Ontstaat er niet een te grote kloof tussen degenen die vanuit de wetenschap de Bijbel onderzoeken en de ‘gewone bijbellezer’? Dragen de bijbelwetenschappen echt iets bij aan de opbouw van het geloof en de kerk? Moeten we niet eenvoudig lezen wat er staat? Wat is de invloed van de (post)moderne bijbelwetenschap op kerk en geloofsleven?

 

Dr. Ad Prosman, predikant (emeritus) in de PKN, heeft een boek geschreven over de verhouding tussen theologie en hermeneutiek. Hermeneutiek is de wetenschap die zich bezint op het vertolken en toepassen van een boodschap. In de theologie is de vraag uitermate actueel hoe de bijbelse boodschap moet worden vertolkt en toegepast in een cultuur die radicaal verschilt van de toenmalige tijd.

 

De eeuwen door is veel nagedacht over de vraag hoe we bijbelteksten kunnen toepassen op onze eigen tijd en omstandigheden. Dit toepassen is een overzetten: we mogen teksten overzetten zoals een vaarpontje mensen van de ene rivieroever overzet naar de andere. Dit ‘overzetten’ is allereerst een kwestie van vertalen (übersetzen). Maar voor het overzetten van bijbelwoorden is meer nodig. De kunst is dat daarbij de gevoelswaarde en bedoeling van de woorden behouden blijven. Alleen dan kan recht worden gedaan aan de Schrift.

 

Cirkel

Om recht te doen aan de Schrift is het nodig dat we de tijd en omstandigheden kennen waarin zij is geschreven. Vooral in de tijd van de renaissance (de tijd die volgde op de middeleeuwen) is daarvoor aandacht gevraagd. Bijbelwetenschappers gingen terug naar de bronnen. Ook de reformatoren onderstreepten goede uitleg van bijbelteksten. Deze teksten moeten worden gelezen in het licht van hun eigen tijd. Daarvoor zijn regels nodig. Een regel is dat Schrift met Schrift moet worden vergeleken, en een andere dat we bij de verscheidenheid in de Schrift haar eenheid voor ogen moeten houden. Kleinere delen van de Schrift moeten vanuit het geheel worden verklaard, en het geheel kan worden gekend vanuit de delen (de zogenaamde hermeneutische cirkel).

In de negentiende eeuw kwam de bijbelschrijver zelf duidelijker in beeld. Er ontstond belangstelling voor wie hij was, wat hem dreef en wat hem voor ogen stond. Wie de auteur begrijpt, zo schreef Friedrich Schleiermacher (een invloedrijke theoloog in die tijd), begrijpt de tekst soms beter dan de auteur zelf: de bijbeltekst is een vingerafdruk van de auteur. Om deze tekst goed te kunnen begrijpen moeten we in de huid van de schrijver kruipen.

 

Nieuwe hermeneutiek

Prosman schetst hoe in de loop van de geschiedenis de visie op het vertolken van de Schrift steeds is veranderd. De ene periode ligt er veel nadruk op diepere (geestelijke) betekenis van een tekst, een andere periode meer op de letterlijke tekst en weer een andere periode op de achtergrond waartegen de tekst is geschreven. Bij al deze veranderingen zouden we kunnen spreken over ‘nieuwe hermeneutiek’. Wat in onze tijd vooral aan de orde is, is volgens Prosman dat er veel nadruk ligt op de lezer van de Bijbel. Deze heeft een eigen plek zoals ook de tekst een eigen plek heeft. Beide moeten met elkaar in verband worden gebracht, zo wordt gezegd. De horizonten van tekst en lezer zouden moeten versmelten (Hans-Georg Gadamer). Tekst en lezer voeren een gesprek met elkaar. Maar de vraag die dan moet worden gesteld is of de bijbeltekst nog kritisch tegenover de lezer staat. Wordt het gezag van de Schrift in deze dialoog niet tekortgedaan? Kunnen we ons dan nog door de Schrift laten gezeggen?

