{mosimage}Velen hebben wel eens gehoord van Thomas à Kempis en zijn beroemde werk De Navolging van Christus. Wie hij precies was en wat zijn spiritualiteit inhield is minder bekend, al neemt de belangstelling voor zijn persoon en werk de laatste tijd weer toe.

In Zwolle kun je het levenspad van deze laat-middeleeuwse kloosterbroeder bijna letterlijk volgen: de plaatselijke VVV biedt wandelaars en fietsers een heuse “Thomas à Kempisroute” aan, die voert langs plekjes die herinneren aan de Moderne Devotie en haar belangrijkste vertegenwoordigers. Het bijbehorende boekje biedt in kort bestek heldere informatie en fraaie illustraties.

Modern en devoot
Zoals zijn naam al aangeeft, werd Thomas à Kempis geboren in Kempen in 1379 of 1380 als zoon van een zilversmid. Zijn eerste onderwijs ontving hij aan de kapittelschool van de Lebuïnuskerk in Deventer. Hier verzorgden de “broeders des gemenen levens” de lessen. Deze broeders maakten deel uit van kleine huisgemeenschappen, waarin men leefde volgens de aloude kloosterregel die armoede, kuisheid en gehoorzaamheid voorschreef. Vanuit een grote afkeer van de verwereldlijking die in de kerk was opgetreden, zochten zij naar een vernieuwing van de vroomheid, die gestalte moest krijgen in een persoonlijke en innerlijke beleving van het geloof. Daarbij lieten zij zich behalve door de Schrift ook inspireren door oude kerkvaders als bijvoorbeeld Augustinus. Ondanks hun kritische houding bleven zij de kerk trouw. Hun ideaal was, dat de kerk weer de vrome, eenvoudige, apostolische kerk van de eerste eeuwen zou worden. Door hun leefwijze wilden zij een voorbeeld geven van een bestaan dat geheel op Christus afgestemd wilde zijn en in het teken stond van de dagelijkse beoefening van de vroomheid.
Na zijn scholing in Deventer trok Thomas in 1400 naar de Agnietenberg vlakbij Zwolle, waar een nog betrekkelijk nieuw klooster stond dat zich bij de Moderne Devotie had aangesloten. Het duurde zeven jaar voor Thomas zich definitief in het klooster liet opnemen, en nog eens zes jaar voor hij zich tot priester liet wijden. Vanwege zijn pedagogische kwaliteiten werd hij tot novicenmeester benoemd. Daarmee kreeg hij de zorg voor de nieuwelingen die zich aan de kloosterpoort meldden. Zij moesten niet alleen wennen aan een leven in stilte en afzondering, maar ook geestelijk gevormd worden tot gelovigen die een persoonlijke verbondenheid met God kenden.

Van spreuk tot boek
De begeleiding van jonge medebroeders heeft Thomas tot zijn dood in 1471 waargenomen. Wat hij aan geschriften heeft nagelaten, vindt hierin dan ook grotendeels zijn oorsprong. Dit geldt ook van zijn inmiddels in 90 talen vertaalde werk De navolging van Christus. Al snel ontstond bij Thomas namelijk de behoefte aan een zekere leidraad, die bij de geestelijke ontwikkeling van de jonge kloosterlingen als houvast zou kunnen dienen. Voor hemzelf was wel duidelijk waar het in het geestelijk leven om diende te gaan: om de liefde tot God en het verlangen naar de eenwording met Hem in het geloof, alsook om het volgeling zijn van Christus. Om dat realiteit te laten worden, is het nodig dat de gelovige zichzelf zo leert te relativeren dat Christus in hem steeds meer kan groeien. Is die groei ingezet, dan wordt de vertrouwdheid met de persoon van Jezus en de betekenis van zijn kruis steeds groter. Maar hoe maak je deze dingen concreet en breng je ze op anderen over? Daartoe diende De Navolging van Christus, een boek dat een bijzondere ontstaansgeschiedenis heeft. Het begon met een spreukenverzameling. Moderne devoten hadden de gewoonte om klassieke spreuken, Bijbelteksten, citaten van kerkvaders of eigen korte overwegingen op te schrijven in een notitieboekje. Deze spreuken hadden direct te maken met het geestelijk leven: het geloof, het gebed, het verlangen naar God, nederigheid, geduld, etc. Thomas heeft zijn spreuken thematisch gegroepeerd en er tekst aan toegevoegd, waardoor traktaten ontstonden. Vier van deze traktaten, die aanvankelijk afzonderlijk in omloop waren, zijn in 1441 samengevoegd tot één geheel. Dat is aan het boek nog altijd goed te zien, omdat de vier hoofdstukken van De Navolging van Christus als boek 1 t/m 4 worden aangeduid. In boek 1 begint Thomas heel praktisch met “nuttige wenken voor het geestelijk leven”, die noodzakelijk zijn om zicht te krijgen op wat een leven van stilte, studie en gebed inhoudt. Eén van de raadgevingen is bijvoorbeeld: “In zwijgen en rust maakt de godgewijde ziel voortgang en leert zij de verborgenheden van de Schriften verstaan”.
In boek 2 geeft hij vervolgens wenken voor het innerlijke leven, waarbij hij uitgebreid ingaat op de betekenis van het gebed. Nadat hij in boek 3 de betekenis van de eucharistie heeft uiteengezet, sluit hij het boek af met een traktaat over de innerlijke vertroosting. Een mooi gedeelte waarin hij het lijden dat een mens in dit leven kan overkomen, plaatst in het licht van de toekomende heerlijkheid: “Er komt een uur, waarop alle zwoegen en onrust ophoudt”. Dat uitzicht geeft troost en doet volharden tot het eind.

