Kiezen is dienen
Martin Luther (1483-1546) was daarin stellig: mensen hebben helemaal geen keuzemogelijkheid in zaken die hun relatie tot God raken. Strikt genomen kan alleen God in vrijheid kiezen. Een mens is altijd gebonden. Hij is niets anders dan een trek- of rijdier tussen God en de duivel. Dat dier is gebonden aan hem die het berijdt. Zit God erop, dan doet het wat God wil. Zit Satan erop, dan doet het wat Satan wil. Het zijn de berijders die met elkaar strijden om het bezit van het dier.
Zelf kiezen is ten aanzien van God niet mogelijk. Zijn wij gebonden aan God, dan is elke keuze die wij maken een dienen van God. Zijn wij gebonden aan de duivel, dan is elke keuze die wij maken een dienen van de duivel. Daarom: kiezen is dienen. Anders ligt dat bij onze gewone dagelijkse bezigheden. Daarin kunnen wij wel kiezen en vooruitgang boeken. Dan kunnen we tot zekere goede werken komen en een zekere gerechtigheid op politiek of moreel gebied. We mogen onszelf keuzevrijheid toeschrijven met het oog op zaken die onder ons staan. Maar wat onze verhouding tot God betreft, hebben we geen keuzemogelijkheid. We kunnen niets bijdragen aan vrijspraak voor de rechtbank van God. Die vrijspraak hangt enkel en alleen af van wat de Here doet. Daarop kunnen wij geen enkele invloed uitoefenen. Ten aanzien van het heil wordt alles enkel en alleen door Gods barmhartigheid bewerkt.
Omwille van het evangelie
Luther is daarin duidelijk. Stel dat de mogelijkheid wel aanwezig was dat wij iets zouden kunnen bijdragen aan ons heil, dan zou Luther daarvan geen gebruik hebben gemaakt. Hij zou dan naar zijn eigen zeggen voortdurend angstig zijn vanwege de tegenstand die hij zou ontmoeten. Hij ziet de aanstormende demonen al voor zich! Hij meent dat hij niet zou kunnen vasthouden wat hij in handen heeft. Volgens hem zou dat de ervaring zijn van allen die streven naar gerechtigheid. Bovendien zou hij voor zijn geweten geen rust vinden. Steeds zou de vraag hem pijnigen: heb ik wel voldoende gedaan voor mijn zaligheid? Is mijn keuze wel goed genoeg? Die bezorgdheid zou aan hem blijven knagen: behaagt wat ik doe God of wil Hij iets anders en meer van mij?
Dit was het evangelie voor de reformator: God heeft mijn heil onttrokken aan mijn keuze. Het is zijn keuze geworden. 'God heeft beloofd dat Hij mij behoudt. Hij doet dat niet op grond van mijn werken, maar op grond van zijn genade en ontferming. Nu ben ik gerust en zeker! Hij is getrouw en liegt niet tegen mij. Hij is machtig en groot. Geen demonen noch tegenspoed houden Hem tegen. Hij heeft voor mij gekozen. Zijn wil kan niemand weerstaan'. Deze ontdekking geeft reden tot lofprijzing. Gods erbarmen bewerkt alles ten aanzien van ons heil.
Luther vertolkt dit evangelie in een boek dat hij in 1525 heeft geschreven in antwoord op een geschrift van Erasmus van Rotterdam. Vorig jaar is daarvan een vertaling verschenen onder de titel Kiezen is dienen. Deze uitstekend leesbare vertaling is gemaakt door Max Staudt met medewerking van Krista Mirjam Dijkerman. Een inleiding op de vertaling is geschreven door prof. dr. Markus Matthias, hoogleraar Lutherana aan de Protestantse Theologische Universiteit. In Kiezen is dienen heeft Luther scherp, diepgravend en ook wel wat breedvoerig verwoord wat hem met zijn verzet tegen de gedachte van een 'vrije wil' voor ogen stond.
