‘Ze produceren alleen rapporten, maar verder gebeurt er niets.’ Bruce, Pakistaan, hoogopgeleid en onvermoeid pleiter voor de armen, is duidelijk niet te spreken over de grote internationale organisaties voor ontwikkelingswerk. ‘Er gaan sloten subsidies heen, maar weinigen worden er beter van.’ Ik kan wel met hem meevoelen. Kleinschalig particulier initiatief, daar heb je meer aan. Daar zit nog passie en bewogenheid en niet te vergeten: toewijding. Daar zitten nog mensen die zich geroepen weten en zichzelf geven. Deze onmisbare eigenschappen vind ik tot mijn grote vreugde hier in deze kleine sloppenwijk waar de organisatie ‘The Saviours Welfare’ haar bijzondere werk doet.
Al snel nadat het hulpverleningswerk er was begonnen groeide de behoefde aan een kerk. Sylvester, katholieke achtergrond, was tot geloof gekomen en door zijn vrouw met het protestantisme in aanraking gebracht. In 2010 stichtte hij de Saviourschurch, een onafhankelijke kerk op calvinistische grondslag. De kerk is nu het hart van de gemeenschap. Het was een feest om de diensten mee te maken. Ze zijn degelijk en levendig, ordelijk en vrij. Je ziet invloeden uit verschillende kerkelijke tradities. De Bijbel wordt na de schriftlezing omhoog gehouden. Een waardevolle traditie, meegenomen uit de katholieke kerk. In elke bijeenkomst wordt de Wet gelezen en de Twaalf Artikelen van het geloof. In de kerk je schoenen aanhouden is geen optie. Je betreedt heilige grond. De kerkgangers zijn zeer betrokken bij de preek. Regelmatig klinkt er een vreugde-applaus. Zang en muziek komen gelukkig uit de eigen traditie. Als de dienst is afgelopen krijgen alle kerkgangers bij de uitgang niet alleen een hand, maar ook een zegen. ‘Deze mevrouw is erg ziek, ze vraagt of je voor haar wilt bidden.’ Daar hoeven we niet voor naar een aparte ruimte. Privacy is hier niet uitgevonden. Alles gaat in gemeenschap.
De school neemt in de sloppenwijk een grote plaats in. Hier wordt gedroomd over een betere toekomst. Al kort na aankomst volgt een rondleiding door het schoolgebouw. Als ik binnenkom staan alle leerlingen op. Ze dragen schooluniformen, een erfenis uit het Engels koloniaal verleden. Ik krijg een korte uitleg over de stof waar ze mee bezig zijn. Dan moet ik iets vertellen over Nederland. Vragen stellen mag ook. Ik probeer iets gewaar te worden van hun dromen. ‘Wat wil je worden?’ ‘Arts’ is het meest genoemde beroep, ‘piloot’ komt ook voorbij. En wonderlijk genoeg willen ook veel jongens in het leger. Die artsenkeuze zal vast wel te maken hebben met het grote gebrek aan medische zorg voor de armen. Voor armen is ziek worden een dubbele ramp. Je raakt in nog grotere armoede. Die pilotenwens begreep ik ook wel. Het is voor christenen heel moeilijk om de grens van Pakistan over te gaan. Een visum krijgen is bijna onmogelijk. En het is natuurlijk ook niet te betalen. Ik hoop vurig dat de kinderdromen werkelijkheid mogen worden.
Krijn de Jong, Urk