Wat is het belang om hierover nu nog te schrijven? Als de kerk alleen het (kerkelijk) huwelijk wil erkennen, loopt ze dan niet hopeloos achter op de situatie van onze maatschappij en ook op de situatie van vele jongeren en soms ook ouderen in de kerk?
Vanaf 2006 tot en met 2008 zijn wij in Dronten met deze materie stevig bezig geweest, zowel in de kerkenraad als ook samen met de gemeente – en dat waren geen gemakkelijke gesprekken! Iedereen heeft wel een eigen oordeel over deze zaken en, zo wordt gezegd, niemand mag zich bemoeien met jouw persoonlijke situatie…
Toch een poging tot gesprek
De aanleiding tot deze materie was dat de kerkenraad herhaaldelijk voor allerlei vragen kwam te staan bij pastoraat, bij bevestiging van huwelijken, bij het dopen van kinderen.
Vaak gebeurde dat er een ‘hap - snap’ beleid werd gehanteerd. Maar als kerkenraad deed je het dan toch nooit goed. Dan weer van deze en dan weer van die kant kwamen er allerlei vragen en opmerkingen. Doordat er bij de kerkenraad en gemeente geen vastgestelde visie was en ook geen beleidsstuk in dezen gaf dit grote verwarring.
Misschien was wel de grootste verwarring, dat er geen bijbels beleid meer kon worden gegeven. We leven in een moderne tijd en de kerk heeft niets meer te zeggen over onze persoonlijke levensstijl, zo is de algemene gedachte. Van regeringswege werden allerlei levensverbanden wettelijk aanvaardbaar geacht. Maar, kon de kerk daarin meekomen? Heeft de bijbel nog iets te zeggen over onze levensstijl, ook over de samenleving tussen man en vrouw?
Zeker als predikant kwam ik daardoor steeds meer in het nauw. Ik wilde bijbels verantwoord pastoraat geven en ook bijbels georiënteerde geestelijke leiding in preken en op catechisatie. Maar als dat tot in de kerkenraad voor een deel niet gedragen wordt en er geen vastgesteld beleid is, dan loop je vast. Moet je dan maar zwijgen? Misschien wel de gemakkelijkste weg, maar voor mij niet mogelijk!
Probleem
Het grootste probleem in de beleidsvorming was wel hoe in onze tijd gedacht wordt over de bijbelse normen en waarden met betrekking tot het huwelijk en allerlei andere zaken. Daarin kwam een groot verschil in denken naar voren in onze gemeente. Iedereen had zo wel zijn of haar eigen redenering en overtuiging. Mijn vraag was: Mag je nog vanuit de bijbel hierover nadenken en spreken? In het huwelijk staan levenslange trouw, liefde en onderlinge zorg voor elkaar en voor de kinderen centraal.
Eén van de vragen waarvoor we kwamen te staan was: Kan een huwelijk tussen een gelovige en een ongelovige kerkelijk worden bevestigd? En als dat niet kan, ga je dan als predikant tijdens de receptie of tijdens de maaltijd dan maar een zegen vragen over het paar?
Een andere vraag waarvoor we kwamen te staan, was of we in de kerk ook het geregistreerd partnerschap konden aanvaarden als een goed alternatief naast het huwelijk. In eerste instantie dachten we dat dit best kon, totdat we moesten opmerken dat daarin de zorg voor kinderen niet optimaal geregeld is. Als in zo’n relatie een kind geboren wordt, dan is de vader niet automatisch wettelijk de vader, maar moet hij dat bij de overheid laten registreren als zijnde de vader van dat kind. Als dat niet gebeurt en de beide ouders willen wel het kind in de kerk laten dopen, wat is dan de positie van de vader als niet wettelijk erkende vader? Kan hij dan de vragen bij de doop oprecht beantwoorden?
Kortom, op een gegeven moment hebben we toch als kerkenraad gezegd, dat – bijbels gezien – het huwelijk de beste vorm tussen twee mensen is om samen te leven, een vorm waarin trouw, liefde en onderlinge zorg voor elkaar en voor de kinderen het beste gewaarborgd worden.
