Het was gelukt de vacature in de leiding van de zondagsschool te vervullen. Een wat oudere broeder bleek van harte bereid deze taak op zich te nemen. Er dreigde echter een kink in de kabel te komen. Zijn zuster belde mij op om te vertellen dat naar haar mening de kerkenraad geen goedkeuring kon geven aan de benoeming van haar broer als zondagsschoolleider.
Zij kwam mij haar bezwaar tegen deze benoeming uitleggen in een gesprek dat heel emotioneel verliep. Toen zij jong waren, had haar broer zich eens aan haar vergrepen. Dat was voor haar heel ingrijpend geweest. Zij had er nooit met iemand over gepraat. Maar nu vond ze dat ze niet langer kon zwijgen. Want wie weet, wat er met kinderen van de zondagsschool zou kunnen gebeuren als haar broer in de leiding kwam.
‘Heb je er al met je broer over gepraat’, vroeg ik. ‘Nee’, zei ze, ‘dat vind ik te moeilijk. We hebben wel contact met elkaar, maar dat is oppervlakkig. En hierover is nooit gesproken. Maar ik vond dat ik er nu over moest spreken. Wilt u eerst met mijn broer praten?’ Ik beloofde dat ik dat zou doen, maar alleen als zij bereid was daarna onder mijn leiding een gesprek met haar broer te hebben. Dat vond ze goed.
In het gesprek met haar broer toonde hij zich verbaasd over het verhaal van zijn zus. Volgens hem was er nooit iets dergelijks voorgevallen. Wie had gelijk? Ik hoopte dat dit in een geza-menlijk gesprek zou blijken.
Tijdens dat gesprek probeerde zij hem wanhopig duidelijk te maken wat er tussen hen was voorgevallen. Maar volgens hem kon dat niet meer geweest zijn dan een onschuldige stoeipartij toen zij pubers waren. Mogelijk had hij haar toen op een plaats geraakt die haar de gedachte had gegeven dat hij kwade bedoelingen had. Zij verzekerde echter dat hij haar expres in haar kruis had gegrepen. Daarom was het oppassen met hem en kon de zorg van kinderen niet aan hem worden toevertrouwd.
Toen er lang gepraat was zonder dat er duidelijkheid kwam, zei de zus opeens: ‘We zouden samen moeten bidden. God kan duidelijk maken wie de waarheid spreekt.’
Ik schrok, want ik had het gevoel dat zij het gebed wilde gebruiken om gelijk te krijgen. Daarom leek het mij niet een goed idee. Maar het zou raar overkomen als ik dat zou zeggen, zeker bij haar. Ik zei daarom: ‘Dat is goed, bidt u maar.’
Zij deed het. Zij deed het op een manier die ik waardeerde. Na het gebed waren we alle drie een poosje stil. Maar de gewenste doorbraak bleef helaas uit. Kort daarna benoemde de kerkenraad de nieuwe zondagsschoolleider. Had ik dat moeten tegenhouden? Ik zou het niet weten.

Commentaar

  • Nieuw leven 2024-04-19 17:47:34

    In januari begint het al: het wordt weer langer licht en de sneeuwklokjes gaan bloeien, en even...

  • Post 2024-04-06 07:36:05

    De laatste tijd valt het mee, maar het komt regelmatig voor dat de post wat vertraging heeft....

  • Lijdenstijd 2024-03-23 18:53:26

    Met de lijdenstijd lijkt onze samenleving niet uit de voeten te kunnen. Hoe anders is dat met...

  • Leipzig en Navalny 2024-03-07 19:01:01

    Vorige week waren mijn vrouw en ik een paar dagen in het voormalige Oost-Duitsland op bezoek bij...