 

Vloeibaar

Kenmerkend voor onze huidige, postmoderne cultuur is dat veel dingen ‘vloeibaar’ worden (om een term van Zymunt Bauman te gebruiken). Wat staat er nog vast? Zo vatten sommigen ook de bijbeltekst op. Deze tekst heeft dan geen eigen betekenis meer. Uiteindelijk bepaalt de lezer de betekenis daarvan zoals hij ook in een abstract schilderij een betekenis kan herkennen. Deze kan per persoon heel sterk verschillen. Ze staat niet bij voorbaat vast, maar ligt in de praktische toepassing. De werkelijke openbaring van God – zo is de gedachte – vindt in de geschiedenis plaats. Deze openbaring is bepalend voor wat de Bijbel ons zegt. Zo vloeien tekst en het verstaan daarvan door de lezer in elkaar over. De inhoud van de tekst is wat de lezer daarin leest.

Velen onderstrepen dat een gelovige luisterhouding nodig is voor de omgang met de Bijbel. Terecht stelt Prosman dat zo’n houding nog geen juiste omgang met de Bijbel garandeert. We mogen onze eigen houding niet overschatten. Altijd moet er afstand blijven. Symbool daarvan is de preekstoel in de kerk: het Woord van God komt van de andere kant. Het Woord is een heilig Tegenover. We mogen de Bijbel niet in ons leven trekken alsof onze luisterhouding daarop het enig juiste zicht heeft. Het gevaar is dan dat we menen dat onze stem de stem van God is.

 

Hoogste Leraar

Prosman is eveneens kritisch ten opzichte van theologen (zoals bijvoorbeeld de Anglicaanse theoloog Oliver O’Donovan) die stellen dat de gelovigen verbonden zijn met Christus, en door de Geest delen in het denken, willen en voelen van Christus, en zo ook ruimte hebben in de interpretatie van de Schrift. Hij stelt dat dan de afstand tussen Christus en gelovigen bijna wordt opgeheven. Op zichzelf is deze waarschuwing terecht. We mogen niet te groot over onszelf denken. Voor ons past nederigheid en luisteren naar de Meester. Tegelijkertijd mag ook worden bedacht dat Paulus ook zo spreekt over de verbondenheid van de gelovige met Christus: met Hem opgestaan en met Hem ten hemel gevaren (Ef. 2:6). Deze positie in verbondenheid met Christus sluit afstand en ontzag niet uit. Komt de verbondenheid met Christus juist niet tot uiting in heilige afstand, eerbied en ontzag? Het is niet: óf ontzag óf delen in het denken van Christus. Er is geen concurrentieverhouding alsof het ene in mindering komt op het andere. Het is beide: een met Hem én ontzag voor Hem.

 

Prosman heeft een mooi en goed leesbaar overzicht gegeven over de verhouding tussen theologie en hermeneutiek. Hij neemt de lezer mee in de geschiedenis van deze verhouding en ook in de huidige stand van zaken. Daarvoor alle waardering. Het boek is een goede gids in het nadenken over de vertolking van de bijbelse boodschap.

 

D.J. Steensma,  Feanwâlden

 

N.a.v. Ad Prosman, Theologie en hermeneutiek. Een problematische verhouding. Eburon: Utrecht 2024, 272 p., € 29,90, ISBN 978 94 6301 506 6.


Commentaar

  • Israëlzondag 2024-10-11 17:20:39

    Afgelopen zondag is in veel kerken aandacht besteed aan de bijzondere band van ons als...

  • Ver van ons bed 2024-09-27 17:32:11

    Een korte zoektocht op het internet leert me dat er ooit een programma op de televisie was, dat de...

  • Laatste en eerste 2024-09-14 09:19:44

    Dit is mijn zesenveertigste en laatste commentaar voor dit mooie Kerkblad voor het Noorden. Na...

  • Horrorgezinnen 2024-08-31 08:28:17

    Wat een pijnlijke vertoning op de onlangs gehouden democratische conventie in Chicago. Niet ver...