Wijsheidsliteratuur
De rode draad in het boek wordt gevormd door het verlangen van de gelovige naar God en de liefde tot Christus. Wil dit verlangen zich kunnen ontwikkelen, dan is daarvoor een evenwichtige levensorde nodig en een innerlijke balans. Vandaar dus die orde en regelmaat in het kloosterleven. Want hoe evenwichtiger een mens is, hoe sterker zijn verlangen naar God kan worden. Tegelijk merkt hij ook, dat zijn verlangen in dit leven ten diepste onvervuld blijft en zelfs lijden met zich meebrengt. Dat is de spanning waarin de gelovige leeft. Pas in de heerlijkheid zal het verlangen naar God vervolmaakt worden en de eenwording met God ten volle realiteit zijn. Zolang we ons op de weg naar dit einddoel bevinden, is het onze roeping om het voorbeeld van Christus na te volgen. Zoals Hij zijn kruis op zich nam, moeten ook wij ons eigen kruis op ons nemen en het dragen, gesterkt door het vooruitzicht dat ons wacht.
Thomas à Kempis stierf op de voor die tijd uitzonderlijk hoge leeftijd van 91 of 92 jaar. Zijn stoffelijk overschot werd aanvankelijk begraven in de kloosterkerk op de Agnietenberg. Later werd het opgegraven en meerdere malen verplaatst, tot zijn schrijn in 2006 uiteindelijk werd geplaatst in de Onze Lieve Vrouwebasiliek in het centrum van Zwolle.
Nog altijd wordt zijn Navolging van Christus herdrukt en gelezen. In zijn overwegingen en adviezen omtrent het geestelijk leven blijken zowel rooms-katholieken als protestanten zich te herkennen. De laatste jaren worden echter ook andere werken van Thomas à Kempis vanuit het Latijn in het Nederlands vertaald. Ze hebben fraaie titels als De Rozentuin (2009) en Het Leliedal (2010). En sinds vorig jaar is er een klein cadeauboekje beschikbaar onder de titel: 365 x Thomas à Kempis. Zijn mooiste citaten. Stuk voor stuk zijn het werken die men niet in één middag uitleest. Maar wie de tijd ervoor neemt en de schrijver zijn volle aandacht gunt, wordt met een schat aan eeuwenoude wijsheden verrijkt.

Christa Boerke,
kerkhistorica te Apeldoorn en verbonden aan de TUA.


Commentaar

  • Zingen in de eredienst (2) 2024-07-25 18:25:50

    Vorig jaar schreef ik over het zingen van psalmen en liederen in de eredienst. Iemand sprak me...

  • Verslavingen 2024-07-12 17:57:04

    Ruim een op de vijftien jongeren gokt weleens online, zo blijkt uit een onderzoek van het...

  • All Nations 2024-06-28 17:42:30

    Vorige week was ik met een groep studenten van de Theologische Universiteit Apeldoorn bij All...

  • Op weg naar de GS 2024-06-15 10:09:55

    Als dit kerkblad verschenen is, is het bijna zover dat de Generale Synode bijeen komt in...