Nederland vergrijst, zegt men. Er komen steeds meer ouderen, maar steeds minder zorgcentra. Het wordt te duur allemaal. Ouderen moeten veel langer zelfstandig blijven wonen. Dat is helemaal niet verkeerd, het is voor veel mensen fijn om in hun eigen huis te kunnen blijven en zelf de regie over hun leven houden. Maar dat moet ook kunnen. Daarom wordt er naarstig gezocht naar oplossingen. Zo’n oplossing kan zijn het toepassen van allerlei technieken. Je kunt dan denken aan contact op afstand door gebruik te maken van bijvoorbeeld ’virtuele thuiszorg’, social media, apps of beeldbellen. Aan domotica, die het bedienen van allerlei apparaten en verlichting op afstand mogelijk maken, aan robots, die eenvoudige taken kunnen uitvoeren. Er ontstaat een ‘nieuwe tabletgeneratie’, zoals ik pas ergens las.
De laatste tijd hoor je steeds meer het woord ‘zorgrobot’. Bijvoorbeeld robot Zora, die gericht is op lichamelijke oefening. Of Alice, die helpt bij praktische zaken, maar ook een luisterend oor kan bieden. Er zijn allerlei onderzoeken hiernaar gedaan, er zijn documentaires over gemaakt. Uit die onderzoeken komen veel positieve resultaten. Vooral aan Alice hechten sommige ouderen zich zelfs. Gaat Alice kapot, dan geeft dat verdriet.
Maar er is ook een keerzijde. Hoe is het met het menselijk contact? Wonen in een zorgcentrum geeft ook gezelligheid. Thuis kwam misschien eerder een hulpverlener, een wijkverpleegkundige bijvoorbeeld, geregeld even langs. Nu er een zorgrobot sommige taken overneemt, is dat niet meer zo nodig. En de familie? ‘Oma heeft een robot, ze redt zich daar prima mee’.
Als dat de toekomst is van ouderen, uiteindelijk van ons allemaal, dan geeft mij dat niet zo’n blij gevoel. Een robot als een soort knuffel voor volwassenen. Nu al voelen heel veel ouderen zich eenzaam, overbodig, ze horen er niet meer bij, er wordt over hen beslist alsof ze kinderen zijn. Eigenlijk geen wonder dat sommigen verlangen naar de dood.
Ook in de kerk komt veel eenzaamheid onder ouderen voor. Vooral als ze ’s zondags niet meer in de kerk komen, kunnen ze uit beeld raken. Het is heel lastig te zeggen wat er aan te doen is. Dat is ook voor iedereen weer verschillend, iemand die geregeld bezoek krijgt kan toch eenzaam zijn. Het is nodig, een opdracht zelfs, om oog te hebben voor onze oudere broeders en zusters en naar hen te luisteren.
Janneke van der molen, Bierum