Tijd met God
Maar wat gebeurt er dan als je Jezus binnenlaat in je leven, in je alledaagse sleur? Dan merk je dat je vaste grond hebt onder je voeten, je iemand hebt om te vertrouwen. Want Hij is er altijd, zelfs als je het moeilijk hebt. Als je Hem toelaat in je leven, mag je weten dat - wat er ook gebeurt - God altijd voor je zal zorgen. Want Jezus toelaten betekent niet dat er geen nare dingen meer in je leven zullen gebeuren. Maar wel dat Hij ook dan voor je zorgt.
Maar hoe sta je Jezus nu toe? Jezus geeft heel veel, en hij vraagt bijna niks aan je. Hij vraagt alleen liefde. Je gaat met Jezus een vriendschap aan, een relatie. Dan praat je met elkaar. Je vertelt elkaar dingen. Dat kan ook met Jezus, door te bidden. Je vertelt hem dan wat je dwars zit en waar je Hem voor wilt bedanken. Het mooie is dat of je nu bidt op school, op de fiets of in de kantine, Hij naar je luistert. Jezus praat ook zelf tegen je, via de Bijbel. Via de Bijbel praat God tegen je. Het is geen oud stoffig boek, maar het is iedere dag bruikbaar, ook voor jouw leven en problemen. Wat God bedoelt is niet altijd even duidelijk. Dat kost soms tijd en energie om daarachter te komen. Daar komen we de vraag uit het begin weer tegen: hoeveel tijd heb jij voor God?
Als ik heel eerlijk naar mijzelf kijk, maak ik niet altijd genoeg tijd vrij voor God. Jij en ik hebben altijd zin om eerst de dingen voor onszelf te doen. Computeren, tv-kijken of voetballen. Eigenlijk hebben wij helemaal geen zin om aan ons leven van alledag iets te veranderen, al helemaal niet voor God. Maar denk er toch eens over na. Hij geeft veel meer dan dat hij vraagt. Hij geeft jou liefde, vrede, rust en een vaste rots onder je voeten. Hij maakt jou gelukkiger. Het enige wat hij van jou vraagt is liefde, vriendschap. God wil dat je van hem houd, zoals een vader wil dat zijn zoon van hem houd. Jezus wacht op je, Hij wacht voor de deur van je hart. Hij zal nooit weggaan, Hij zal altijd blijven wachten. Maar als Hij eenmaal binnen is, zal je nooit meer anders willen. Hij klopt aan de deur. Waar wacht je nog op?
Bram Hofland