De engel van mijn grootvader.
(134 blz. Uitgave in 2010 bij Uitgeverij Meinema, Zoetermeer)
Dr. Mulder is lector theologie en levensbeschouwing aan de Chr. Hogeschool Windesheim. Met op de achtergrond de belevingen van zijn Opa beschrijft Mulder belevingen van negen diverse mensen die een engelervaring hebben gehad. Sommigen hebben een christelijke (gereformeerde) opvoeding genoten, anderen hebben geen kerkelijke achtergrond. Hij rangschikt de verhalen onder zeven trefwoorden: situatie, gebeurtenis, gevolgen, andere ervaringen, communicatie, theologie en biografische notities. Op die manier kunnen de verhalen met elkaar worden vergeleken.
Bij de dan volgende analyse ontdekt Mulder dat engelen op diverse manieren kunnen verschijnen, bijvoorbeeld als een lichtbol, een stem, een aanraking. Ook valt op te merken dat engelen als praktische redder, psychologische steun of als oproepbare gids verschijnen. In al de verhalen is de ervaring positief. Hier wil Mulder een kritische vraag stellen, omdat in de literatuur verhalen bekend zijn van mensen die in hun contact met de engelenwereld een afhankelijkheidsrelatie met die wereld ontwikkelen, die hij wellicht minder gezond noemt. Verdere studie is nodig om hierover uitspraken te doen.
In kerkelijke kringen en zeker in orthodox-reformatorische, evangelische en pinkstergroeperingen is het niet ongewoon om de vraag te stellen of het wel Bijbels of christelijk is om zulke engelervaringen te hebben. De bedoeling is dan om te wegen of het verhaal door de beugel kan of zelfs uit een verkeerde, ja duivelse bron zou kunnen komen. Mulder heeft hier begrip voor, maar wil zelf niet zover gaan. Hij vraagt zich af of de engelverhalen van nu wel zo gemakkelijk vergeleken kunnen worden met die in de Bijbel. Bovendien is hij van mening dat God via meerdere kanalen dan alleen de Bijbelse tot de mensen kan komen.
Tenslotte zoekt Mulder naar de verhouding tussen engelervaringen en Christuservaringen of bijna-doodervaringen. Deze drie lijken op elkaar, hebben overeenkomsten maar bezitten toch ook hun eigen kenmerken.
Het boek is interessant voor hen die een dergelijke ervaring hebben gehad. Het blijkt dat communiceren hierover erg kwetsbaar is en niet of pas na jaren wordt gedaan. Daarom is het boek ook nuttig voor hulpverleners (predikanten, ouderlingen, leraren, etc.) omdat er een aantal handreikingen worden gedaan. Mulder wil zijn studie voortzetten en zoekt naar meer verhalen van mensen die een engelervaring hadden. Misschien dat zij evenals de Opa van André Mulder zeggen: het was genade van God.
Delfzijl,
Henk Brouwer