In een doolhofwijk in Zutphen word ik hartelijk ontvangen door Wouter Moolhuizen, de nieuwe predikant van Dedemsvaart, en z’n tweejarige zoon Koen. Ds. Moolhuizen is bijna 30 jaar oud, geboren in Haren, getogen te Emmen en sinds z’n huwelijk zeven jaar geleden wonend in Zutphen.
Hoe ben je ertoe gekomen om theologie te gaan studeren?
De keus had te maken met mijn zittenblijven in de vijfde klas van het vwo. Door het wegvallen van je vaste groep vrienden op school ga je je automatisch wat heroriënteren op wat je eigenlijk met je leven wilt. De keus om theologie te gaan studeren is toen gemaakt. Tijdens campingevangelisatie in Twente werd die keus voor mij bevestigd.
Waarom zijn jullie, na jullie huwelijk, in Zutphen gaan wonen en niet in Apeldoorn?
De keus om in Zutphen te gaan wonen werd vooral ingegeven doordat deze plaats ‘treintechnisch’ centraal ligt tussen Apeldoorn en Ede. In die laatste plaats studeerde Nienke destijds HBO-theologie (godsdienst en pastoraal werk).
Wat waren je favoriete vakken tijdens de opleiding in Apeldoorn?
Mijn favoriete vakken in Apeldoorn waren vooral de praktische vakken als bijvoorbeeld catechetiek.
Ik heb daar ook veel aan gehad omdat ik de laatste drie jaar godsdienst heb gegeven aan de bovenbouw van havo en vwo op het Baudartius College in Zutphen. Ik heb het als heel erg uitdagend ervaren om aan leerlingen, waarvan zo’n 10-15% zich christelijk noemt, iets te vertellen over het christendom, jodendom, maar ook over de islam. Het was heel apart om te merken hoe weinig jongeren van nu weten van de verhalen uit de Bijbel. Ook al was het nadrukkelijk niet de bedoeling om tijdens de lessen te evangeliseren, toch is het boeiend om ze te laten zien dat godsdiensten veel interessants te zeggen hebben.
Een ander favoriet vak van me is de Nederlandse kerkgeschiedenis. Dat is ook het onderwerp van mijn afstudeerscriptie geworden. Ik heb daarin onderzoek gedaan naar de factoren die een rol hebben gespeeld bij de stormachtige groei van de CGK direct na het voortbestaan in 1892.
Zeg me wat je leest en ik zal zeggen wie je bent.
Vanuit wat ik net gezegd heb is het misschien wel logisch dat ik het Historisch Nieuwsblad lees. Daarnaast lees ik literatuur, alles van Geert Mak, Sportweek, de Wekker en straks natuurlijk ook weer het Kerkblad voor het Noorden (dat moet ik in dit interview uiteraard ook noemen). Het Kerkblad voor het Noorden ken ik natuurlijk al goed omdat het thuis ook gelezen werd.
Sportweek? Houd je van sporten?
Zeker, mijn favoriete sport is wielrennen. Ik mag dat zelf ook graag actief beoefenen, wel overigens als recreant. Ik zal binnenkort zelfs weer meer moeten gaan trainen; ik heb namelijk begrepen dat er in Dedemsvaart een fietsgroep actief is.
Waar zie je vooral naar uit in je eerste gemeente?
Het is natuurlijk nog moeilijk om iets te zeggen over hoe het zal zijn in Dedemsvaart, maar waar ik vooral naar uitzie is dat het dan mogelijk zal zijn om de preken te combineren met pastoraat en catechese. Nu heb je natuurlijk wel een algemeen beeld van een gemeente als je een preek maakt, maar elke gemeente heeft toch zijn eigen signatuur, de couleur locale. Het lijkt me fantastisch als je dat zowel voor als na de dienst mee kunt krijgen.
Op welke manier is Nienke betrokken bij je werk?
Nienke is meestal degene die mijn preek het eerst ziet. Zij houdt me scherp door kritisch commentaar te geven. Dat doet ze overigens ook na een dienst waarin ik voorgegaan ben. Commentaar is aan de ene kant best wel eens moeilijk, maar aan de andere kant ook erg goed voor me. Ze spiegelt heel goed en daar ben ik erg blij mee. Ik hoor het liever snel van haar, dan later van gemeenteleden.
Gezien de foto’s in huis zijn jullie ook in Afrika geweest.
Ja, we zijn in 2007/2008, toen Nienke net klaar was met de studie, gedurende negen maanden op wereldreis geweest. Het leek ons goed om, naast de studie in Nederland, ook eens te kijken hoe God werkt in andere landen en culturen. In Thailand zijn we daartoe opgetrokken met Jan en José van Eeken. In Nieuw-Zeeland hebben we vooral rondgereisd en vakantie gehouden. Ten slotte hebben we in Mozambique bij Jannie Kruize een week of acht in het kinderhuis Ruama hand-en-spandiensten verleend om onze reis daarna te beëindigen in het gastenverblijf van de familie Vos. Daar heb ik meegelopen met Guus en gekeken hoe het werk in Mozambique handen en voeten krijgt.
Wat baart je het meest zorgen in onze kerken?
De achilleshiel in deze tijd is de gemakzucht en de vrijblijvendheid die ook in de kerk om zich heen heeft gegrepen. Dat geldt voor zowel de kerkgang als voor het vervullen van taken in de gemeente. Het lijkt wel alsof mensen zich nergens meer voor in willen zetten; het is allemaal zo vluchtig. Als kerken moeten we daarin m.i. niet meegaan. Natuurlijk moeten we niet met de rug naar de samenleving alles altijd maar bij het oude laten, maar meegaan in die vluchtigheid lijkt me zeker niet goed. Tijdens mijn studie heb ik het boek ‘Een stad op een berg’ van James Kennedy gelezen. Hij vindt juist dat een kerk een contrasterende plaats in de samenleving moet hebben.
Wat is muziek waar jij warm van wordt?
Mijn muzikale voorkeur ligt als het om christelijke muziek gaat bij ‘Psalmen voor Nu’. Ik ben daar erg enthousiast over. Daarbuiten kan ik ook erg genieten van Daniël Lohues. Niet alleen omdat hij uit Erica komt (de woonplaats van m’n ouders), maar ook omdat ik hem muzikaal briljant vindt en hij, ook al is hij niet gelovig, altijd met respect over het geloof spreekt.
Wouter, heel erg bedankt voor dit interview. Veel zegen gewenst in Dedemsvaart. Uiteraard hopen we nog veel van je te lezen in ons kerkblad.
Hoogeveen
Jan van Amerongen