Dit jaar herdenken wij dat Nederland vijfenzeventig jaar geleden werd bevrijd van de macht van Nazi-Duitsland. Nog steeds zijn er onder ons die de oorlog hebben meegemaakt. De komende maanden vertellen zij ons hun verhaal. Opdat wij niet vergeten … Deze week het eerste deel van het verhaal van dr. en mevrouw Brienen.
Mijn vrouw en ik woonden tijdens de Duitse bezetting in hetzelfde dorp.
Dat was Werkendam, vlak over de Merwede, in het land van Heusden en Altena, waarlangs aan de zuidzijde de Maas stroomt. Tot zover waren de geallieerden opgerukt in het voorjaar van 1945. Wij maakten beiden in dit dorp de bevrijding mee. Er ging het een en ander daar direct aan vooraf. Dat waren drie heel ernstige voorvallen.
Doodgeschoten
In de Bakkerskil, een stroompje tussen de Biesbosch en het dorp Werkendam, lag een aantal schepen met evacués uit het dorp Hank, even verder in het Land van Heusden en Altena. Een dag voor de bevrijding reed daar een Duitse militair op de fiets langs deze dorpsgrens. Ineens werd een luik van een van die schepen omhoog getild en weer neergelaten. De Duitser schrok daar hevig van – ze waren al erg gespannen! - , greep zijn geweer en schoot dwars door het ruim van dat schip. Hij trof een moeder van een groot rooms gezin in de buik. Dit bracht een verschrikkelijke consternatie in dat ruim en gezin teweeg.
De verwonding van die moeder was zo erg, dat ze eraan zou overlijden. Haar man kwam mijn vader, die toen locoburgemeester was – de NSB-burgemeester Van Dulst was een paar dagen tevoren met alle NSB'ers uit Werkendam gevlucht naar de Lunerbergerheide, even over de Duitse grens – , roepen om de pastoor te halen, die in het dorp Nieuwendijk geëvacueerd was, want deze moeder wilde in het sterven pastorale bijstand ontvangen en het laatste oliesel toegediend krijgen. Mijn vader is toen snel op de fiets door de Duitse gevechtslinies naar Nieuwendijk gereden en heeft de pastoor vandaar opgehaald en die heeft deze moeder in haar sterven verder bijgestaan.
De twee zoons van dit gezin waren echter woest en wilden die Duitser gaan vermoorden. Mijn vader is toen naar de Duitse commandant gegaan en heeft hem dringend verzocht de betroffen militair over de Merwede te sturen, want mijn vader stond niet in voor de gevolgen ervan, als hij in ons dorp zou blijven en voor de represailles. De Duitse commandant was mijn vader welgezind en heeft aan zijn verzoek voldaan.
Torens
Het tweede, wat vlak vóór de bevrijding gebeurde, was dat alle hoogtepunten in ons dorp door de Duitsers werden omvergehaald. Omdat zij geen richtingspunten voor de oprukkende geallieerden wilden laten bestaan. Dit betekende, dat de drie torens (van de Hervormde, de Gereformeerde Kerk en de Kerk van de Gereformeerde Gemeente) met de bijbehorende gebouwen opgeblazen zouden worden. Daarbij kwam ook de prachtige, oude korenmolen. Er werden karrevrachten munitie aangesleept en in deze gebouwen opgestapeld.
De Hervormde predikant, Van Wieringen, die zelf tot de 'ondergrondsen' behoorde, en in de pastorie tegenover de Hervormde Kerk woonde, zei tegen de Duitsers: 'Jullie krijgen deze kerk nooit omver.' Zij antwoordden:
'Das sollen sie wohl sehen' en brachten nóg een wagen vol munitie de kerk binnen. En zeiden tegen deze predikant: 'Blijf maar rustig in uw pastorie wonen, want de kerk zakt alleen maar in elkaar.' Hij echter vertrouwde het niet en vertrok met zijn gezin uit de pastorie. Gelukkig maar, want er bleef van kerk en pastorie niets over! Deze mooie oude Kerk, waarin de oude schrijver ds. Johannes Groenewegen (1709-1764) die de bekende <<cursief>>De Lofzangen Israëls <<einde cursief>> heeft gepubliceerd, nog gepreekt heeft, ging volledig tegen de vlakte. Er bleef niets van over en de bekers, pannen en schalen uit de pastorie hingen in de bomen door heel ons dorp.
De schitterend nieuwe Gereformeerde Kerk werd ook totaal opgeblazen. Hier stond de eerbiedwaardige ds. H. Jonker, die een prachtige witte baard droeg en de eerste kandidaat van dr. Abraham Kuyper was, die aan de VU klaarkwam. Hij heeft mij gedoopt en is later nog gevangenispredikant geworden.
Mijn vader kreeg van de Duitse Feldwebel gedaan, dat de toren van de Gereformeerde Gemeente zou worden afgezaagd – deze bestond uit een houten hekwerk – zodat dit kerkgebouw gespaard werd en later kon worden gebruikt door de andere kerken.
Heel erg is het, dat de molen werd opgeblazen. Een grote molensteen werd over heel wat huizen heen gesmeten en kwam op de hoofdstraat terecht.
Er lag zoveel puin, dat we als jongelui er overheen moesten kruipen om verder te komen.
Crossers
Vlak voor de bevrijding bereikte ons het bericht, dat de Werkendamse crossers Arie van Driel en Kees van de Sande tijdens een illegale overtocht door de Biesbosch gepakt waren en op fort De Bilt door de Duitsers waren gefusilleerd. De crossings gingen meestal door de Biesbosch. Er werden Engelse piloten en heel wat Hollandse ondergrondsen naar de overkant van de Maas gebracht in het al bevrijde gebied. In totaal zijn er 374 crossings uitgevoerd.
Dat deze twee bekende Werkendammers het leven daarbij lieten, en dat na flink gemarteld te zijn door de Duitsers, greep ons als Werkendammers flink aan. De bevrijding betekende dan ook voor ons dorp een geweldige ontspanning.
T. Brienen, Hoogeveen