Vorig jaar startte collega ds. Rein den Hertog in onze gemeente (Groningen-Haren) een leeskring op. Behandeld werd het boek ‘Gewoon Jezus’ van de bekende theoloog N.T. Wright. Dit jaar werd opnieuw een leeskring gevormd door Rein en ondergetekende. Nu staat het boek ‘Goed leven’ van dezelfde auteur centraal. Een groep van meer dan vijftig mensen uit onze gemeente heeft zich inmiddels aangesloten bij de kring.

In totaal komen we in het seizoen 2014-2015 negen keer bij elkaar. Er was één algemeen inleidende avond en in de overige avonden wordt telkens één van de acht hoofdstukken uit het boek behandeld. Collega ds. Douwe Steensma heeft in september 2013 het boek ‘Goed leven’ besproken in ons kerkblad. Mocht u het blad niet meer in het bezit hebben dan kunt u zijn artikel terugvinden op onze website www.kerkbladvoorhetnoorden.nl.Het gaat me in dit artikel niet zozeer om de inhoud van het boek te bespreken. Daarvoor verwijs ik naar de hiervoor genoemde boekbespreking. En ik daag u en jou uit dit boek te lezen. Wat ons als betrokken predikanten bij deze kring opvalt, is de relatief grote belangstelling voor dit boek en deze avonden. We zijn daar enorm blij over. In dit artikel wil ik de vraag beantwoorden waar die belangstelling vandaan komt.

Vroeger

Ik zie mezelf zitten als knulletje van, zeg 10-11 jaar, tijdens de dienst in de Christelijke Gereformeerde Kerk in Mijdrecht. Ds. M.W. Nieuwenhuize (1909-2002) was daar toen predikant. Ik heb het over de jaren zeventig, ca. 1975. Mijn wereldje was toen en in het decennium daarna redelijk overzichtelijk. Ik was de vierde in een gezin met vijf kinderen en het was niet meer dan normaal dat we ’s zondags twee keer naar de kerk gingen. Ik hoefde alleen maar naar mijn ouders te kijken om te zien ‘hoe onze manieren’ waren. En vergelijkbaar gedrag was af te lezen bij de rest van de kerkelijke gemeente. Het aantal politieke partijen waarop je kon stemmen was beperkt (ze moesten wel christelijk zijn). Over de opvatting bij de meeste ethische vraagstukken waren er wel verschillen te constateren maar alles kon redelijk onder één noemer worden gebracht. Het evangelie diende gepreekt te worden waarbij de historiciteit van de Bijbel onaantastbaar was en die prediking niet verengd mocht worden tot politieke prediking. Mijn christelijk gereformeerde wereld was overzichtelijk. Er bestond zoiets als een christelijk gereformeerd ‘gevoel’; ik voelde me christelijk gereformeerd. Zo zijn onze manieren. Dit is ons gedrag.

 

Vandaag

Ik denk dat als ik vandaag bij mijn kinderen informeer naar dat ‘kerkgevoel’ ze me niet begrijpend zullen aankijken. Ik maakte de naweeën mee van een samenleving die uit ‘zuilen’ bestond. Zij als kinderen uit de jaren negentig van de vorige eeuw hebben geen idee van die ‘veilige’ hokjes maatschappij. Alles loopt vandaag door elkaar. Heel veel mensen zijn vandaag de dag geen christen. Nog meer mensen beschouwen kerkgang niet als iets dat erbij hoort. Als ik één van mijn kinderen in de aanloop naar de verkiezingen hoor zeggen dat ze erover denkt PvdA te stemmen dan realiseer ik me dat de wereld veranderd is. Dat het tijdperk van zo-zijn-onze-manieren voor een belangrijk deel voorbij is. Ja, dat veel van onze manieren verdacht veel zijn gaan lijken op - ja waarop eigenlijk? Op die van de wereld? Of handhaven we hier en daar gedrag dat overgewaaid is van vorige generaties maar weten we niet meer waarom dat gedrag toen gekozen werd? Zoals de vrouw die altijd de uiteinden van het vlees afsneed alvorens het te braden. En toen haar dochter vroeg waarom ze dat deed antwoordde ze dat haar moeder het ook altijd zo deed. Vervolgens vraagt kleindochter aan oma: ‘Oma waarom sneed u de uiteinden van het vlees?’ Waarop oma antwoordt: ‘Dan paste het vlees in mijn pannetje…’

