Toen socioloog Leonard van ‘t Hul een jaar of vier geleden met zijn proefschrift aanving, kon hij niet vermoeden hoe actueel zijn onderwerp zou zijn ten tijde van zijn promotie op 7 oktober 2020. Op die dag promoveerde hij op het onderwerp: ‘Politieke onderhandelingen tussen de Nederlandse overheid en religieuze organisaties 1946-1996’. Korter gezegd, zijn studie handelt over de relatie tussen kerk en overheid. Het is lang geleden dat die relatie zo op scherp heeft gestaan als nu in de coronatijd.
Met een man of vijftig zitten we in de Oude Lutherse kerk aan het Spui. Het onderwerp is dus actueel, maar de locatie is ook niet zonder betekenis. De kerk was oorspronkelijk een schuilkerk. In de zeventiende eeuw was er in ons land maar één erkende kerk en dat was de Nederlands Hervormde Kerk. Alle andere kerken, waaronder de Lutherse kerk, waren sterk in hun vrijheid beperkt. Twee eeuwen later zou dat ook voor de Afgescheidenen gelden. Wonderlijk kerkgebouw waar we nu zitten. In 1600 kwamen de Luthersen op deze plek samen op de zolder van een pakhuis. De gemeente groeide en ze kreeg na moeizaam onderhandelen toestemming om op deze plaats een kerkgebouw op te richten, ‘mits deze niet teveel van de oude huizengevel zou afwijken’. En nu in 2020 vindt daar de promotie plaats over de relatie tussen kerk en staat. De Universiteit van Amsterdam gebruikt het kerkgebouw als aula. De promovendus verdedigt zijn proefschrift vanaf de lezenaar van de voorlezer. Hij staat in de schaduw van een indrukwekkende preekstoel. De kroonluchters branden feestelijk, maar geven niet genoeg licht om het monumentale orgel uit de schaduw te halen. Alles wordt bekroond met een hemelsblauw gewelf.
De relatie kerk en overheid is altijd in beweging. We zijn nu in een nieuwe periode beland. Het kerkelijk landschap is drastisch veranderd. Ontkerkelijking, de komst van de islam en het thema Gelijke Behandeling hebben geleid tot een heel ander evenwicht. Bij de overheid zijn nu ook minder mensen die het geloof delen. Er is niet meer automatisch begrip. Voor de kerk geen tijd voor spierballentaal, maar tijd om te getuigen. Daar is de kerk voor.
Krijn de Jong, Urk