Het schip van de kerk vaart in woelige wateren. Enerzijds verslaat de secularisatie haar duizenden waardoor de kerk in een minderheidspositie is beland. Anderzijds gloort een missionair ontwaken, met een niet te tellen aantal initiatieven om ongelovige medemensen te bereiken tot gevolg. Wat zijn de kansen bij het krimpen van de kerk?

Christen-zijn en kerk-zijn is vandaag niet meer vanzelfsprekend. Meer en meer wordt het een bewuste keuze. Ook de traditionele kerken en gemeenten staan voor de vraag: wat voor kerk/gemeente willen we zijn? De keuze dient zich op twee manieren aan. 1. Wat voor kerk we willen of moeten zijn, wordt voor alles bepaald door wat de Bijbel zegt over kerk- en gemeente-zijn. De kerk is geen vereniging, die we kunnen oprichten en inrichten naar eigen believen. De grondlijnen moeten getrokken worden vanuit de Schrift. 2. Uitgaande van de Schrift en de belijdenis staat elke gemeente daarbij wel voor de keuze hoe ze dat wil zijn in deze tijd of in de eigen omgeving. De keuze kan zijn om de dingen standaard te blijven doen naar de traditie. De keuze kan ook zijn de steven te wenden om aansluiting te zoeken bij deze tijd of, beter, bij de mensen van deze tijd. Steeds meer gemeenten zie je die laatste beweging maken, met als kernwoord ‘missionair’. Dat is hartverwarmend. Daar zit durf in en een serieus nemen van de opdracht van Christus het Evangelie te verkondigen en discipelen te maken. Een mooi voorbeeld daarvan vind ik de CGK Utrecht-West. Deze, toch traditionele gemeente, heeft het aangedurfd in zee te gaan met ICF-werkers, die gericht waren op mensen uit de buurt, waaronder veel allochtonen. Nu zijn er samenkomsten in het kerkgebouw van Utrecht-West voor allochtonen en tal van activiteiten gericht op de wijk. Zeker, de diensten en activiteiten zijn apart en het is zelfs de bedoeling dat het een eigensoortige gemeente wordt, maar de durf om het te doen ligt bij de moedergemeente Utrecht-West, die ook zelf daardoor is veranderd. In Assen kozen we een soortgelijke weg. ‘Assen zoekt…’ richt zich op mensen in de stad die op zoek zijn naar zin en geloof. In die zoektocht worden zij aangesproken in gesprekken rondom de maaltijden en aangespoord door het Evangelie, dat bijna steeds ter sprake komt. Vanuit onze en andere gemeenten krijgt het afzonderlijk vorm, maar in verbondenheid met onze en andere gemeenten. Zij dragen het project mede door gebed, meeleven en medewerking. Omgekeerd beïnvloedt het project de bestaande gemeenten. Het dringt ook hen des te meer tot de vraag: Wat doen wij of hoe doen wij het?

Keerpunt

We moeten veranderen van ‘kom-naar-ons-kerk’, naar een ‘er-zijn-kerk’. Achter dit simpele zinnetje zit een wereld van gedachten. Nu hebben we veel in onze gemeente ingericht met het ‘kom-naar-ons’ principe. Dat gaat van ‘de kerkdeur staat toch elke zondag twee keer open’ tot de naam van diensten gericht op buiten kerkenlijken, de zogenaamde Kom In-diensten. De buitenstaander moet naar ons komen. We willen hem wat (aan)bieden. We hebben het bijzonder voor hem aangepast met een koor en band; een aanprekend thema en een goede (s)preker. Ik heb er aan meegedaan en doe er aan mee. Maar mijn ervaring hier en elders is: bijna geen enkele buitenstaander komt over de drempel, laat staan tot geloof. We zullen kerk moeten worden ‘midden in het leven’. Daarvoor pleiten Tim Chester en Steve Timmis in hun boek ‘Midden in het leven.’* Zij schrijven: ‘De zondagse kerkdienst is in deze tijd niet de plek om te evangeliseren, omdat de verlorenen daar niet zijn. We zullen op pad moeten gaan en hen proberen te bereiken op plekken waar ze wel zijn, waar ze zich prettig voelen, in hun territorium. We moeten kerk-zijn en evangeliseren in de context van het leven van elke dag. We moeten de kerk beschouwen als een gemeenschap die het leven met anderen deelt, het alledaagse leven. Het fundament van evangelisatie moet het leven van alledag zijn. Kortom, een alledaagse kerk met een alledaagse missie.’ en ‘Onze missionaire kracht ligt namelijk niet in activiteiten die lijken op die van de wereld, maar in een leven en een boodschap die niet lijken op de wereld.’ Hun visie is niet een nieuwe manier om activiteiten vorm te geven, maar het creëren van gemeenschappen waarin het Woord centraal staat; waarin mensen hun leven met elkaar en met ongelovigen delen, waarin ze proberen een zegen voor de buurt te zijn, elkaar met het evangelie bemoedigen; en het goede nieuws delen met ongelovigen.

