Op 9 april 1945 werd Bonhoeffer ter dood gebracht in het concentratiekamp Flossenbürg op beschuldiging van hoogverraad. Hij was betrokken geweest bij de voorbereiding van een aanslag op Hitler. De aanslag die op 20 juli 1944 plaatsvond, mislukte. Bonhoeffer en andere coupplegers werden gearresteerd. De wijze waarop hij in de jaren van zijn verzet tegen Nazi-Duitsland heeft gesproken over christen-zijn in deze wereld, maakt nog steeds diepe indruk.

Dietrich Bonhoeffer (1906) begon in 1923 met zijn studie theologie aan de universiteit van Berlijn. Hij bewees dat hij een talentvol theoloog was. Al op de leeftijd van 21 jaar schreef hij een belangrijke studie. Via contacten in het buitenland en met name zijn vriend Jean Lasserre werd hij aangetrokken door de gedachte van geweldloos verzet. In de loop van de jaren werd Bonhoeffer echter steeds meer betrokken bij de kerkstrijd in Nazi-Duitsland. Hij kon zich niet verenigen met de koers van de heersende kerk. Uiteindelijk voegde hij zich bij de groep die een samenzwering tegen Hitler beraamde. Op die manier wilde hij zijn verantwoordelijkheid nemen. Het onrecht dat de joden werd aangedaan, kon niet onbeantwoord blijven. Bovendien werd steeds duidelijker dat Hitlers oorlog een vernietigingsoorlog was.

Ontwikkeling

Bonhoeffers ontwikkelingsgang is onder meer bepaald door zijn studie in Berlijn en later in New York (1930-1931), zijn docentschap aan de universiteit van Berlijn, zijn werk als hulpprediker in Barcelona (1928) en zijn predikantschap in Londen (1933-1935). Na 1935 gaf hij leiding aan de opleiding van toekomstige predikanten van de Belijdende Kerk. Dat was in het toenmalige Finkenwalde bij Stettin aan de Oostzee, in het oostelijk deel van het huidige Polen. De Belijdende Kerk wilde trouw blijven aan de belijdenis dat alleen Christus koning is en niemand anders. Zij keerde zich tegen de zogenaamde Duitse christenen, die zich schaarden achter de ideologie van het nationaalsocialisme. Met deze functie stond Bonhoeffer midden in de kerkstrijd van zijn dagen.

Inmiddels had hij naam gemaakt. In 1937 verscheen zijn boek Navolging, een indrukwekkende meditatieve uitleg van de Bergrede, zoals beschreven in het evangelie van Matteüs (5-7). Deze studie is ook in het Nederlands nog steeds verkrijgbaar. In 1937 werd Finkenwalde op last van de overheid gesloten. Ook mocht Bonhoeffer geen les meer geven aan de universiteit van Berlijn. Toen hij in de zomer van 1939 enige tijd in New York verbleef, raadden zijn vrienden hem aan daar te blijven. Hij heeft daaraan geen gehoor gegeven en keerde met de laatste boot die vóór het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog vanuit de Verenigde Staten naar het Europese vasteland voer, naar Duitsland terug. Steeds meer raakte hij betrokken bij het verzet en de voorbereiding van een aanslag op Hitler.

Ondertussen bleef hem bezighouden wat hij eerder had geschreven over de navolging van Christus. Hij wilde daarover verder nadenken en een ethiek schrijven. Daarmee begon hij in het jaar 1940. Hij heeft eraan gewerkt tot zijn gevangenname op 5 april 1943. Na de oorlog is het materiaal dat bewaard is gebleven, bijeengebracht en geordend door zijn vriend Eberhard Bethge. Onlangs is daarvan een eerste Nederlandse vertaling verschenen. Deze vertaling is verzorgd en ingeleid door dr. W. Veen en prof. dr. G. C. den Hertog. Hoe het boek van Bonhoeffer er uiteindelijk zou hebben uitgezien, is niet bekend. Slechts hoofdstukken en fragmenten zijn bewaard gebleven. Af en toe is Bonhoeffer opnieuw begonnen en heeft hij delen herschreven. Wat ons rest zijn niet meer dan 'aanzetten', maar wel heel waardevolle!

Uitgangspunt

Bonhoeffer neemt zijn uitgangspunt in Christus. God heeft alles in, door en tot Christus geschapen, en in Hem de wereld met Zich verzoend. Christus heeft de schuld van de mensheid gedragen, God en wereld samengebracht en het kwaad van de wereld overwonnen. Hij is Heerser, niemand anders. Daarom is een duidelijke keuze nodig. Christus zelf heeft daarover gezegd: 'Wie niet voor Mij is, is tegen Mij'. Juist de neutraliteit van veel christenen is het allergrootste gevaar van innerlijk verval en uitholling. Steeds duidelijker zag Bonhoeffer voor zichzelf dat deze keuze een maatschappelijke verantwoordelijkheid met zich meebrengt. Christen-zijn is niet alleen een kwestie van een gezindheid. Het is evenmin een kwestie van alleen maar aanvaarden wat toch moet gebeuren.

