deze rubriek vertellen mensen die een functie in de kerk bekleden, iets over hoe ze deze functie in praktijk brengen. Diverse aspecten mogen daarbij aan bod komen. Bijvoorbeeld wat het werk inhoudt, hoeveel tijd het kost, welke leuke of vervelende dingen ze tegenkomen, en nog veel meer.

Wietze Ferwerda is momenteel ongeveer twee en een half jaar scriba van de Petrusgemeente te Broeksterwoude. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor het opmaken van het contactblad De Wegwijzer, en actief in de commissie beeld en geluid, die de beamerpresentaties verzorgt.

'De taken van een scriba verschillen per gemeente, maar ik moet onder andere zorgdragen voor het correct bijhouden van het kerkelijk archief, het aanleveren en opstellen van de documenten richting de kerkenraad, het plannen van de moderamen- en kerkenraadsvergaderingen, de wekelijkse kanselafkondigingen en beamerpresentaties, en de wekelijkse nieuwsbrief naar de gemeenteleden.'

 

Na afloop van een kerkdienst in Berchhiem, een zorginstelling in Burgum, kwam ik in gesprek met een man die kampte met ernstige beperkingen. Hij had het nodige meegemaakt. Maar hij beëindigde het gesprek met de woorden: 'En hij ging zijn weg met blijdschap …' Wat was zijn geheim?

Toen Filippus het evangelie had verkondigd aan een hooggeplaatste ambtenaar uit Ethiopië, liet deze zich dopen. Vanaf dat moment was er een diepe blijdschap in zijn hart! Hij merkte niet eens meer dat Filippus niet meer bij hem was (Hand.8,39).

Opvallend is dat Lucas zowel in de Handelingen van de apostelen,  als in zijn evangelie meer dan welke andere bijbelschrijver ook, spreekt over blijdschap. In totaal komt dit woord 326 keer voor in het Nieuwe Testament, waarvan 53 keer in het evangelie van Lucas en 26 keer in Handelingen, zo las ik ergens. Ik heb dit niet nageteld. Wel is duidelijk: Lucas is de evangelist van de blijdschap! 

Polderblindheid, weet u wat dat is? Ik had er nooit van gehoord. Totdat mijn jongste zusje vertelde van een aanrijding die ze had gehad. Met een fietser die leed aan polderblindheid. Hij was zo gericht geweest op wat er aan de horizon gebeurde dat hij niet lette op wat dichtbij was. En zo was hij domweg tegen de auto van mijn zusje gereden.

Toen ik op de middelbare school in Groningen zat, fietste ik elke dag vanaf Ten Boer daarheen. Zestien kilometer heen en zestien terug. Meestal met een groep lotgenoten, soms alleen. Natuurlijk zonder regenpak, en ’s winters geen handschoenen, dat vonden wij niet nodig. Onderweg beleefden we van alles. Mooie dingen, en minder mooie dingen.

Laatst las ik een rouwadvertentie met onderaan de volgende zin: 'Laat de bloemen maar leven.' 

Lang geleden hoorde ik een dominee aan de kinderen een vraag stellen. Hij wees op de vaas met bloemen die voorin de kerk op de tafel stond en vroeg: Leven deze bloemen?

Het was even stil, wat een vreemde vraag. Natuurlijk leven ze. Je ziet toch hoe mooi ze zijn. Ze bloeien volop. Inderdaad, ze zien er mooi uit, maar hoe zien ze er over drie weken uit? Ja, dan zijn ze natuurlijk uitgebloeid en dood. Dat laatste klopt, alleen… ze zijn nu al dood. Toen ze op het veld stonden of in de kas groeiden, leefden ze volop. Dat kon omdat ze nog niet geplukt waren. Ze zaten nog vast aan de plant en die stond weer met zijn wortels in de voedende aarde. Zo kon alles groeien en bloeien. Wanneer je die wortelkluit hier op tafel zou leggen, zou iedereen zeggen: Bah wat vies, doe maar gauw weg. Maar, door die vieze lelijke wortelkluit kon er een grote plant groeien met een sterke stam waaraan prachtige bloemen groeiden.

Zorgen voor de kudde, vanuit de zorg die de Here Jezus Zélf voor zijn schapen heeft - zo vatte ik in het vorige artikel de taak van ambtsdragers in de gemeente samen. Op die herderlijke zorg wil ik in dit tweede artikel nog wat verder ingaan.

 

Ik zei al, met name de ouderlingen worden in het Nieuwe Testament zo genoemd, ‘herders’. Het woord dat in het Grieks voor de ouderling gebruikt wordt, is: episkopos, en dat betekent: opziener. Hoewel dat woord in allerlei verbanden gebruikt kan worden (voor een opziener in de bouw bijvoorbeeld, of een bewaker in de gevangenis, of een opvoedkundige), is er wanneer het woord in het Nieuwe Testament gebruikt wordt steeds aan één specifieke vorm van opzicht gedacht: het opzicht dat een herder houdt over de kudde (vgl. 1 Pet.5,1-7). 

Commentaar

  • Wereldverbeteraars 2024-05-03 13:31:31

    Wereldverbeteraars Met zijn boek ‘De meeste mensen deugen’ (2019), heeft Rutger Bregman zijn...

  • Nieuw leven 2024-04-19 17:47:34

    In januari begint het al: het wordt weer langer licht en de sneeuwklokjes gaan bloeien, en even...

  • Post 2024-04-06 07:36:05

    De laatste tijd valt het mee, maar het komt regelmatig voor dat de post wat vertraging heeft....

  • Lijdenstijd 2024-03-23 18:53:26

    Met de lijdenstijd lijkt onze samenleving niet uit de voeten te kunnen. Hoe anders is dat met...