Kring

Hier liggen kansen ook voor een krimpende kerk. De kern van wat je doet is dan niet dat je met velen heel ingewikkelde en/of mooie dingen voor de buitenstaander doet. Dat gaat je als kleine kerk nooit lukken. Nee, werkend vanuit de kring van de (kleine) gemeenschap, ben je gericht op elkaar en op hen met wie je verbonden bent of verbonden raakt op je werk, in je straat, in je familie. Uiteraard kan ook een grotere gemeente zo kringen vormen, die als een gemeenschap onderling en naar anderen functioneert. Het gaat om christelijke gemeenschap. En die is om twee redenen van groot belang vandaag. Allereerst al omdat we als christenen samen en persoonlijk steeds meer ‘alleenstaand’ worden. Niemand of bijna niemand gelooft meer. Je bent de enige op je werk, in je klas, in de straat of in ieder geval met weinigen. Het is dan belangrijk dat je dan gevoed wordt in je geloof om staande te blijven. Daarvoor geeft de Here God je de samenkomsten op de zondag, maar evengoed het leven als gemeenschap, waarin we elkaar oprecht liefhebben en diepgaand betrokken zijn op elkaars leven. De kleine kring geeft je de mogelijkheid je geloof en leven met al zijn vragen, vreugde en verdriet te delen. Om elkaar op te bouwen in het geloof, om toegerust te worden, om elkaar te vertroosten, om het heil te vieren in lied en lofprijzing. Het gaat om de christelijke gemeenschap, zelfs die christelijke gemeenschap die in de marge is geraakt. Die gemeenschap wil God gebruiken in Zijn missionaire strategie. Het is mogelijk niet allemaal groot en groots, maar in die gemeenschap wordt de kracht van het Evangelie wel zichtbaar. Zie de eerste gemeente, zie de Vroege Kerk. Ongelovigen konden zien dat het leven van hen die erbij hoorden daadwerkelijk was veranderd. Ze konden zien dat ze elkaar liefhadden. Ze maakten het zelfs mee dat ze zonder enige tegenprestatie geholpen werden in armoede en ziekte. Zo bouw je relaties op met ongelovigen, maar zo betrek je ze ook bij je eigen netwerk, je eigen gemeenschap, waarin het Evangelie centaal staat en de liefde van Christus heerst. Er zijn kansen voor de kerk in de marge, wanneer we als gemeente een gemeenschap zijn voor elkaar en voor de mensen in jouw buurt.

Assen
Stoffer Otten

*Tim Chester& Steve Immis: Midden in het leven- De kerk als levende gemeenschap. Uitgave www.uitgeverijgroei.nl


Commentaar

  • Nieuw leven 2024-04-19 17:47:34

    In januari begint het al: het wordt weer langer licht en de sneeuwklokjes gaan bloeien, en even...

  • Post 2024-04-06 07:36:05

    De laatste tijd valt het mee, maar het komt regelmatig voor dat de post wat vertraging heeft....

  • Lijdenstijd 2024-03-23 18:53:26

    Met de lijdenstijd lijkt onze samenleving niet uit de voeten te kunnen. Hoe anders is dat met...

  • Leipzig en Navalny 2024-03-07 19:01:01

    Vorige week waren mijn vrouw en ik een paar dagen in het voormalige Oost-Duitsland op bezoek bij...