We weten allen wat een opstand in een bepaald land teweegbrengt. Denk alleen maar aan Syrië, waar opstandelingen en het regeringsleger elkaar te vuur en te zwaard bestrijden met als gevolg: dood en verderf, chaos en lijden. Wie kan de spiraal van geweld verbreken? Ban Ki-moon heeft aan het Syrische bewind namens de Verenigde Naties een vredesplan voorgelegd. Of het succes heeft, is zeer de vraag.
In de wereld is ook een opstand gaande. Met de gevolgen daarvan worden we dagelijks geconfronteerd: ontwrichting, lijden en uiteindelijk de dood voor ieder mens. Door de rebellie van een mens, Adam, is de dood op aarde binnengehaald, lezen we in 1 Korinthe 15:21. Wie doorbreekt die fatale cirkel van dood en ondergang? Dit hoofdstuk geeft daar een helder en verblijdend antwoord op. Paulus verkondigt hier het machtige Evangelie dat Christus gestorven is voor onze zonden, dat Hij begraven is en op de derde dag opgewekt. Jezus leeft. Geloven wij dat nog? Want dat heilsfeit wordt ondermijnd door wetenschappelijke argumenten of bestempeld als mythe.
Ook in de gemeente van Korinthe zijn mensen die vanuit een Grieks-heidens denken de opstanding van Christus ontkrachten. Men maakt een scheiding tussen lichaam en ziel. Het lichaam is een gevangenis voor de ziel. Bij het sterven wordt de ziel daar uit bevrijd en zal er nooit meer in terugkeren. Met andere woorden: men ontkent de opstanding van de doden. Als Paulus dat verneemt, springt hij er gelijk op in. Hij doorziet de consequentie van deze dwaalleer. Immers, als er geen doden worden opgewekt dan is ook Christus niet opgewekt. Maar dan is wel het hart uit het Evangelie weggesneden. De apostel wijst op de enorme gevolgen van dit denken. Als Christus niet is opgewekt, wat dan?
Als niet...
Als Christus niet is opgewekt dan is de prediking van het kruis en de opstanding zonder inhoud, dus zinloos. Dan zijn wij valse getuigen van God, zegt Paulus. Preken is immers proclameren dat er genade en redding, heil en vrede is voor opstandelingen. Maar een dode Jezus die in het graf is gebleven kan geen Redder zijn. Zijn volbrachte werk aan het kruis is dan niet door zijn Vader geaccepteerd. We blijven gevangen in een wereld vol nood en dood. Het appel: 'Ontwaak, u die slaapt, en sta op uit de doden, en Christus zal over u lichten', is een holle frase zonder enig effect.
Maar ook uw geloof is dan zonder inhoud, bindt de apostel zijn lezers op het hart. Geloven is met het hart geloven dat Jezus Kurios, Heere, is en dat God Hem uit de doden heeft opgewekt. Geloven in een dode Christus heeft geen enkele zin. Je kunt je alleen met huid en haar aan een levende Christus toevertrouwen. Bovendien gaat er van een dode Jezus geen enkele kracht uit. We komen niet tot leven en blijven niet leven. Als Christus niet is opgewekt, vervolgt Paulus, dan zijn we nog in onze zonden. Dan is er geen streep gehaald door de rekening van mijn schuldig verleden. Dan heeft Zijn offer aan het kruis geen betekenis, geen verzoenende waarde. We zijn en blijven verloren. En dat geldt ook voor onze geliefden die in Christus zijn ontslapen. Ze geloofden dat niets hen zou scheiden van de liefde van Christus. Zo zijn ze ingeslapen. Wat een vergissing als Jezus in het graf is blijven liggen. Dan sterven we allemaal in onze zonden zonder hoop op eeuwig leven. Dan wacht ons nog het eeuwig verderf. Als Christus niet is opgestaan, Paulus vat samen, en we alleen voor dit leven onze hoop op Hem gesteld hebben, dan zijn we de meest beklagenswaardige van alle mensen. Dan kunnen we het hebben over verlossing, heil, leven, geloof en vergeving, maar het breekt allemaal bij de dood af. Je bidden en bijbellezen, je leven voor en dienen van de Heere en je naaste is tevergeefs geweest. Je had beter niets van Christus kunnen horen dan je zo te laten bedriegen. Als niet...
Maar nu...
Ineens geeft Paulus een geweldig wending aan zijn betoog. Met één beweging veegt hij heel die dwaalleer van sterven en dan is het uit van tafel en stelt hij daar tegenover wat God wel met Christus heeft gedaan. Maar nu... dat betekent: het is Pasen geworden. Christus is door zijn Vader opgewekt uit de doden. Wat mensen er ook van zeggen en hoe er ook over denken: we hebben een levende Heiland. Opstandelingen kunnen nu capituleren en zich overgeven aan Hem die de Opstanding en het Leven is. Hij heeft het oordeel over onze zonden gedragen en voor onze schuld betaald. Anders was Hij niet opgewekt. Dood en graf konden Hem niet langer vasthouden. Hemelboden, engelen, zijn erop uitgestuurd om de Zoon een koninklijke uittocht te bereiden. Dat mag en moet verkondigd worden. Dit is het rijke Paasevangelie. Geen leeg en krachteloos Evangelie, maar een Evangelie dat ons raakt en doet leven. Dat door het geloof in de levende Christus laat weten: uw schuld is op het kruis voldaan, uw zonden zijn verzoend. God de Vader heeft er op Pasen Zijn handtekening onder gezet. En dat niet alleen. U mag er nu ook zeker van zijn dat u straks met Hem zult opstaan uit het graf. Want Christus opstanding staat niet op zichzelf. Hij is de Eersteling geworden van allen die in Hem zijn ontslapen. Allen die door het geloof aan Hem verbonden zijn, zullen Hem volgen. Wat met het hoofd gebeurt, gebeurt ook met het lichaam. Christus' opstanding is een voor ons een zeker onderpand van onze eigen opstanding in heerlijkheid, zegt de Catechismus terecht.
En dan...
Dan zal blijken dat het lichaam geen gevangenis was, maar dat het bij ons mens-zijn hoorde. Paulus besluit hoofdstuk 15 met een uitzicht op de opstand van ons lichaam. Zoals een zaadkorrel in de akker wordt gezaaid, zo is het ook met het lichaam van een ontslapene. Uit het schijnbaar dode zaad ontstaat iets nieuws. Het dode lichaam, dat in vergankelijkheid wordt gezaaid, wordt straks bij Christus' wederkomst in onvergankelijkheid opgewekt. Het wordt in oneer gezaaid. Het is immers vernederend om het lichaam te zien aftakelen en te verteren. Maar het wordt in heerlijkheid opgewekt. Het is niet voor te stellen wat dat zal inhouden. In Psalm 8 wordt gesproken over de mens, stralend, bijna goddelijk. Met eer en heerlijkheid gekroond. En wat zie je als je bij een zieke die aftakelt of bij een lijk, opgebaard in een kist, staat? Wat een oneer, wat een vernedering. En dat wordt nu anders. We worden opgewekt in heerlijkheid en luister. En ons natuurlijk lichaam zal geestelijk worden. Een bestaan doortrokken en beheerst door Gods Geest. Kortom, we zullen volmaakt zijn, zonder zonde, lijden en dood, eeuwig leven bij de Vader en de Zoon en de Heilige Geest op een nieuwe aarde. Dank zij Pasen. Dank zij de opstanding van Christus voor opstandelingen. Halleluja!
Heerde
G. v.d. Groep