Kerk-zijn
Als kerk zeggen we dat we kerk willen zijn op grond van de bijbel. Gods Woord heeft gezag over alle terreinen van ons leven. In de zending ben ik dat natuurlijk tegengekomen op een bijzondere manier, doordat de bijbel gaat spreken in situaties waarin mensen vanuit het heidendom met allerlei heidense vormen overkomen tot het christelijk geloof. Dan moet je over alles bijbels onderwijs geven en tot bijbels verantwoorde vormen komen.
Daar ben ik sterk gevormd om ook in ethische zaken en in samenlevingsvormen de bijbel het eerste en het laatste woord te geven – en niet wat de mensen er van vinden of wat in de maatschappij gebeurt. Daar heb ik geleerd om tegen de stroom in te roeien. In Nederland zijn we nu vanuit een christelijk denkende natie op weg naar het heidendom. Dan is het veel moeilijker om te blijven bij wat de bijbel zegt. Want je wilt als kerk en als christen toch niet oubollig zijn en meegaan met de tijd?
Daarbij moet ik ook zeggen dat vanuit die tijd van 2006 tot en met 2008 in de gesprekken over dit onderwerp heel wat mensen geen flauw idee hadden van wat de bijbel zegt. Daar ben ik wel behoorlijk van geschrokken. Als we als kerk zeggen, dat we de bijbel als fundament hebben, dan is dat gemakkelijker gezegd dan gedaan. En zeker als het gaat over ons persoonlijk leven.
Kortom….
Ik ga nu geen bijbelse uiteenzetting geven over huwelijk en samenwonen. Daarover zijn prachtige boeken geschreven. Elke gemeente is hiervoor zelf verantwoordelijk. Wel vraag ik me af of er in elke gemeente een beleidsplan is voor deze en andere zaken. We zullen steeds meer als kerkelijke gemeente geconfronteerd worden met een heidense maatschappij en met heidense denkbeelden, die haaks staan op wat de bijbel zegt. Durven we als kerken nog wel vanuit de bijbel aan te geven hoe we omgaan met onder andere het huwelijk en met een persoonlijke christelijke levensstijl? Kunnen we dan nog wel werkelijk geestelijke leiding geven? Of doet iedereen maar wat goed is in eigen ogen? Zoals men in de tijd van de Richteren deed?
Dan is de chaos compleet. Dan heb je als kerk werkelijk niets meer te zeggen. Ik zou ook niet meer weten hoe ik als predikant zou moeten preken als je niet in alles de bijbel kunt laten spreken.
Maar ik wil nog iets dieper afsteken. Als we als kerken ook in deze zaken niets zeggen, dan heeft God blijkbaar ook niets meer te zeggen! Is dan - bijbels gezien - de mens niet aan het oordeel overgeleverd?
Zoals in het begin al aangegeven waren deze gesprekken in de gemeente niet gemakkelijk. Maar het heeft wel tot het resultaat geleid dat we weer over deze zaken kunnen praten – zonder elkaar vast te pinnen en te veroordelen. Niet iedereen was en is er gelukkig mee en nog steeds is het geen uitgemaakte zaak. Het is niet zo dat als je een beleidstuk hebt, dat dan alle moeilijkheden uit de weg geruimd zijn.
Wel is het weer mogelijk om de weg van de bijbel te wijzen, de weg van een christelijke leefwijze.
Het gaat er hierbij niet om vanuit een positie uit de hoogte alles voor te schrijven of om te (ver)oordelen, maar om vanuit de bijbel samen te leren. Ten diepste is hier de herder aan zet om de schapen niet weerloos rond te laten dolen maar om de weg / de Weg te wijzen.
Als onderthema hebben wij ons beleidsstuk omschreven met de woorden ‘duidelijkheid en pastoraal bewogen’. Elke situatie vraagt om een eigen aanpak en zorgvuldigheid en veelal ook een eigen weg om te gaan op de weg achter de Here Jezus aan. Zelf heb ik tot nu toe ervaren dat als je zo met jonge (en oudere) mensen hierover in gesprek gaat, er ruimte is om vanuit de bijbel over allerlei zaken te spreken. Dat heeft best wel een stuk rust gegeven in onze gemeente en als predikant kon ik verder om dienaar van het Woord te mogen zijn.
H. Jonkman, Dronten