Wij hebben Pasen gevierd in een wereld die in brand staat. Het ontgaat niemand, wat voor ellende en lijden er allemaal is vandaag de dag. Lees de krant, zet de televisie aan, bekijk de nieuws-sites op internet en het stroomt allemaal binnen. En je hoort -bijna- de gedachten die in heel veel hoofden opkomen en rondgaan: hoelang zal dit nog duren? Waar loopt dit op uit? Is dit de eindtijd?
In dit artikel belicht ik een diep Bijbels gegeven als het om deze dingen gaat.
Tekenen van het einde?
De gedachte dat we in al de dingen die vandaag gebeuren te maken hebben met tekenen der tijden, en dat we dus in de eindtijd zijn terechtgekomen, is bepaald niet on-Bijbels. Er zijn genoeg gegevens in de Bijbel te vinden die dat duidelijk maken. Denk alleen maar aan de woorden van Jezus die -in de weergave van Mattheüs- spreekt over oorlogen en geruchten van oorlogen, over volken die tegen elkaar opstaan, over hongersnoden en besmettelijke ziekten, over toenemende verdrukking en ga zo maar door (zie Mt. 24). In het licht van die woorden kun je niet ontkennen dat we in de eindtijd leven.
Alleen, het is wel de vraag hoe we daarmee omgaan? Of, wat scherper geformuleerd, wat we die tekenen der tijden met ons laten doen? Maken ze ons bang?
Het is heel begrijpelijk dat er iets van angst kan zijn als we denken aan wat er allemaal gebeurt, en wat dat allemaal betekent. Maar het is de vraag of de Bijbel ons die kant op wil hebben als het hierom gaat.
Heel stellig kan daarbij gezegd worden dat de Bijbel ons niet bang wil maken als er gesproken wordt over de tekenen der tijden.
Natuurlijk, er zit een waarschuwend element in de tekenen der tijden. Jezus zegt dat als we de tak van een vijgenboom zacht zien worden en als we er bladeren aan zien komen, dat we dan allemaal begrijpen dat de zomer nabij is (Mt. 24:32). In die zin zeggen de tekenen der tijden dat het einde nabij is.
Alleen, als we breder in de Bijbel kijken, wordt duidelijk dat de tekenen der tijden vooral ook ergens anders mee in verband staan. En dat heeft alles met Pasen te maken.
Pasen – het einde is begonnen
Wat is de betekenis van Pasen? Wat betekent het dat Jezus uit de dood is opgestaan?
Als we met die vraag naar de Bijbel gaan, worden verschillende dingen gezegd. De verschillende apostelen brengen het op hun eigen manier onder woorden.
Voor dit artikel focus ik speciaal op een paar dingen die Petrus naar voren brengt in zijn eerste brief. Daar maakt hij duidelijk dat in de dood en opstanding van Jezus de meest belangrijke wissel omgegaan is. Pasen, de opstanding van Jezus uit de doden, is zondermeer het grote draaipunt van de geschiedenis. Sinds Pasen is de tijd anders geworden. Want, zegt de apostel, het einde van alle dingen is nabij (1Pt. 4:7).
Wat bedoelt Petrus? Of, hoe komt Petrus ertoe dit zo te zeggen? Zegt hij dit omdat hij de tekenen der tijden ziet? Hij was erbij toen Jezus daarover sprak. Dat kunnen we niet ontkennen. Maar hier komt hij op een andere manier tot zijn uitspraak. Als hij met alle stelligheid zegt dat het einde van alle dingen nabij is, dan baseert hij dat niet op de tekenen der tijden maar op het werk van Christus.
Als we heel de brief van Petrus erbij houden, wordt dat duidelijk. Ik wijs op een paar dingen. Petrus weet, dat Christus geopenbaard is aan het einde van de tijd, zoals we dat lezen in hoofdstuk 1:20. En als je daar kijkt wordt meteen duidelijk waar Petrus het dan over heeft. Dan heeft hij het over het volbrachte werk van Christus. Met zoveel woorden noemt de apostel dat daar ook: in hoofdstuk 1:19 heeft hij het over het kostbare bloed van Christus, als dat van een lam zonder smet of gebrek.
Petrus weet dat door het volbrachte werk van Christus het einde van de tijden is aangebroken. Heel de wereldgeschiedenis staat sinds het volbrengen van Christus’ werk in het teken van het einde. Alles wat gedaan moest worden ís gedaan.
Pasen: Jezus leeft en dus komt het einde
En dus is er een andere werkelijkheid dan die wij voor ogen hebben. De werkelijkheid van de toekomst. De werkelijkheid van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde, die zeker zal komen, omdat Jezus is opgestaan. Die werkelijkheid komt.
En die werkelijkheid mogen we in de wereld van vandaag voor ogen houden. Juist in de wereld vandaag, waar we zoveel dingen zien gebeuren, die angst kunnen inboezemen. Die ons de adem kunnen benemen.
Pasen zegt: er is een nieuwe werkelijkheid. En Petrus roept in het licht van die nieuwe werkelijkheid op tot nuchterheid en bezinning. Het einde van alle dingen is nabij; de toekomst is zeker, ja eindeloos goed. En dat te weten maakt het mogelijk nuchter te zijn in deze wereld. Want de Bijbelse nuchterheid is dat we weten hoe het er echt voorstaat. Dan ben je bezonnen, als je weet dat de toekomst niet ligt in de handen van de grootmachten in deze wereld, hoeveel kabaal ze ook maken. De toekomst ligt in handen van Hem die de dood heeft overwonnen. En die daarom regeert. Zijn Koninkrijk van recht en vrede komt.
Nuchter leven in een razende wereld
Door de eeuwen heen hebben de gelovigen zich in al het lijden dat er was vastgehouden aan het karakter van de tijd. Omdat in Jezus’ volbrachte werk, in zijn dood en opstanding het beslissende gebeurd is, is er het perspectief op het einde van alle dingen. Jezus komt. Zijn Rijk komt. En dan komt er een einde aan alle ellende. Er hoeft niet eerst nog van alles en nog wat te gebeuren. Alle voorbereidingen zijn getroffen! En daarom mag er moed zijn. Toen, voor de gelovigen van die tijd, en vandaag, voor ons. Ja, er gebeurt van alles waar we de adem bij inhouden. Maar dat rooft ons de moed niet weg. Want het einde van alle dingen is nabij. Jezus komt. Daar gaat het heen!
Zo nuchter mogen we het zeggen, bij alles wat wankelt. Dit weet ik vast: er is een toekomst vol van hoop. Want Jezus leeft.
Jan van ’t Spijker, Hoogeveen