Het is bijna kerst. En als er iets bij kerst hoort dan zijn het toch wel kerstliedjes? Het “Komt allen tezamen” wordt afgewisseld met “Stille nacht, heilige nacht”. In die rij hoort toch ook het lied “Ere zij God”. Maar wat zingen we eigenlijk in dat lied? Pak nu die laatste regel: “Vrede op aarde, in de mensen een welbehagen.”
Achtergrond
Eerst kort de achtergrond van dit lied. Het lied verscheen voor het eerst in druk in 1857 in de zangbundel Het nachtegaaltje, onder de titel Kerslied (sic). De bundel was samengesteld door tekstdichter Isaac Bikkers (1833-1903). Bij het Kerslied werd geen tekstschrijver vermeld, wel een componist, F.A. Schulz. Vanaf de jaren dertig van de vorige eeuw kwam het lied ook in officiële zangbundels terecht en werd het in de kerkdiensten gezongen. Het is een geliefd lied voor velen. Maar die laatste woorden lijken soms wel uit de toon te vallen. Want gaat het hier over mensen van het welbehagen, mensen die van goede wil zijn? Bij wie hoort het woord welbehagen?
Lukas 2
De regels van dit lied vind je terug in Lukas 2 vers 14. Daar zien en horen we het engelenkoor dat God alle lof en eer toebrengt: “Eer zij aan God in de hoogste hemelen, en vrede op aarde, in mensen een welbehagen.” In het Grieks staat daar het woord eudokias. De letterlijke betekenis is dat je ergens vreugde in vindt. Het lastige in dit vers is dat er meerdere vertalingen mogelijk zijn. Dat welbehagen kan slaan op de mensen, maar ook op God. Daarom moet je bij het vertalen verder kijken. Zo zien we in Filippenzen 2 vers 13 precies hetzelfde woord. “Want het is God, Die in u werkt zowel het willen als het werken, naar Zijn welbehagen.” In dit vers slaat het welbehagen op God. Hetzelfde geldt voor de werkwoordsvorm die je tegenkomt in Lukas 12 vers 32: “Wees niet bevreesd, kleine kudde, want het heeft uw Vader behaagd u het Koninkrijk te geven.” We zien dus dat elke keer als dit woord gebruikt wordt, het slaat op Gods welbehagen.
Van boven naar beneden
Het woord welbehagen slaat op een beweging die van boven naar beneden gaat. In Zijn genade komt God naar de mensen toe om hen te redden. Als wij het “Ere zij God” zingen dan zijn we dus niet bezig met onszelf schouderklopjes uit te delen. In de zin van dat wij mensen van goede wil zijn en God sluit Zich daar wel bij aan. Als we het hebben over welbehagen dan gaat het over het heil dat bij God vandaan komt. God heeft er een behagen in om mensen bekend te maken met de komst van Zijn Zoon, Jezus Christus.
Psalm 89
Als je het gaat zien, dan komen er allemaal lijnen naar voren toe. Denk maar aan de woorden van Psalm 89. In de oude berijming staat daar “Door U, door U alleen, om het eeuwig welbehagen.” Ik zocht God niet op toen ik er klaar voor was. Maar God had er al vanaf het begin een behagen in om ons het evangelie te verkondigingen. Dat is Kerst: God is bewogen met zondige mensen en gaat ze door het offer van Zijn Zoon de vergeving van de zonden aanbieden. Daar heeft God een welbehagen in. Het is wel duidelijk dat het een geweldige zaak is. De engelen hebben daar zo luid van gezongen, dat de velden van Efratha er mee gevuld werden. En dat lied vraagt om onze reactie. Kunnen wij daar mee instemmen of niet? “Ja, eer ik nog was geboren, had Zijn liefde mij verkoren. God is liefd’, o, engelenstem, mensentong: verheerlijkt Hem!”
Dennis van der Wal, Aalten