Ruzie in de kerk kan zomaar ontstaan. Bijvoorbeeld omdat de vaste organist gefrustreerd is als zijn plek als begeleider van de gemeentezang steeds vaker wordt ingenomen door een pianist of een band. Of omdat gemeenteleden gaan samenwonen, terwijl het beleid van de kerkenraad op dit punt duidelijk tegen is. Het kan zijn dat de koster in een kerk zo gedreven is om zijn taak goed uit te oefenen dat hij hierdoor de spontaniteit van gemeentelijke activiteiten belemmert.
De kiem voor een conflict is snel gelegd. En, zoals we in het vorige artikel al zagen, speelt er onder de oppervlakte vaak veel mee wat het conflict voedt en versterkt.
Groepsvorming
Hoe moet je daar als kerkenraad nu mee omgaan? Wat is verstandig om te doen wanneer er ruzie ontstaat in de gemeente? De grootste fout die vaak gemaakt wordt is dat predikanten en kerkenraden te veel gericht zijn op consensus en harmonie. In het eerste artikel uit deze reeks zagen we al dat het geen zin heeft conflicten te ontkennen. Ruzie komt ook in de kerk voor, het is een gevolg van de gebrokenheid van de wereld waarin we leven. Het is dus een illusie te denken dat we als christelijke gemeente altijd in vrede en harmonie kunnen leven. Dit besef moet ertoe leiden dat ambtsdragers alert zijn op signalen van onvrede en ruzie in de gemeente. Ze moeten deze signalen serieus nemen en de ernst ervan nooit onderschatten. Verder is het van belang om binnen de kerkenraad zoveel mogelijk de rust te bewaren en te voorkomen dat er te grote emotionele betrokkenheid ontstaat bij de ruziemakers. Het risico van groepsvorming binnen de gemeente is groot als er ergens een conflict ontstaat. Het is van groot belang dat de kerkenraad(sleden) niet bij deze groepsvorming betrokken raken.
Het is erg verstandig als kerkenraden zich bezinnen op de omgang met conflicten. Dat kan het beste wanneer er geen directe aanleiding is, als het rustig is in de gemeente. Het kan goed zijn deze bezinning te laten plaatsvinden onder leiding van een deskundige op het gebied van conflicthantering. Daarbij is het belangrijk dat de kerkenraad goed inzicht heeft of krijgt in complexe sociale situaties. Een conflict in de gemeente staat immers vrijwel nooit op zichzelf en heeft invloed op veel plaatsen en mensen.
Mediation
Een belangrijk punt in het omgaan met ruzie in de gemeente is de manier waarop hierover door de kerkenraad gecommuniceerd wordt. Ik bespeur vaak de neiging om conflicten vooral ‘klein’ te houden. Er met zo weinig mogelijk mensen over te spreken en er als kerkenraad vooral over te zwijgen. Dit is begrijpelijk, maar onverstandig. Gemeenteleden voelen vrijwel altijd aan dat er ‘iets’ speelt. Wanneer de kerkenraad hierover niet communiceert, gaat iedereen zijn eigen invulling geven. Veel verstandiger is om duidelijk te maken dat de kerkenraad op de hoogte is van een ruzie of conflictsituatie en dat zij werken aan een oplosing. Dit kan zonder inhoudelijke mededelingen te doen over het conflict.
Bij de bezinning op de rol van ambtsdragers en de kerkenraad in conflictsituaties hoort ook de erkenning dat de mogelijkheden van ambtsdragers beperkt zijn. Conflicthantering en mediation zijn vakgebieden die deskundigheid en ervaring vragen. Eén van de belangrijkste kenmerken van mediation is de objectiviteit en neutraliteit van de mediator. Dit laat zich vaak moeilijk combineren met de pastorale en leidinggevende taak van ambtsdragers.
Conflicthantering
Gelukkig komt er steeds meer aandacht voor de omgang met conflicten in de gemeente. Zo is er onlangs met instemming van onze generale synode een ‘mediatorspool’ opgezet. Dit is een samenwerking tussen de Christelijke Gereformeerde kerken, de Nederlands Gereformeerde kerken en de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt. Binnen deze samenwerking zijn een aantal geregistreerde mediators beschikbaar die door kerkenraden kunnen worden betrokken bij het oplossen van conflicten binnen de gemeente.
Naast de tijdige inschakeling van deskundigen van buiten pleit ik ervoor om ook gemeenteleden toe te rusten op het gebied van het ontstaan van en de omgang met ruzie en conflicten. Ik merk dat er op dit terrein weinig kennis is en dat veel gemeenteleden geneigd zijn problemen te ontkennen of negeren omdat ‘er onder christenen geen ruzie hoort te zijn’. Een aparte gemeenteavond over dit onderwerp hoeft geen ‘zwaar’ karakter hebben, maar kan wel veel teweegbrengen.
Ik zou het bijzonder toejuichen als binnen gemeenten enkele gemeenteleden worden opgeleid en ‘getraind’ in conflicthantering en bemiddeling. In vrijwel elke burgerlijke gemeente in Nederland zijn inmiddels ‘buurtbemiddelaars’ actief. Zij komen in actie als er ruzie ontstaat tussen buren en zij dit zelf niet meer kunnen oplossen. Ik denk dat een vergelijkbaar model ook binnen een kerkelijke gemeente of binnen een classis goed kan functioneren. Wanneer er tijdig en deskundig aandacht wordt besteed aan ruzie en conflicten kan veel schade voorkomen worden.
Bert Moolhuizen, Erica
B.W.C. Moolhuizen is MfN register mediator, en maakt deel uit van de mediatorspool van de Christelijke Gereformeerde Kerken, de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt en de Nederlands Gereformeerde Kerken. Hij is lid van de kerk van Emmen.