Gods vrijheid en almacht
Naast het evangelie van behoud door het geloof alleen komt in dit boek nog een andere belangrijke zaak aan de orde. Dat is de manier waarop wij over God spreken. Dat zal met grote eerbied moeten gebeuren. Wij mogen Hem niet beoordelen naar onze eigen maatstaf. Mensen zeggen soms dat Hij onrechtvaardig is. Maar rechtvaardigheid is een menselijke maatstaf. Wie God vereert naar menselijke maatstaf, vereert een afgod. We leggen dan onze maatstaf aan Hem op. Dan moet de majesteit die alles geschapen heeft, wijken 'voor een stuk vuil uit haar eigen schepping'. Daarom spreekt Luther in zijn boek heel stellig over de vrijheid en almacht van God. Alleen God heeft een vrije keuze. Maar die vrijheid bestaat hierin dat Hij door niets en niemand wordt gehinderd. Wat Hij wil, gebeurt. Nooit gebeurt er iets waarop Hij niet verdacht was. God bewerkt alles in allen.
Om dat duidelijk te maken gebruikt Luther sterke bewoordingen. Hij spreekt ook over de wijze waarop de duivel toch uiteindelijk aan de wil van God gebonden is, en waarop goddelozen aan die wil gebonden zijn. Dat zijn beelden die wij moeilijk kunnen plaatsen en die vragen oproepen. Maar we moeten daarbij voor ogen houden dat Luther deze dingen niet zegt omdat hij een verklaring wil geven van de vraag hoe mensen kiezen en hoe de menselijke wil werkt. Wat hem voor ogen staat is kritiek op hen die aankomen met een zelfbedachte God. Ten aanzien van Gods almacht en vrijheid past ons een eerbiedig zwijgen.
Anders moet onze houding zijn ten aanzien van de God die door zijn Woord tot ons spreekt. Deze God moeten wij antwoorden. Op Hem moeten we gericht zijn. Helder en duidelijk verklaart deze God via de Heilige Schrift wat zijn bedoeling ten opzichte van ons is.
Geloof en vertrouwen
Met zijn spreken over de vrijheid en almacht van God wil Luther de gelovigen ondersteunen in hun vertrouwen op God. Hij keert zich tegen Erasmus maar biedt indirect troost en houvast aan de gelovigen. God kan in zijn wil niet worden gehinderd. Zijn wil en werken zijn aan elkaar gelijk. Hij doet wat zijn wil heeft bepaald. Dat is voor wie God zoeken een grote troost. Zij mogen dan ook weten dat zijn wil en handelen in Jezus Christus onveranderlijk is. Zij mogen onvoorwaardelijk op zijn belofte vertrouwen. Niets kan Hem tegenhouden in zijn handelen volgens zijn beloften. Als we eraan zouden twijfelen dat Hij alle dingen vooruit weet en wil, hoe kunnen we dan op zijn beloften vertrouwen? Maar nu, ook al begrijpen we dat niet, we mogen verzekerd zijn dat Hij alle dingen vooruit weet en vooruitziet, Daarom kunnen we met een gerust hart op Hem vertrouwen.
Wie op God vertrouwt, heeft de goede 'keuze' gemaakt in het besef dat Hij eerst voor hem heeft gekozen. Hij kan met Luther zeggen: 'Nu ben ik gerust en zeker, omdat Hij getrouw is'. God belooft heil. Door het geloof mogen we daarin delen, en wat God belooft, doet Hij ook. Dat is het onwrikbare houvast en de hoogste troost voor een ieder die gelooft.
Luther vond het boek waarvan nu voor het eerst na vierhonderd jaar opnieuw een Nederlandse vertaling is verschenen, een van zijn belangrijkste werken. De uitgave (met leeslint) is door Kok Kampen keurig verzorgd. De waardevolle toelichting op elementen bij de tekst beslaat bijna tachtig bladzijden.
Feanwâlden
D. J. Steensma
Kiezen is dienen. De servo arbitrio. Luthers antwoord aan Erasmus. Kampen 2010; 416 blz.; Prijs € 34,90; ISBN 978 90 435 1794 2