De 21e eeuw is een eeuw van crises. Van bankcrisis naar Eurocrisis naar vluchtelingencrisis naar corona-crisis. Daarbij speelt op de achtergrond de klimaatcrisis. Dit jaar is er in Nederland zelfs sprake van een combinatie van allerlei crises. We hebben een stikstofcrisis, een energiecrisis waardoor er inflatie is en er een economische crisis dreigt. Kortom: we zitten in de problemen. De dromen van maakbaarheid en oneindig doorgaande groei blijken bedrog…
Laten we niet denken dat we daarmee bijzonder zijn vandaag de dag. Of dat we voor het eerst in de geschiedenis midden in de crisis zitten. Ik las eens ergens het volgende verhaal over een jongen en zijn opa van dik in de tachtig: ‘Opa zat altijd op zijn stoel bij het raam en op het tafeltje naast hem lag altijd hetzelfde: de krant van die dag en de Bijbel. En als de jongen vroeg of opa niet eens wat anders wilde lezen, gaf hij als antwoord dat de krant en de Bijbel genoeg waren voor hem. Want in de krant las hij alles wat er in de wereld gebeurde. En in de Bijbel las hij dat er niets bijzonders gebeurde.’
Zonde
De Bijbel laat ons zien wat de grond is van alle crises van deze wereld. Dat heeft te maken met de zondeval. Daar ontstaat een afstand tussen God en mens en daar ligt de oorsprong van alles wat er vanaf dat moment verkeerd gaat. En de hele Bijbel door zien we de gevolgen daarvan. De eindeloze zoektocht van God naar de mens. En het steeds opnieuw zoeken van de mens naar God. In het Oude Testament gaat dat wederzijdse zoeken met horten en stoten alle kanten op. Het loopt uit op een open einde, maar hoopgevend is het niet. De conclusie: als de vrede met God vastzit op mensen, komt het niet goed. Zelfs met de allerbeste bedoelingen doen mensen steeds (net) de verkeerde dingen.
De zonde heeft ongekende gevolgen. Het zorgt ervoor dat er iets grandioos mis gaat tussen de mens en God, maar heeft vervolgens ook gevolgen voor de omgang van mensen met elkaar. De zonde dringt kortom overal in door. Alles wordt erdoor beïnvloed en uiteindelijk gaat alles er ook door kapot. Als God niet in zijn geduld steeds weer de mens opzoekt, dan is er geen hoop. Zo hard is het. Dan zal deze wereld aan zijn eigen crises ten onder gaan.
We zien het in de heftige tijd waarin we leven: er wordt van alle kanten over crises gesproken. Maar we hoeven inderdaad niet te denken dat we bijzonder zijn. Crises zijn er altijd geweest. Denk maar aan die duistere tijden die in het Oude Testament worden besproken. Tijden van onderdrukking, van oorlog, van deportatie, van bedreiging. Denk aan de tijd van het Nieuwe Testament en de kracht en macht van het Romeinse wereldrijk. De klem en de druk die op Israël lagen in die tijd. De geestelijke crisis die dat opleverde. In deze wereld die in zonde is gevallen dreigt de duisternis voortdurend.
Interventie
Het antwoord op die crisis van de zonde en godverlatenheid is eenvoudig. Want midden in de duisternis van deze wereld gaat een licht op dat door de duisternis heen breekt. En de duisternis zal het niet in haar macht krijgen. En dat licht dat opgaat is God zelf die ingrijpt en naar deze wereld komt: ‘Het Woord is mens geworden en heeft in ons midden gewoond, vol van genade en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader.’ Zo spreekt Johannes over de komst van Christus. De grote ommekeer. Niet mensen die hun weg naar God vinden, maar God die naar de mensen toekomt. Deze interventie is de kern van het evangelie. In de komst van Christus gebeurt iets onvoorstelbaars: God overbrugt de afstand die mensen hebben veroorzaakt.
Maar dat niet alleen – in de komst van Christus zit een belofte besloten. De afstand wordt niet eenmalig overbrugd als een wonder om ons op God te richten. Jezus overbrugt veel wezenlijker de afstand. Dat blijkt uit het getuigenis van Johannes de doper: ‘Daar is het lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt.’ Christus is gekomen om de zonde van de wereld weg te nemen. Daarmee lost Hij de diepste crisis van de mensheid op. Dat gaat buiten mensen om, de crisis wordt opgelost enkel en alleen door het werk van God in Jezus Christus.
Koninkrijk van God
We kunnen niet genoeg stilstaan bij hoe radicaal dit werk is dat God in ons midden heeft gedaan. En hoezeer het ons op het goede spoor zet. Jezus leert het aan zijn leerlingen – dat het Koninkrijk van God niet een concrete plaats in deze wereld is waar het koninkrijk van Israël hersteld wordt. Het Koninkrijk van God – gesticht in Christus – is daar waar mensen in Zijn naam bijeen zijn. En het zal eens definitief komen, maar het is er ook nu al.
Midden in deze wereld vol crises verwerkelijkt God zijn Koninkrijk. Op grond van het volbrachte werk van Christus. En dat heeft geestelijk gezien invloed op ons: er is vrede met God. Maar dat werkt meer uit dan alleen dat geestelijke. Het werkt ook iets uit in de praktijk. Nu God in de komst van Christus de diepste crisis heeft overwonnen, staat alles in een ander licht. Vanuit dat perspectief van de komst van Christus willen we in dit Kerstnummer kijken naar een aantal crises van deze tijd. We vragen ons daarbij af wat de komst van Christus te betekenen heeft met het oog op die crises. En welke weg wordt ons in Christus gewezen om met al die crises om te gaan?
Wouter Moolhuizen, Hoogeveen