Verslag van de classisvergadering van de classis Groningen
Hij houdt ons, met Paulus, voor, dat de gemeente aan de Dag toebehoort. Wij horen met verlangen uit te zien naar de komst van het Lam. Het komt er voor ons op aan om geestelijk wakker te zijn en klaar te zijn voor de terugkomst van de Here Jezus.
We zingen daarna met elkaar alle verzen uit lied 304.
Hierna gaat br. Van der Wal ons voor in gebed. Vervolgens heet hij ons allen welkom.
Het begin van de vergadering gaat, zoals altijd eigenlijk, voorbij met een aantal, dat met de regeltjeskant van de vergadering te maken hebben. Het moderamen neemt plaats, de agenda wordt vastgesteld, er worden notulen behandeld nou ja, u kent dat vast van uw eigen vergaderingen wel.
De voorzitter van de classicale zendingscommissie dient in deze functie formeel door de classis te worden benoemd. Br. D. Boer, die als afgevaardigde namens Midwolda aanwezig is en voor deze functie is gevraagd, deelt mee, dat hij deze benoeming aanvaard. De scriba zal deze benoeming schriftelijk bevestigen. Ds. Hofland wenst br. Boer veel zegen toe in zijn werk bij de zendingscommissie.
Vervolgens worden een aantal ingekomen stukken behandeld. Een aantal uitgaande stukken wordt voor kennisgeving aangenomen. Een behoorlijk aantal ingekomen stukken zorgt bij de scriba voor overwerk. Er wordt een aantal keren besloten dat er iets schriftelijk zal worden bevestigd. Tja, en als je dan de scriba bent…
Er wordt kort gesproken over het jaarverslag van het Kerkblad voor het Noorden. De classis stelt voor om de redactie een pluim te geven voor het vele werk dat wekelijks wordt verricht. Om de scriba toch wat te ontlasten, biedt ds. Vennik aan, deze pluim mondeling over te brengen…
De Classicale Diaconale Commissie meldt dat ze nog steeds op zoek is naar bestuursleden. De gemeentes die aan de beurt zijn om bestuursleden te leveren, beloven dat ze actief op zoek gaan om vacatures te vervullen.
Dan is het weer tijd voor een aantal praktische zaken, zoals de classisbeurten, consulentschappen, volgende vergaderingen en dergelijke.
Het laatste gedeelte van de vergadering wordt gebruikt om met elkaar van gedachten te wisselen over onze jeugd (tot 25/30 jaar) en de middengroep (30-45 jaar). Elke gemeente krijgt de gelegenheid om over zijn eigen situatie een korte toelichting te geven. We leren daaruit, dat er plaatselijk nogal wat verschillen zijn. Gemeentes met een schare aan jeugd en nauwelijks een middengroep, tot aan gemeentes met slecht een paar kinderen. Het kerkbezoek van de middengroep is een zaak die we met elkaar in de gaten moeten houden. Vaak zijn dit de mensen die het al erg druk hebben en daardoor wel eens verstek laten gaan bij kerkbezoek en andere kerkelijke activiteiten. Van diverse kanten komen voorstellen en suggesties, die iedereen ter harte kan nemen. Als het over specifieke jeugdkerkdiensten gaat, zijn er enerzijds goede berichten: de jeugd waardeert het erg dat ze er zijn. Dat vertaalt zich ook naar goedbezochte diensten. Anderzijds betekent het voor de plaatselijke kerken natuurlijk ook dat de jeugd er dan niet is.
In de meeste gemeentes zijn er diverse activiteiten voor zowel de jeugd als voor de middengroep.
Na deze vruchtbare discussie bedankt de assessor, ds. Vennik, ds. Hofland voor het leiden van de vergadering. Ds. Hofland gaat ons tenslotte voor in dankgebed. Hierna sluit hij de vergadering
Midwolda
John van Dokkum , notulist