Een artikel over Israël, is dat nog nodig? Veel boeken en artikelen zijn gevuld met woorden gewijd aan het beantwoorden van vragen over de plaats van Israël in de Bijbel, in de kerkgeschiedenis, ten opzichte van onze kerken.
Ik begin maar eens met een stelling. Ik denk dat we 52 zondagen als christelijke gemeente bij elkaar kunnen komen zonder dat we een woord wijden aan het volk Israël. Ja, wellicht tijdens een Israëlzondag of hier en daar in een gebed. Israël en de kerk. Het is als twee broers die dezelfde ouders hebben en heel veel gemeenschappelijk maar die elkaar in de loop van hun leven niet veel meer te vertellen hebben. Ze zijn uit elkaar gegroeid en hebben nu hun eigen leven opgebouwd zonder dat ze elkaar nodig hebben. ‘Ja, ik zag hem in de verte een keer op een markt lopen maar had eigenlijk niet eens behoefte om naar hem toe te gaan en een praatje met hem te maken… Wat zou ik trouwens tegen hem moeten zeggen?’
Kwijtgeraakt
Wat is er gebeurd dat Israël en de kerk elkaar zijn kwijtgeraakt? Onze kerken kennen het deputaatschap kerk enIsraël, dat zich inzet informatie te verschaffen over en bruggen te slaan naar Israël, maar de vraag is op welke manier en in hoeverre Israël een rol heeft in ons denken en spreken als christenen. Tegelijk luidt de vraag - als we elkaar zijn kwijtgeraakt - of het wel nodig is zo druk met Israël bezig te zijn. Op het internet las ik een kort artikel uit 2011 waarin een predikant het voorstel doet (deed?) te stoppen met onze ‘discussie over Israël’. ‘Onze’ heeft hij daarbij schuin gedrukt. Hij stelt voor: ‘stoppen met alle reizen naar het Beloofde land’, ‘stoppen met onze liefde voor Israël en Israël aan Israël overlaten. Niet uit onverschilligheid, maar juist vanwege de onopgeefbare verbondenheid met Israël’. Dat zou pas op respect wijzen voor joden die niet op de kerk zitten te wachten, zo stelt hij. Hoewel ik meen te begrijpen wat de schrijver bedoelt, wordt hiermee de deur van ontmoeting en delen en wederzijds luisteren wel behoorlijk in het slot gegooid.
De meningen over Israël lopen enorm uiteen. Christenen die nog steeds op een of andere manier een plek voor Israël zien weggelegd tot een ander deel van de christenheid dat Israël als een min of meer gepasseerd station beschouwt en het grootste deel – zo vermoed ik – dat zich niet zo bezighoudt met (vragen rond) Israël.
Vervulling van Gods beloften
Om alvast één steen in de vijver te werpen: is het ontstaan van de staat Israël in 1948 een vervulling van Gods beloften in het Oude Testament? En is de landbelofte – ooit gedaan door God aan Abraham – nu iets dat nog uitstaat of is die belofte allang opgegaan in het grootsere Koninkrijk van God dat ooit heel de aarde zal omvatten? Laat ik dicht bij huis blijven: vraag het tien christelijk-gereformeerde kerkmensen en er zullen heel wat meningen uiteen lopen. En dan natuurlijk de belangrijke vraag over Messias Jezus. Lezen we in de brief aan de Efeziërs dat Hij – Jezus - de twee (Israël en de volken) één heeft gemaakt, tegelijk realiseren we ons dat er vandaag door die twee veelal heel verschillend over Hem gesproken wordt…
Dit artikel schrijf ik niet om voor de zoveelste keer een aantal Bijbelteksten op een rijtje te zetten om een (richting van een) antwoord te geven. Me dunkt dat het de moeite waard is om de brochure van onze deputaten te lezen: Voorgoed verbonden. Deze is te vinden op hun internetsite: www.kerkenisrael.nlen biedt veel in weinig bladzijden. Deze brochure is evenwichtig én soms voorzichtig. Bijvoorbeeld over 1948 en de jaren daarna: ‘Hoe God het nationale aspect van bovengenoemde beloften in de geschiedenis realiseert, kunnen wij niet precies vaststellen. Wel denken wij in de staat Israël voorzichtig iets te kunnen bespeuren van een bewijs van Gods trouw, een signaal dat ons herinnert aan Gods voortgaande bemoeienis met Israël als volk. Er wordt met de staat Israël aan dit volk een concrete plek op aarde gegeven.’
Uitdaging
Waarom dan wel dit artikel? Om u en jou uit te dagen zelf op zoek te gaan. Er achter te komen dat het jodendom geen dode religie is. Om te ontdekken dat de geschiedenis van Israël ons zo veel leert over de God van Israël, de Vader van onze Heer Christus Jezus. Om te leren hoe joden de Bijbel lezen en hoe zij hun feesten vieren. Het kan toch niet zo zijn dat we als christenen zeggen: we moeten het van Jezus hebben en Hij was toevallig een jood… Hij had net zo goed een Nederlander kunnen zijn. Dan is mijn vraag: zeker weten? En als je dat niet zeker weet zou het wel eens de moeite waard kunnen zijn om op ontdekkingstocht te gaan.
Ikzelf ervaar het als verrijkend om te lezen over het jodendom. De geheel unieke wijze van Bijbeluitleg en van Bijbellezen te ontdekken. De ontspanning te merken dat bij de joden verschillen in uitleg niet hoeft te betekenen dat ze elkaar uit het oog moeten verliezen. De onvoorstelbare geschiedenis van dit volk te vernemen. Het Israël van God en de God van Israël beter te leren kennen.
In gesprek gaan met je oudste broer. Ja, zo’n gesprek zou wel eens positief effect kunnen hebben op die hierboven genoemde 52 zondagen!
N. Vennik, Zwolle