Onlangs wijdde De Wekker een themanummer aan kerkverlating. Ons landelijk orgaan deed dat niet zonder reden. Jaarlijks verlaten zo'n vijfhonderd leden onze kerken zonder dat zij zich bij een andere kerk aansluiten. Een triest gegeven.
Allerlei factoren kunnen daarin een rol spelen. Sommigen zijn teleurgesteld in hun gemeente. Ze zijn gefrustreerd geraakt over het gebrek aan begrip, verkeerde opmerkingen en foutieve reacties van medekerkleden, en over wat ze zoal hebben gezien en gehoord. Anderen hebben grote moeite met bijbelse 'waarheden'. Het scepticisme verslaat zijn duizenden en het cynisme zijn tienduizenden. Wonderen? Hoezo moet bloed de schuld bedekken? De stap naar 'geen kerk' is gemakkelijker geworden. De onderlinge band is niet altijd even sterk.
Het moderne levensbesef dringt hoe langer hoe meer de kerken binnen. Mensen gaan op zoek naar een eigen manier van geloven. Ze stellen zelf hun geloofspakket samen dat naar zij menen uitstekend functioneert buiten een kerkelijke gemeente. De moderne mens heeft God niet nodig: hij zoekt zelf een oplossing voor zijn problemen.
Het denken in de kerk is maar al te vaak doordrenkt van wereldgelijkvormigheid: in de manier waarop we praten, waarop we conflicten oplossen, waarop we onze levensstijl invullen en waarop we de heiliging van de zondag vormgeven of juist niet.
Een predikant zal daarom moeten proberen vanuit het evangelie lijnen te trekken naar de mens van vandaag en proberen dat het diepere, moderne levensgevoel vol twijfel, scepsis en cynisme te raken. Vooral deze opmerking van ds. W. de Bruin in dat nummer van «cursief» De Wekker «einde cursief» zou ik willen onderstrepen: 'Opvoeding moet vooral thuis gebeuren.' Dat is maar al te waar: in de eerste zes jaren wordt de basis gelegd voor de vreze des Heren. En daarna: goed blijven spreken over de grote daden van God, een positieve instelling ten opzichte van zijn dienst. Trouw naar de kerk gaan als de gemeente samenkomt. Als ouders daarin een voorbeeld geven. Niet dat daarin kerkverlating wordt voorkomen. Maar deze trouw is wel een belangrijk middel in de hand van de Here. Zo kan het gezin een oefenplaats zijn voor weerbaarheid tegen scepsis, cynisme en de verleiding van kerkverlating.
D. J. Steensma, Feanwâlden