Een wereld die verandert maakt onrustig, onzeker en roept vragen bij ons op. Wat is christelijk leven? Wat is ‘goed leven’? Wat maakt iemand tot een christen? Of zoals Wright de vraag ergens stelt: waarvoor leeft een mens eigenlijk? Op zoek naar antwoorden die in déze tijd geformuleerd dienen te worden en die we onze handel en wandel willen laten bepalen. Maar waar liggen die antwoorden? Als ik christen ben wat moet ik dan vandaag doen? Ik denk dat het zoeken naar deze antwoorden een belangrijke bron is voor de aantrekkelijkheid van bijvoorbeeld een leeskring als die we dit jaar gestart zijn. Ontdekken dat er in de ontmoeting met de Here Jezus iets bijzonders gebeurt.

Oefenen

Dat het ten diepste niet gaat om het toepassen van regels of imiteren van groepsgedrag. Dat het ten diepste niet gaat om het volgen van jouw hart; want reken maar: dat hart is verraderlijk! Maar dat we in de navolging van een genadige Jezus ontdekken dat Hij ons wil gebruiken (hoe is het mogelijk!) als dienaren in zijn Koninkrijk. Hij trainde zijn discipelen. Minstens drie jaar lang. Oefenen, oefenen, oefenen. Leren en afleren. Vergeving ontvangen en vergeving leren schenken. Geduld ervaren en zelf geduldig zijn. Vertrouwen krijgen en vertrouwen schenken. De kerk als oefenruimte van de Geest van Jezus. Bouwen aan het karakter in plaats van je alleen te verweren met de gevleugelde woorden ‘ik ben nu eenmaal zo’. Bouwen aan het karakter zonder ten onder te gaan onder ‘je best te doen’. En daarvoor zullen alle hens van Christus’ gemeente aan dek moeten: de Bijbel opnieuw lezen. De geschiedenissen in de Bijbel zijn mijn geschiedenissen! Die vormen mijn karakter! Aan dek moet komen: elkaar tot voorbeeld zijn binnen de gemeenschap. We geven het evangelie niet goed door als we ons beperken tot het delen van woorden. Neem een ander liefdevol bij de hand en zeg met de apostel Paulus: volg mij na. Aan dek moet komen: dat we niet alleen een gemeenschap zijn maar dat we ook een gemeenschap blijken. Ik word gevormd in die gemeenschap. Ik mag anderen vormen. Aan dek moeten komen: het vieren van de feestdagen en het beleven van de sacramenten en andere gebruiken. Het zijn geen lege gebruiken maar ze doen mij beseffen dat ik tot het volk van God behoor en dat ik volop mag vallen onder de liefdevolle de Heer-schappij van Koning Jezus.

 

Spierpijn

Gevormd worden naar het beeld van Jezus. Zodat uw wil gebeurt niet alleen in de hemel maar óók op de aarde. Oefenen, oefenen, oefenen! Dat wil zeggen: achter Jezus aan. Heerlijk als je als leeskring, groep, gemeente, kerkverband die ontdekkingstocht mag maken en steeds meer Zijn karakter mag leren vertonen. Dat betekent: geestelijke spierpijn; die pijn hoort immers bij het oefenen. Dan mag de wereld veranderen maar in dat geval blijft het geloof dat door de liefde werkt bestaan als Jezus’ rots in de branding.

 

N. Vennik, Groningen


Commentaar

  • Nieuw leven 2024-04-19 17:47:34

    In januari begint het al: het wordt weer langer licht en de sneeuwklokjes gaan bloeien, en even...

  • Post 2024-04-06 07:36:05

    De laatste tijd valt het mee, maar het komt regelmatig voor dat de post wat vertraging heeft....

  • Lijdenstijd 2024-03-23 18:53:26

    Met de lijdenstijd lijkt onze samenleving niet uit de voeten te kunnen. Hoe anders is dat met...

  • Leipzig en Navalny 2024-03-07 19:01:01

    Vorige week waren mijn vrouw en ik een paar dagen in het voormalige Oost-Duitsland op bezoek bij...