Het vorige nummer van het Kerkblad was het officiële startnummer. Dit Commentaar schrijf ik op de maandag na het startweekend in Hoogeveen. Zaterdagavond was er een bijeenkomst voor de jeugd – met een barbecue en een kampvuur. En op zondag was er tussen de diensten een grote bijeenkomst op de speelweide in het bos bij Echten. Met veel mensen en met veel plezier hebben we zo het nieuwe seizoen gestart. Met jong en oud samen eten, drinken, schaduw zoeken, voetballen en volleyballen (ondanks de warmte). En de afsluiting was – zo is de traditie – een openluchtdienst op de speelweide.
In elke gemeente gaat het startweekend anders, maar er wordt overal op de een of andere manier aandacht aan besteed. Er gaat heel wat voorbereiding in zo’n weekend of zondag zitten, maar het echte werk begint als de startzondag is geweest. Al het gemeentewerk wordt weer opgestart en vormgegeven. En er is altijd van alles te doen.
Toch is het gemakkelijk om in al deze dingen de aandacht nadrukkelijk op de binnenkant te richten. Afgelopen weekend merkte ik dat dat gemakkelijk gaat. Je hebt het goed met elkaar, je maakt plannen, je bidt voor en met elkaar en zo probeer je gemeente te zijn. Maar dat we gemeente zijn in deze wereld en dat er in die wereld van alles gebeurt – dat gaat gemakkelijk aan je voorbij.
Aan de ene kant is dat logisch. De problemen in de kerk zijn al groot – laat staan de problemen in deze wereld. En we hebben maar weinig invloed, we kunnen niets veranderen. Wat moet je dan? In elk geval zou je je bewust kunnen zijn van wat er om je heen gebeurt. Zondagochtend was de dienst klaar en kreeg ik thuis de vraag waarom ik niet voor Marokko had gebeden. Het eerlijke antwoord is dat ik het vergeten was en het me – helemaal met de lijst vol met voorbedepunten en dankzeggingen – ook niet meer te binnen geschoten was tijdens het bidden. In de middag heb ik dat ‘goed kunnen maken’, maar het feit dat je het vergeet – dat zegt wel wat.
Het lijkt me goed om in de kerk ook steeds gericht te zijn op wat er allemaal gebeurt in de wereld. Om ook voor de mensen te bidden die geen lid van onze gemeente zijn. Om samen te zoeken naar de manier waar je iets kan doen voor de mensen om je heen. Want het licht dat Christus voor ons wil zijn is een licht dat in deze wereld mag schijnen. Geen licht om onder een korenmaat te zetten.
Wouter Moolhuizen , Hoogeveen