Geroemd
werd en wordt Calvijn. Op de achterflap van het hieronder te bespreken boek wordt
opgemerkt dat deze reformator naast waardering ook ongemak oproept. Een aantal
?wrijfpunten? wordt in deze uitgave aan de orde gesteld.
Op
27 april van dit jaar belegde de Protestantse Theologische Universiteit (PThU)
te Kampen een studiedag onder de titel Het
calvinistisch ongemak. De op die dag gehouden lezingen vinden we meer of
minder bewerkt terug in het boek met dezelfde titel. Waar ?schuurt? het nou
tussen ons en Calvijn (ongemak) en op welke terreinen daagt die 500 jaar
geleden geboren kerkhervormer ons nu uit (provocator)? In vijftien bijdragen
wordt op die vraag ingegaan. De meeste auteurs hebben binding met de PThU
(PKN).
Het boek kent twee delen. Deel I gaat in op de openingszin van de Institutie van Calvijn die handelt over Godskennis en zelfkennis. Deel II gaat over de ethiek van Calvijn, zijn invloed op kerk en maatschappij.
Het
boek is niet overal even toegankelijk (vooral ?t eerste hoofdstuk had
eenvoudiger gekund) maar er is een aantal ? wat ik noem ? juweeltjes in aan te
treffen. Een van die juweeltjes is wat mij betreft de bijdrage van prof.dr. Jan
Hoek (o.a. bijzonder hoogleraar gereformeerde spiritualiteit aan de PThU
Kampen). Hij schrijft over de nooit vervulde hartenwens van Calvijn: elke
zondag avondmaal. Nu gaat het Hoek niet zozeer om die hartenwens van Calvijn
als wel om de reden van die hartenwens. Calvijns verlangen hangt samen met de
kern van het leven van de gelovige: het werkelijk deel hebben aan Christus en
zijn weldaden. De Heilige Geest is de band waardoor Christus ons krachtig met
zich verbindt. In de visie van Calvijn staat nu juist de eenheid met Christus
centraal. Het avondmaal is meer dan een gedachtenismaaltijd! In het avondmaal
is Christus ?cht aanwezig. ?Het gaat hier om een gemeenschap niet alleen aan de
weldaden van Christus, maar allereerst aan zijn persoon? (p.178). En twee
bladzijden verder: ?De gemeenschap komt niet tot stand doordat Christus
plaatselijk uit de hemel neerdaalt in de tekenen van brood en wijn, en zijn
lichaam daarin verandert of besluit, maar doordat Christus ons in de hemel doet
opklimmen. Zo is er een inwendige, mysterievolle vereniging van de gelovigen
met Christus in de hemel.? En daar opent Hoek (in het voetspoor van Calvijn) een
deur die in onze avondmaalsviering wel eens gesloten zou kunnen raken (of
misschien al geraakt is?). Want de vraag die wordt opgeworpen luidt: in
hoeverre ?beperken? wij de avondmaalsviering tot gedenken? Boeiend (maar niet
altijd eenvoudig) is de bijdrage van prof.dr. Gerrit W. Neven (hoogleraar
dogmatiek aan de PThU Kampen) over het realiteitsgehalte van Calvijns theologie
en het gebruik van het begrip ?spiegel? in zijn geschriften. ?Preken voor
dovemansoren?? van dr. Ciska Stark (o.a. universitair docent preekkunde en
liturgiek aan PThU) gaat in op het begrip accommodatie (aanpassing). Calvijn
heeft scherp gezien dat de Here God zichzelf als het ware ?beperkt? in zijn
majesteit opdat mensen Hem zouden kunnen leren kennen. Een voorbeeld daarvan?
God die mens werd! Verrassend vond ik de bijdrage van prof.dr. Dirkie Smit
(hoogleraar systematische theologie aan de Universiteit van Stellenbosch,
Zuid-Afrika). Calvijn als breekijzer van de Apartheid! Zeker het lezen waard is
het artikel van de dogmaticus prof.dr. Gerrit G. de Kruijf over
vreemdelingschap. ?Calvinisten zijn nu geneigd te denken, dat zij hun arbeid
als een roeping mogen of zelfs moeten beleven. Dat is echter eerder een
neocalvinistische gedachte dan een die teruggaat op Calvijn. Niet bakker worden
is volgens hem een mogelijke roeping, maar bakker zijn is een even geschikte
plaats om je roeping als getuige van Christus te volgen als het bezetten van
een predikantsplaats. Je concrete plaats in het maatschappelijke leven is een
wachtpost. Het maakt niet uit waar je staat als je maar door hebt dat het een
wachtpost is? (p. 140).
Zomaar
een greep uit deze bundel waarin prima valt te grasduinen. Wel een bundel
waarin ik hier en daar wat ?haast? proef. Waarschijnlijk moest het in dit Calvijnjaar
met spoed worden uitgebracht. Bij betere bestudering van de drukproeven waren
er dan vast niet zoveel taalfouten en/of ontbrekende woorden (p.19, 49, 85,
126, 148, 233, 234 en 246) te constateren geweest in het eindresultaat. Dat is
mijn grootste ongemak bij ?Het calvinistisch ongemak?. Tot slot zou ik willen
zeggen: Neem en lees!
Groningen
N. Vennik
N.a.v. Het calvinistisch ongemak. Calvijn als
erflater en provocator van het Nederlandse protestantisme. Redactie: Rinse
Reeling Brouwer, Bert de Leede en Klaas Spronk. Uitgeverij Kok - Kampen 2009.
250 pagina?s, paperback, ISBN 978 90 1612 9, prijs ? 24,90.