De strijd om aanbidding
Dit is het laatste artikel over het boek Openbaring en de missie van de kerk. Deze keer wil ik stil staan bij een belangrijk aspect van de christelijke roeping: aanbidding.
Twee beesten
Als je Openbaring 13 openslaat kom je in een totaal andere wereld terecht. Twee beesten die gewelddadig en nietsontziend hun weg gaan in de wereld om iedereen die hen tegenstaat uit de weg te ruimen. Het leest als een fantasynovel, een soort Lord of the Rings waarin Balrogs als gruwelijk lelijke monsters vuurspuwen en mensen naar het verderf leiden. Het is een intrigerend hoofdstuk – althans als je van fantasy houdt – maar het lijkt toch weinig met onze dagelijkse werkelijkheid van doen te hebben.
Toch wel. Ik heb het al eerder genoemd: het boek Openbaring moet symbolisch en niet letterlijk gelezen worden. Dat betekent dus dat als Johannes het heeft over twee beesten, dan heeft hij het niet over twee letterlijke beesten, maar dat ze symbool staan voor fenomenen in deze wereld en geschiedenis. De ruimte ontbreekt om het hier uit te leggen, maar in de manier waarop Johannes schrijft wordt duidelijk dat hij denkt aan het Romeinse rijk en haar propagandamachine.
Aanbidding gevraagd
Daarmee is het beeld echter niet uitgeput: voor de oorspronkelijke luisteraars was het duidelijk dat het over Rome ging, maar voor ons gaat het over iets heel anders. Vandaag de dag kunnen er heel andere beesten zijn.
Maar hoe kom je erachter dan, wat die beesten zijn? Nou, dat heeft alles te maken met wat deze beesten doen, of waar ze op uit zijn. Kijk maar in Openbaring 13. Zowel het beest uit de zee als het beest uit de aarde zijn eropuit dat mensen vol verwondering en aanbidding achter hen aan gaan:
· ‘Alle mensen die op aarde leven zullen het beest aanbidden’ (vers 8),
· ‘Het dwong de aarde en alle mensen die erop leefden het eerste beest, dat van zijn dodelijke verwonding genezen was, te aanbidden’ (vers 12),
· ‘Het … kon ervoor zorgen dat iedereen die het beeld niet aanbad, gedood zou worden. (vers 15)
Met andere woorden: de beesten – het romeinse rijk in het geval van Johannes – eist dat mensen hen aanbidden en ze meten zichzelf daarmee goddelijke status toe. Ze doen een appel op het hart en het verlangen van mensen. Dat wil zeggen: ze impliceren dat het leven alleen goed en geslaagd is als je je volledig conformeert aan hun normen, waarden en levenspatronen. Doe je dat niet, dan heb je een probleem. Dan word je met de nek aangekeken en kun je niet meedoen in het gewone maatschappelijke leven en loop je zelfs het risico dat er met je wordt afgerekend.
Drie keer niks
In dat kader moeten we dat getal 666 ook lezen. Drie keer zes. Het getal zeven is het getal van de volheid, en het boek Openbaring staat er vol mee. Zeven, dat is: volledigheid en vervulling. Zes daarentegen is net niets: het is geen zeven. Onvolledig en onvolmaakt. Drie keer zes, dat is dus drie keer niks. Het lijkt wel heel wat, maar als je het preciezer bekijkt, dan is het onvolmaakt en onvolledig. Het beest is drie keer zes: het lijkt heel wat, machtig, rijk, veelbelovend, maar het kan z’n aanspraken niet waarmaken, sterker zelfs: het maakt slachtoffers bij duizenden. Pax Romana heette het, maar deze vrede werd gewonnen door in een constante staat van oorlog te verkeren. Het wordt vrede genoemd, maar het is oorlog.
Het beest bestrijden
Het zou dus zo maar kunnen dat de beesten uit Openbaring 13 vandaag de dag ook nog springlevend zijn en een appel doen op ons hart. Ik denk bijvoorbeeld aan het consumentisme, dat ons voorschotelt dat we pas gelukkig zijn als we het beste van het beste en het nieuwste van het nieuwste hebben. Ik wil daarom afsluiten met twee manieren om de beesten te bestrijden.
1. We kunnen weigeren deel te nemen aan de aanbidding van de beesten. We kunnen Christelijke non-conformisten wordt. Bijvoorbeeld: als we de huidige consumentistische cultuur als een beest zien – bijna goddelijk en veelbelovend, maar niet leverend – dan is het belangrijk dat we onszelf ervan afzonderen. We worden dan uitgedaagd om bewust ervan af te zien het nieuwste van het nieuwste en het mooiste van het mooiste te willen hebben.
2. Het boek Openbaring nodigt ons uit tot aanbidding van de enige ware God die zichzelf niet heeft laten zien door macht en geweld, maar door zelfovergave tot in de dood. In heel het boek Openbaring is als het ware een aanbiddingsoorlog aan de gang. Aan de ene kant de beesten die met geweld en onderdrukking om de aanbidding van mensen vechten en claimen dat ze het ware leven geven, en aan de andere kant God en het Lam die aanbeden worden, niet vanwege dwang of geweld, maar dat ondanks dat hun volgelingen onderdrukt worden en geweld ervaren. Het boek staat vol aanbiddingsliederen (bv. 4:9-11, 5:9-10, 15:3-4).
Deze aanbidding is niet alleen om God groot te maken, maar het gaat ook om de manier waarop gelovigen uitgedaagd worden om hun harten te richten op Hem die werkelijk aanbidding waard is. Aanbidding van God is een leerschool van verlangen, waarin volgelingen van Jezus worden uitgedaagd hun harten en gedachten die in deze wereld van alle kanten uitgedaagd en geprikkeld worden, te richten op Hem die als enige ons leven werkelijk kan vervullen. Niet drie keer niks, maar drie keer volmaakt. Daarom maken we in onze samenkomsten tijd vrij om onze harten op God te richten en Hem te aanbidden in gebed en lied. Daarom is het belangrijk dat we dat thuis en in ons persoonlijke leven ook doen. En daarom is het belangrijk dat we elkaar daarbij helpen in de kringen.
Rein den Hertog, Amsterdam