De erkenning dat Christus koning is, zegt ook iets over de uitgestrektheid van zijn macht. Deze macht is niet beperkt tot bepaalde delen van de wereld of een bepaalde ruimte. Die macht is ook niet afhankelijk van mensen die Hem wel of niet erkennen. Zij strekt zich uit over heel de wereld en heel de werkelijkheid. Paulus heeft daarover duidelijk gesproken, bijvoorbeeld in het eerste hoofdstuk van zijn brief aan de Kolossenzen. Bonhoeffer schreef deze woorden in een land waarin schijnbaar een duivelse macht het laatste woord had.

In zijn heerschappij wil Christus niet alleen gebruikmaken van mensen die zijn naam erkennen. Hij wil ook gebruikmaken van mensen die Hem niet erkennen. Zelf verklaart Jezus daarover: 'Wie niet tegen ons is, is voor ons' (Mar. 9, 40). Hij kan zijn heerschappij ook dáár vormgeven waar mensen Hem niet belijden. Misschien heeft Bonhoeffer bij deze woorden concreet gedacht aan zijn medestanders in het verzet tegen Hitler, 'mensen van goede wil' die de naam van Christus niet beleden zoals hij dat deed. Maar juist daarin wordt zichtbaar dat Christus regeert, hoe mensen ook over Hem denken. Het feit dat Christus niet overal wordt erkend, brengt voor de kerk de opdracht mee te verkondigen dat Hij koning is. Hij is niet alleen koning, maar moet ook als zodanig aanvaard worden.

Rechtvaardiging

Het begin van het christelijke leven ligt volgens Bonhoeffer in de rechtvaardiging van de zondaar uit genade alleen. Die rechtvaardiging is een geweldig en diepingrijpend gebeuren. Daardoor wordt de donkere kern van het menselijk leven met kracht opengebroken. Het Woord van God dringt dan daarin door. De mens ervaart zijn redding. Hij leert God kennen en wordt vrij voor Hem. Ook leert de mens zijn naaste kennen. 'Hij wordt zich ervan bewust dat er een God is die hem liefheeft en aanneemt, dat er een broeder naast hem staat van wie God ook houdt zoals van hemzelf, dat er toekomst is bij de drie-enige God en zijn gemeente. Hij gelooft, hij heeft lief, hij hoopt.' Dat is het geweldige gebeuren van de rechtvaardiging door het geloof: heel het verleden is omsloten door het woord vergeving, heel de toekomst is geborgen in de trouw van God.

Deze rechtvaardiging schenkt God alleen in Christus. In Hem heeft Hij zijn beslissende, laatste woord gesproken. Veel is belangrijk. Aan veel hechten wij waarde. Maar beslissend is uiteindelijk de rechtvaardiging van de zondaar door het geloof. Bonhoeffer gebruikt in dit verband het woord 'laatste'. Het laatste is het beslissende. Daarmee doelt hij ook op het koninkrijk van God dat eens in heerlijkheid zal doorbreken.

Al het andere van ons bestaan hoort bij het 'voorlaatste'. Daarbij kunnen we denken aan de opdrachten die God ons in dit leven geeft. Die opdrachten hebben betrekking op vier terreinen: (1) de kerk, (2) huwelijk en gezin, (3) de cultuur en de arbeid die we binnen de cultuur verrichten, en (4) de overheid. Op al deze terreinen ligt voor ons een taak. Maar deze dingen horen bij het terrein van het voorlaatste. We mogen niet net doen alsof het voorlaatste het allerbelangrijkste is. Dat alles valt uiteindelijk onder het oordeel en het gericht van het laatste.

Toch mogen we het voorlaatste niet veronachtzamen. God is in Christus onze werkelijkheid binnengegaan. Ook in zijn opstanding uit de doden blijkt dat Hij de wereld een nieuwe toekomst geeft. Hij maakt zijn wil bekend met betrekking tot deze toekomst. Christelijk leven is daarom niets anders dan betrokkenheid op de ontmoeting van Christus met de wereld. Alleen wie daarin betrokken is, leert de echte wereld kennen en ook het echte mens-zijn. Meer daarover in een volgend artikel.

 

Feanwâlden
D. J. Steensma

 

Naar aanleiding van: Dietrich Bonhoeffer, Aanzetten voor een ethiek. Samengesteld, vertaald en ingeleid door Gerard den Hertog en Wilken Veen. Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer, 2012, 334 blz., ISBN 978 90 239 2621 4. Prijs € 32,50.


Commentaar

  • Wereldverbeteraars 2024-05-03 13:31:31

    Wereldverbeteraars Met zijn boek ‘De meeste mensen deugen’ (2019), heeft Rutger Bregman zijn...

  • Nieuw leven 2024-04-19 17:47:34

    In januari begint het al: het wordt weer langer licht en de sneeuwklokjes gaan bloeien, en even...

  • Post 2024-04-06 07:36:05

    De laatste tijd valt het mee, maar het komt regelmatig voor dat de post wat vertraging heeft....

  • Lijdenstijd 2024-03-23 18:53:26

    Met de lijdenstijd lijkt onze samenleving niet uit de voeten te kunnen. Hoe anders is dat met...